In de kern gaat de strijd tussen sjiieten en soennieten over politieke macht. En daarmee onderscheidt de stromingenstrijd in de islam zich van twisten binnen het christendom.
Aanbidden sjiieten een andere godheid dan Allah? Ze geloven in elk geval niet in Ali of andere imams, maar in Allah en zijn laatste profeet Mohammed.
De islam kent vijf sharia-scholen, of madhahib. Vier daarvan behoren tot de soennitische tak. Het begrip ‘soennisme’ is in de loop der tijd verzonnen. Het begrip ‘Ahal al-Soenna’ – ofwel de mensen van de traditie van de profeet – moest een scheiding aanbrengen tussen soennieten en sjiieten. Terwijl beide groepen geloven in de soenna, de traditie van Mohammed.
Onbenullige regels
Bijna alle belangrijke hadiths worden ook door sjiitische imams verteld. En beide groepen geloven in dezelfde basisnormen en in de Koran als het letterlijke woord van Allah.
De vijfde sharia-school is die van de sjiieten. Deze school interpreteert de secundaire regels soms anders dan soennitische scholen. Het gaat dan om onbenullige regels omtrent hygiëne, de details van het gebed, et cetera.
Soennieten bidden met hun handen op elkaar, sjiieten doen dat niet. Een ander verschil betreft het tijdelijke huwelijk. Mohammed stond zijn mannen toe om tijdens strooptochten tijdelijk, desnoods voor een uur, in huwelijk te treden met vrouwen – zoals ISIS-terroristen doen in de veroverde gebieden.
Hollandse bestuurder
Deze vorm van prostitutie werd afgeschaft door de tweede kalief Umar. De sjiitische sharia vindt dat wat door Allah en Mohammed niet is verboden, door niemand mag worden verboden.
Ook dit verschil treft het hart van de religie niet. Wat de legalisatie van prostitutie betreft, had Mohammed een Hollandse bestuurder geweest kunnen zijn!
De interpretatie, daar ging het om. Sharia kent vier bronnen: de Koran, de soenna via de hadiths (de traditie volgens de gezegde en handelingen van Mohammed) en idjtihad. De idjtihad is een manier om de regels van de Koran en de soenna te interpreteren.
Sharia
In de tiende eeuw, driehonderd jaar na de dood van Mohammed, kwamen de soennitische sharia-scholen tot de conclusie dat de sharia voldoende is gevormd, waardoor een einde kwam aan de intellectuele inspanning die moest leiden tot de basisregels van de sharia.
De poorten van idjtihad werden dicht verklaard. Een nieuwe basisregel die een oude basisregel zou vervangen, kon niet meer worden uitgevonden. De ontwikkeling van de islam liep al in de tiende eeuw vast.
De sjiieten daarentegen hanteren de idjtihad nog steeds: rechtsvinding en interpretatie zijn bij de sjiieten niet verboden. Een enthousiaste, postmoderne islamliefhebber zou roepen: de Twaalf imams-sjiieten zijn vooruitstrevend!
Zuivere islam
Helaas leert de ervaring ons dat ook bij sjiieten rechtsvinding en interpretatie bij wezenlijke elementen van de islam onmogelijk zijn. Ook zij willen leven onder de zuivere vorm van de islam.
Alles mag soepel worden toegepast als de islamitische staat of de islamitische beweging in gevaar is. Deze handelwijze is conform de traditie van Mohammed: ook hij was bereid om een stap terug te doen wanneer de existentie van zijn macht in gevaar was.
Dit heet bij ayatollahs ‘de flexibiliteit van de sharia’ en de Iraanse president Hassan Rouhani is er aan een Britse universiteit op gepromoveerd. En als de islamitische staat niet in gevaar is, gaan ze vol op het orgel.
Politiek
De sjiieten van de Twaalf imams en de soennieten zijn allemaal moslims die in dezelfde regels geloven. Het meningsverschil gaat over de opvolging van Mohammed.
Mohammed was de politiek leider van moslims en zijn opvolging was een politiek vraagstuk. De exclusiviteit die sjiieten toekennen aan familieleden van Mohammed, is naar het oordeel van de soennieten in strijd met de regels van de islam. Als de profeet zelf niet onfeilbaar was, hoe kunnen zijn familieleden dan onfeilbaar zijn?
In het sjiitische wereldbeeld zien we ook sporen van katholieke tradities: twaalf imams versus twaalf apostelen, Mahdi versus Christus.
Islam versus christendom
Ook elementen uit het volkskatholicisme zijn aanwezig in de sjiitische traditie: de processie voor de imams en de zelfkastijding. Hoe deze elementen in de loop der eeuwen bij de sjiieten zijn terechtgekomen, is nog niet onderzocht.
Deze aspecten van de sjiitische islam tasten de kern van het islamitische geloof niet aan, dus waarover ruziën sjiieten en soennieten dan? Het gaat over macht, politieke macht. Daarom is de geschiedenis van de islam anders dan die van het christendom.
In de Europese godsdienstoorlog ging het om inhoudelijke vraagstukken rond het begrip autoriteit. Wie heeft de autoriteit om de Heilige Schrift te interpreteren? De hiërarchische ordening van de katholieke kerk?
Ten grave gedragen
Deze vraag zorgde voor twijfel over de hele hiërarchische autoriteit van de katholieke kerk: bijgeloof, corruptie, machtsmisbruik, en uiteindelijk het geloof zelf.
Deze intellectuele strijd gaf vorm en inhoud aan latere ontwikkelingen op het gebied van recht, politiek en wetenschap. De middeleeuwse orde werd ermee ten grave gedragen.
Ten slotte plaatste de Europese godsdienstoorlog het begrip tolerantie prominent op een het podium.
De islam heeft een sterke, intrinsiek politieke verschijning. De politiek is het drama van de islam geworden. De islam als een politieke religie is ook nog verweven met het gewelddadige conflict rond de macht.
Onderwerping
De strijd tussen de sjiieten en soennieten draait niet om de theologische twistpunten die de basisstructuur van de islam zouden veranderen. Uit deze strijd kom geen nieuwe wereld voort.
Het gaat telkens om het wezen van de zuivere islam, van de oude wereld. En het wezen van de islam is de politieke macht en de drang tot onderwerping van ander.
Stagnatie in de ontwikkeling van het islamitische geloof moet worden verklaard tegen de achtergrond van de islamitische geschiedenis en de grondbeginselen van de islam. De komst van een islamitische Luther is vooralsnog niet reëel.
De geschiedenis van sjiieten en soennieten draait om een meedogenloze politieke broedertwist over geld, macht en veroveringen.
Vrijdag meer over de sjiitische heerschappij in Iran.