Het is de Japanse regering nog niet gelukt om contact te maken met terreurbeweging Islamitische Staat (IS) over de status van de gijzelaars Kenji Goto Jogo en Haruna Yukawa. Japan heeft nog minder dan een dag om het losgeld van 200 miljoen dollar te betalen.
De tijd tikt voor gijzelaars Kenji Goto Jogo en Haruna Yukawa in Syrië. IS-kanalen publiceerden dinsdag een propagandavideo waarin de twee Japanners te zien zijn. In de video is ook vermoedelijk de Britse jihadist Jihadi John te zien. Hij chanteert de Japanse regering met de levens van de twee gijzelaars: Japan heeft tot vrijdagmiddag om met 200 miljoen dollar (173 miljoen euro) over de brug te komen, anders zullen de twee Japanners worden onthoofd.
Wraak
De ontvoering geldt als ‘wraak’ op Tokio voor de Japanse steun aan de strijd tegen IS. De Japanse regering heeft daarop meerdere malen benadrukt dat het niet bijdraagt aan militaire acties, maar slechts humanitaire hulp biedt aan burgers in Irak en Syrië.
Een vertegenwoordiger van de Japanse regering is op dit moment bij de Japanse ambassade in Jordanië aanwezig om vanuit daar met de terreurorganisatie te onderhandelen, meldt Reuters.
De Japanse premier Shinzo Abe is een felle tegenstander van het betalen van losgeld omdat het terroristen kan aanzetten tot nieuwe ontvoeringen en omdat bondgenoten zoals de Verenigde Staten het inzetten van losgeld sterk afkeuren.
Analytici zeggen tegen The Japan Times dat het daarom ook aannemelijk is dat IS het losgeld heeft geëist in de wetenschap dat het nooit betaald zal worden. IS begon in december met de eis van 17 miljoen dollar voor gijzelaar Kenji Goto Jogo, maar heeft dit inmiddels opgehoogd tot het exorbitante bedrag van 200 miljoen dollar.
Volgens analytici is dit dan ook een ‘win-win situatie’ voor de terroristen: wanneer Japan betaalt halen ze een immers een zeer groot bedrag binnen en wanneer Japan dat niet doet, onthoofden ze de gijzelaars en verspreiden ze weer een terreurboodschap.
Lucratief
Het vragen van losgeld is doorgaans een lucratieve zaak voor terroristische organisaties: volgens onderzoek van The New York Times heeft Europa tussen 2008 en 2014 minstens 125 miljoen dollar aan losgeld betaald aan Al-Qa’ida en gerelateerde organisaties. Het is dan ook een van de voornaamste manieren waarop terrorisme wordt gefinancierd.
Voor IS geldt dit echter niet helemaal: de beweging mag zichzelf de rijkste terreurgroep ter wereld noemen. De terroristen verdienen hun geld op uiteenlopende manieren, onder meer met wapenhandel, de verkoop van olie en het heffen van ‘belasting’ voor burgers in door IS-gecontroleerde gebieden. Het is dan ook aannemelijk dat de eis voor losgeld in dit geval eerder voortkomt uit de behoefte verder propaganda te verspreiden, dan uit pure financiële overwegingen.