Het neerstorten van de Airbus A330 met aan boord tientallen Nederlanders op 12 mei 2010 in de Libische hoofdstad Tripoli, is het gevolg van fouten van de piloten.
Dat staat in het eindrapport van de Libische onderzoekscommissie dat donderdag is gepubliceerd.
Slecht zicht
Het vliegtuig van Afriqiyah Airways kwam te laag aanvliegen zonder goed zicht op de grond, de piloten werkten niet goed samen, waren vermoeid en mogelijk afgeleid door druk radioverkeer.
Verder staat in het rapport dat de training van de Afriqiyah-piloten te wensen overliet. Het weerbericht dat ze tijdens de vlucht doorkregen, bleek niet te kloppen met de werkelijke situatie; er was sprake van mist aan de grond.
Een overlevende
Bij de ramp kwamen 103 inzittenden om, onder wie 70 Nederlanders. De 9-jarige Ruben uit Nederland was de enige overlevende.
Het rapport bevestigt wat de Libische autoriteiten vlak na de crash al zeiden: dat het geen aanslag was en dat er geen sporen van explosieven zijn gevonden.
Ook zijn er geen aanwijzingen dat er iets mis was met het vliegtuig zelf. Er is geen defect opgemerkt, concluderen de onderzoekers op basis van de flight data recorder en de cockpit voice recorder (zwarte doos). De beide motoren werkten goed.