Air France-KLM heeft vorig jaar 228 miljoen euro verlies geleden, een stuk minder dan een jaar eerder (1,8 miljard euro). Desondanks laat Air France-KLM de winstdoelstellingen voor de komende jaren los.
De Frans-Nederlandse luchtvaartgroep dacht de brutowinst in de jaren tot en met 2017 met 8 tot 10 procent per jaar te kunnen opvoeren, maar dat voornemen blijkt onder de huidige marktomstandigheden te groot.
Bezuinigingen
In plaats van op winstgroei, zal Air France-KLM de komende jaren inzetten op bezuinigingen. Vliegkosten moeten met gemiddeld met 1,5 procent omlaag. Een concreet besparingsbedrag heeft het bedrijf niet genoemd.
De brutowinst kwam afgelopen jaar uit op 1,6 miljard euro, tegen 1,9 miljard euro in 2013. Het grote verschil met het verlies van 2014 ten opzichte van 2013 is vooral te verklaren door een belastingtegenvaller in 2013.
De omzet daalde vorig jaar 2,4 procent tot 24,9 miljard euro ten opzichte van een jaar eerder. De staking van piloten van Air France, zouden ook een vertekend beeld geven. Daarvoor gecorrigeerd lieten de resultaten volgens Air France-KLM wel een stijgende lijn zien.
Voor het komende jaar durfde Air France-KLM geen voorspelling te doen. Concurrentie van prijsvechters en luchtvaartmaatschappijen uit het Midden-Oosten zullen ook dit jaar de omzet. Hoewel de prijs voor brandstof laag is, wordt dat effect bijna geheel teniet gedaan door de duurdere dollar.
Winst
KLM-topman Pieter Elbers zegt dat verdere samenvoeging van kantoorfuncties bij het bedrijf niet de kostenbesparing oplevert, waarmee Air France-KLM de concurrentieslag gaat winnen. ‘We moeten ons focussen op grote besparingen,’ zegt Elbers.
‘Door de dagelijkse operatie slimmer en handiger aan te pakken valt veel meer winst te behalen dan door links en rechts te besparen op bijvoorbeeld het aantal juristen op het hoofdkantoor,’ zegt Elbers. ‘Op veel terreinen werken we prima samen, en dat levert aan beiden kanten zeker voordelen op, maar er zijn grenzen aan wat je centraal kunt regelen.’
Elbers vindt verdere samensmelting op holdingniveau dan ook niet nodig. Wel denkt hij dat de bedrijven aanvullende voordelen kunnen halen uit samenwerking. Elbers denkt daarbij bijvoorbeeld aan het overnemen van elkaars ideeën om efficiënter te werken.