Spaarders zijn door de steeds verder dalende rente nu echt de klos: het rendement op hun geld is historisch laag. Welke veilige alternatieven hebben zij? De beurzen stijgen, maar de risico’s zijn fiks. ‘Het gevaar van bubbelvorming is groot.’
Als de kranten schrijven dat beleggen weer in is en de beurskoersen flink stijgen, juist dan is het oppassen geblazen, waarschuwt technisch beursanalist Edward Loef (50).
‘Mensen zijn kuddedieren, ze krijgen graag bevestiging. Als ze horen dat anderen aan het beleggen zijn geslagen, en dat het goed gaat op de beurs, dan geeft dat een gevoel van veiligheid: nu kan ik ook gaan beleggen.’ Maar dat het rendement oplevert, is allerminst zeker: ‘Particulieren vernemen vaak als laatste dat het goed gaat.’
Zeker nu gaat die waarschuwing op. Particulieren weten de beurs weer te vinden nu de koersen stijgen. Effectenmakelaars kregen duizenden nieuwe aanmeldingen per week, zo bleek eind februari. De AEX-index spurtte mede door die nieuwe instroom van geld tot boven de 500 punten vorige week vrijdag.
Risico Een hoog rendement betekent veel risico. Als er veel te winnen is, kun je ook veel kwijt zijn.
Spaarrekening: 1,1 % Gemiddelde van de rente op internetspaarrekeningen van de grootbanken ABN AMRO, ING, Rabobank en SNS Bank. Banken mogen deze rente in de regel elke maand aanpassen.
Particulieren worden naar de beurs gejaagd door het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB). Die verlaagt sinds maart de rente door voor tientallen miljarden euro’s aan waardepapieren op de financiële markten te kopen. Spaarrekeningen brengen nauwelijks meer iets op.
Rabobank verlaagde vorige week als eerste grootbank de rente op zijn internetspaarrekening tot onder de 1 procent, naar 0,9 procent. Ook maakte de boerenleenbank bekend dat het zijn ICT-systemen gereedmaakt voor negatieve rentes op spaar- en betaalrekeningen, ook voor particulieren. Spaarders staat nog heel wat te wachten.
Termijndeposito: 0,6% Gemiddelde van de rente op een termijndeposito van vijf jaar bij de grootbanken ABN AMRO, ING, Rabobank en SNS Bank. Dit is wanneer de rente op jaarbasis wordt bijgeschreven: als u op maandbasis rente wilt, krijgt u vaak minder.
Wat moeten zij doen met hun vermogen? Is het verstandig om meer risico te nemen en hogere rendementen na te jagen, of juist niet? Kan worden voorkomen dat inflatie de koopkracht uitholt en de fiscus stukje bij beetje het spaargeld opeet?
Zeker is dat geld dat op een spaarrekening staat, inmiddels langzaam aan waarde verliest. Wie 50.000 euro op de Rabo-spaarrekening zet, krijgt na een jaar 450 euro (0,9 procent van 50.000 euro), maar kan 344 euro meteen weer inleveren bij de fiscus. Dat is 1,2 procent van 28.670 euro, het bedrag boven het heffingvrij vermogen van 21.330 euro. De fiscus gaat bij de vermogensrendementsheffing over box 3 nog altijd uit van een rendement van 4 procent per jaar.
Staatsobligaties: 0,3 % Effectief rendement op een Nederlandse staatsobligatie met een looptijd van tien jaar.
Dan is er nog de geldontwaarding. Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) verwacht voor de komende vijf jaar een gemiddelde inflatie van 1,2 procent per jaar. Als dat uitkomt, is de Rabo-spaarder na vijf jaar belastingheffing en inflatie 5 procent armer geworden.
Dit staat de meeste Nederlanders te wachten: meer dan de helft van het vermogen staat op de bank, zo bleek uit een inventarisatie door de commissie Inkomstenbelasting en Toeslagen in 2013.
Bedrijfsobligaties: 0,8 % Effectief rendement op de Bloomberg Investment Grade European Corporate Bond Index, een index van obligaties van Europese bedrijven met een hoge kredietwaardigheid.
De spaarrentes zullen door het beleid van de ECB de komende tijd verder dalen, verwacht financieel econoom Auke Plantinga (48) van de Rijksuniversiteit Groningen. Het jaarlijks rendement op Nederlandse staatsobligaties met een looptijd van tien jaar is al gedaald naar 0,3 procent. De rente die banken bieden, kan daar niet ver boven blijven, legt hij uit, omdat spaarders en beleggers in staatsobligaties ongeveer hetzelfde (minieme) risico lopen.
