Meer dan twintig doden na aanslagen in Irak

Bij gevechten tussen Al-Qa’idastrijders en politie in de bezette stad Fallujah ten westen van de hoofdstad Bagdad is dinsdag een onbekend aantal slachtoffers gemaakt. In en rond Bagdad zijn nog eens 24 mensen om het leven gekomen bij verschillende aanslagen.

In een soennitische wijk in Bagdad zijn negen mensen om het leven gekomen en 23 mensen gewond geraakt, toen in een drukke straat twee autobommen afgingen. In een drukke sjiitische wijk doodde een bermbom nog eens drie mensen, acht raakten gewond.

Legertank

Eerder op de dag kostten een busbom, mortiergranaten en twee schietpartijen aan nog eens elf mensen het leven. De sjiitische regering van Irak wijst naar Al-Qa’ida als schuldige van de aanslagen van dinsdag.

In Fallujah, de stad die sinds twee weken deels bezet is door strijders van het aan Al-Qa’ida verwante Islamitische Staat in Irak en de Levant (ISIL), lieten terroristen een tankwagen onder een brug ontploffen. Daardoor werd een legertank, die over de brug reed, vernietigd.

Niet opgeëist

De aanslagen zijn niet opgeëist, maar de sjiitische premier Nouri al-Maliki ziet ISIL als schuldige. Die terroristische groepering vecht in het westen van Irak en in de burgeroorlog in buurland Syrië. Maliki heeft gezworen Al-Qa’ida uit te roeien, maar hij grijpt niet in terwijl de groepering Fallujah deels bezet. Hij laat het aan de lokale, grotendeels soennitische, bevolking over om de stad terug te winnen.

Volgens persbureau Reuters is het geweldsniveau in Irak op dit moment op het hoogste niveau sinds 2006-2007, toen het Amerikaanse leger nog in het land was. De situatie in Fallujah is extra pijnlijk, omdat daar veel Amerikaanse soldaten omkwamen tijdens de Irak-oorlog.