PVV-leider Geert Wilders en Marine Le Pen van Front National gaan toch samenwerken binnen een eigen fractie in het Europees Parlement. Het is nu wel gelukt om zeven partijen te vinden voor de nieuwe Europa van Naties en Vrijheden.
Een jaar geleden slaagden Wilders en Le Pen er niet in om een fractie te vormen. Dat is nu wel gelukt. Onder de naam Europa van Naties en Vrijheden is een anti-Europese alliantie gesmeed.
‘Vandaag is D-Day’, zei Wilders dinsdag tijdens een persconferentie in Brussel. ‘Wij zijn de stem van het Europese verzet. Wij verdedigen de welvaart, vrijheid en soevereiniteit. Mensen willen niet dat hun land een provincie is van de EU, ze willen meesters zijn van hun eigen land.’
Nieuw gezelschap
Tot nog toe kwamen voorvrouw Marine Le Pen van het Franse Front National en haar Nederlandse politieke partner Geert Wilders (PVV) niet verder dan vijf partijen. Behalve het Front National en de PVV zijn dat de FPÖ uit Oostenrijk, Lega Nord uit Italië en het Vlaams Belang uit België.
Zij krijgen nu gezelschap van Janice Atkinson, een Europarlementariër die tot maart één van de kopstukken was van het Britse UKIP. Zij is uit UKIP gezet omdat ze in restaurants zou hebben gevraagd rekeningen fictief hoger te maken zodat ze meer onkosten kon declareren. Verder sluiten twee leden van de Poolse Nowa Prawica zich aan bij de nieuwe fractie.
Voordelen
Het voldoen aan de regels voor een fractie biedt Le Pen en Wilders grote voordelen. Zij krijgen dan fors meer geld (drie miljoen euro), meer spreektijd en het recht op meer vooraanstaande posities in het Parlement.
De eis dat minimaal zeven partijen uit zeven landen nodig zijn om een fractie te mogen vormen, is ingesteld door de grotere partijen zoals christen-democraten en socialisten. Zowel om de politieke processen te versnellen maar vooral om kleinere partijen te benadelen.