Dat de spaarrentes verder zullen dalen, blijkt ook uit de rente op termijndeposito’s, waarmee spaarders hun geld tegen vaste rente kunnen vastzetten. ING en ABN AMRO bieden voor een deposito van één jaar nog maar 0,15 procent rente. Ze willen uw spaargeld niet, lijkt het wel.
Aandelen: 6 % De AEX-index steeg het afgelopen jaar met ruim een kwart, maar dat zal niet zo blijven doorgaan. Wie in aandelen belegt, moet uitgaan van een langetermijnrendement van zo’n 6 tot 7 procent per jaar, zei de succesvolle Amerikaanse investeerder Warren Buffett eens. Dat is uitgaande van 3 procent economische groei per jaar, 2 procent inflatie en dividenduitkeringen. Op korte termijn kan de waarde sterk variëren.
Op zoek naar rendement maakten al heel wat particulieren de stap naar de beurs. Maar de experts die Elsevier sprak, staan sceptisch tegenover aandelen. De koersen staan al heel hoog, de risico’s die ermee gepaard gaan, zijn niet geschikt voor iedereen.
‘De ECB blaast de prijzen op van alle waardepapieren die in de financiële markten worden verhandeld,’ zegt Plantinga. ‘Het gevaar van bubbelvorming is groot.’
Het beste is om geld zo veel mogelijk te investeren in de ‘echte economie’, weg van de financiële markten. ‘Schroef bijvoorbeeld zonnepanelen op het dak.’
Plantinga erkent dat geld buiten de beurs niet zo makkelijk te investeren is: ‘Op zeker moment is je dak wel vol.’
Huizen: 2 % Het eigen huis verliest aan glans als investering, stelde het economisch bureau van ING onlangs. De bank verwacht dat huizen slechts 2 procent per jaar in waarde zullen stijgen. Dat is historisch laag, maar wel meer dan veel andere vermogenscategorieën opbrengen. Vastgoed behoudt zijn waarde ook goed bij hoge inflatie. Nadeel: het bezit is niet makkelijk te verhandelen.
De beurs is vooral geschikt voor wie een lange tijdshorizon heeft en het geld in die tijd ook kan missen, vindt financieel adviseur Rick Wassenaar (47) van MijnGeldzaken.nl. Niet voor wie snel wat extra rendement wil halen. Hij constateert dat er steeds meer investeringsmogelijkheden worden aangeboden die gouden bergen beloven.
En inderdaad, er wordt volop geworven om te investeren in vakantiehuizen, ondernemerskrediet, winkelcentra in Duitsland en de Caraïben, en zelfs in een crematorium.
Zonnepanelen: 6,6 % Rendement gebaseerd op een investering van 2.500 euro en een stroomprijs inclusief belastingen van 21 cent per kilowattuur. Aangenomen is dat de zonnepanelen 25 jaar meegaan en dat de eigenaar de opgewekte kilowatturen mag wegstrepen op zijn energierekening. De overheid overweegt deze regeling te versoberen. Als het zogeheten salderen geheel wordt afgeschaft, is het rendement zwaar negatief.
Hiervoor geldt volgens Wassenaar: ‘Als je een hoger rendement krijgt voorgespiegeld, betekent dit altijd dat het product of riskanter, of complexer is dan een simpele spaarrekening. Dat kan de moeite waard zijn voor wie een hoger rendement wil, maar dat geldt niet voor iedereen. Veel mensen willen hun geld gewoon achter de hand hebben.
‘Sommige bedrijven reppen van een “gegarandeerd rendement”. Maar die garantie is natuurlijk niet zo stevig als die van De Nederlandsche Bank. Als het bedrijf failliet gaat, is de garantie waardeloos.’
Hypotheek aflossen: 2,6 % Rendement gebaseerd op een hypotheekrente van 4,5 procent en een inkomen dat in de derde belastingschijf valt. Hoe hoog het rendement is, hangt af van de hypotheekrente en de hoogte van het inkomen. Voor wie een lagere rente betaalt of in de hoogste schijf valt, levert aflossen minder op.
Ook al daalt de rente op spaarrekeningen steeds verder, rendement zou niet het uitgangspunt moeten zijn, stelt Wassenaar. ‘Of het verstandig is waar mensen hun geld instoppen, hangt helemaal af van wat ze met dat geld willen. Als ze het zeker willen stellen voor later, kunnen ze geld het beste op een spaarrekening zetten.’ Ook al levert dit dus geen rendement meer op. ‘Dat is dan maar zo.’
‘Waarom bouwen mensen vermogen op?’ zegt hoogleraar financiële planning Henriëtte Prast (59) van de Universiteit Tilburg. ‘Om later een aangenaam leven te hebben. Los bijvoorbeeld de hypotheek op je huis versneld af: dat geeft meer zekerheid dat je ook in slechte tijden in je huis kunt blijven wonen.’ Het vermogen zit dan wel vast in stenen. Volgens Prast geen nadeel: ‘Als het geld vastzit, kun je het ook niet verbrassen.’
