Het aangekondigde vertrek van de Italiaanse premier Mario Monti en de dreigende terugkeer van oud-premier Silvio Berlusconi veroorzaken zorgen op de Italiaanse obligatiemarkt. De rente op staatsleningen liep maandag op tot 4,8 procent.
Veel beleggers zijn bezorgd over de toekomst van Italië nu het zakenkabinet dat een grote financiële reorganisatie doorvoerde zo goed als zeker in februari zal opstappen.
Dit weekeinde maakte Monti bekend terug te treden als het parlement zijn laatste pakket aan bezuinigingen en hervormingen goedkeurt.
Berlusconi
De nervositeit op de markten wordt versterkt door de aankondiging van oud-premier Berlusconi om zich te kandideren voor de verkiezingen van februari.
Berlusconi zegt zich noodgedwongen op te offeren voor het land en tegen zijn zin in verantwoordelijkheid te nemen. Hij gebruikte in 1993 exact hetzelfde argument toen hij als zakenman de landelijke politiek inging.
Geen vertrouwen
Iets meer dan een jaar geleden werd Berlusconi gedwongen af te treden als premier omdat de financiële markten er geen vertrouwen in hadden dat hij de beloofde bezuinigingen daadwerkelijk zou doorvoeren.
Het wantrouwen in de premier zorgde ervoor dat de rente op staatsobligaties over de kritieke grens van 7 procent ging.
Die rente daalde flink toen interim-premier Monti enkele belangrijke hervormingen op de arbeidsmarkt doorvoerde en de corruptie en belastingontduikingen in het land aanpakte.
Peiling
Niet alleen de financiële markten zien een terugkeer van Berlusconi niet zitten. Ook de Italianen zelf lijken klaar te zijn met de omstreden oud-premier. In een recente peiling zegt ruim driekwart tegen een herverkiezing van Berlusconi te stemmen.
De socialistische leider van het linkse blok Italia Bene Comune, Pierluigi Bersani, leidt in de laatste peiling met 29 procent. Monti volgt op 23 procent. Belangrijke outsider voor de verkiezingen is komiek en activist Beppe Grillo die met zijn anti-corruptiepartij Cinque Stelle een grote opmars maakt in de Italiaanse politiek.