In Irak gaat de strijd tegen ISIS onverminderd door. Legertroepen proberen te voorkomen dat de terroristen verder oprukken.
In de afgelopen 24 uur heeft het Iraakse leger honderden terroristen gedood, meldt een woordvoerder van de Iraakse premier Nuri al-Maliki zondag tijdens een persconferentie.
Militairen gaan van deur tot deur op zoek naar rebellen en wapens. Dat zou betekenen dat het leger zich weer enigszins herpakt, nadat het de afgelopen week smadelijk werd verslagen door het jihadleger van ISIS.
Front
In de Iraakse hoofdstad Bagdad en in het zuiden van het land hebben duizenden voornamelijk sjiitische burgers zich aangemeld bij het leger om te vechten tegen de soennitische jihadisten van ISIS in het noorden.
De sjiieten willen met hun aanmelding bij de strijdkrachten de heiligdommen in hun land verdedigen. Maar ook soennieten, die niet eerder waren aangesloten bij ISIS, melden zich nu aan het front.
Volgens de BBC heeft een militie van een voormalig rechterhand van de voormalige president Saddam Hussein, Izzat Ibrahim al-Douri, afgelopen week geholpen de stad Mosul in te nemen. Deze zogenoemde Naqshbandi-militie draagt volgens waarnemers inderdaad bij aan de opmars van ISIL, ook al heeft een lid van de groep aan de BBC laten weten dat zij de ISIL-strijders als barbaren beschouwen.
Voelbaar
De opmars van ISIS is intussen voelbaar in de Iraakse hoofdstad. Voedsel- en brandstofprijzen zijn door transportproblemen enorm gestegen. Er is minder verkeer op straat en bij controleposten van de politie en krijgsmacht worden voertuigen extra streng gecontroleerd.
De Amerikanen hebben intussen een vliegdekschip naar de Perzische Golf gestuurd als reactie op de opmars van ISIS in Irak. Het schip, de USS George H.W. Bush, wordt tijdens zijn tocht van de Arabische Zee naar de Perzische Golf vergezeld van een kruiser en een torpedobootjager.
Die kan raketten op Irak afvuren, mocht de Amerikaanse regering daartoe besluiten. President Barack Obama weet nog altijd niet of hij militaire steun zal verlenen aan het bewind in Bagdad.