Andere Alternatieven? Andere opties om geld in te investeren, zijn er te over: van grondbeleggingen tot kleine bedrijven via crowdfunding. Daarbij nemen tientallen of honderden mensen een klein aandeel in de onderneming. Het rendement varieert sterk van investering tot investering, maar het risico is altijd hoog. Vooral omdat u de investering vaak niet onmiddellijk te gelde kunt maken.
Er zijn volgens Prast meer opties om te investeren dan mensen denken. ‘Financiële producten worden altijd apart beschouwd, maar je kunt ook investeren in menselijk kapitaal. Als je gezond oud wilt worden, neem dan een personal trainer om je te motiveren om te blijven sporten. Of volg een ICT- of loodgieterscursus. Dat scheelt kosten als je computer of gootsteen kapot gaat.’
Net als Wassenaar vindt Prast dat rendement geen doel op zich moet zijn. ‘Tenzij je in de Quote-500 wilt komen.’
Een simpele vrij opneembare spaarrekening blijft voor veel mensen een goede optie om geld apart te zetten. Zo behaalt u in deze magere tijden toch nog wat rendement. Kleinere banken bieden hogere rentes dan de grootbanken.
Zo biedt LeasePlan Bank met 1,6 procent rente ruim de helft meer dan de grootbanken. Nu de spaarrente overal daalt, loont het wel om te blijven opletten: banken mogen die rente in de regel elke maand aanpassen.
Termijndeposito’s, waarbij u zeker bent van een bepaalde rente over de looptijd, zijn alleen bij kleine banken de moeite waard. De rente die grootbanken bieden, ligt namelijk ver onder die van hun vrij opneembare spaarrekening. Dit kan erop duiden dat de rente op vrij opneembare rekeningen de komende tijd nog verder daalt.
> Let op dat u niet meer dan 100.000 euro op één bank zet, het maximum van het depositogarantiestelsel. Alles boven dat bedrag bent u kwijt als de zaak failliet gaat.
> Ga na in het Register Depositogarantiestelsel van De Nederlandsche Bank welke bankvergunning uw bank heeft. Sommige banken, zoals MoneYou, maken gebruik van de vergunning van het moederbedrijf, in dit geval ABN AMRO. Die tellen voor het garantiestelsel als één bank.
> Sommige buitenlandse banken die in Nederland actief zijn, bieden aantrekkelijke spaarrentes, maar vallen niet onder het Nederlandse depositogarantiestelsel. Een voorbeeld is de Estse BIGBANK. Als u uw geld op een buitenlandse bank zet, ga dan goed na wat er gebeurt als de bank failliet gaat.
Fondsmanagers die beleggen in obligaties – schuldbewijzen van overheden en bedrijven die worden verhandeld op de beurs – kunnen u mooie rendementen laten zien. Zo steeg het Robeco Euro Credit Bonds-fonds, dat belegt in bedrijfsobligaties, vorig jaar 7,2 procent in waarde.
Maar let op: zulke stijgingen komen doordat overheden en bedrijven door het beleid van de Europese Centrale Bank (ECB) steeds minder rente hoeven te betalen. Obligaties die ze in het verleden uitgaven, met hogere rente, worden daardoor meer waard. Het verwachte rendement op die inmiddels dure obligaties wordt daarentegen steeds lager.
De Nederlandse staat betaalt voor een lening van 10 jaar 0,3 procent rente per jaar. Dat is wat u als belegger krijgt. Grote Europese bedrijven betalen nauwelijks beter: gemiddeld 0,8 procent rente per jaar.
> Staatsobligaties leveren minder op dan een spaarrekening, maar voor wie veel geld heeft, kan het handig zijn om een deel toch in obligaties te stoppen. In tegenstelling tot geld op een spaarrekening blijven obligaties van u als uw bank failliet gaat.
> Door de lage rente geven steeds meer bedrijven in Europa obligaties uit, ook minder kredietwaardige. Let op als u, al dan niet via een beleggingsfonds, bedrijfsobligaties koopt: ze kunnen heel risicovol zijn.
> Als u obligaties buiten de eurozone koopt, kan de waarde hiervan fluctueren door veranderende wisselkoersen. Dit risico kunt u spreiden door in een beleggingsfonds te stappen dat in meerdere landen obligaties koopt.
Het is verleidelijk om mee te gaan in de beurshausse, maar er zijn goede redenen om juist geen aandelen te kopen. Koersen zijn de afgelopen maanden al hard gestegen: de AEX-index kreeg er sinds december bijna 20 procent bij. Hoeveel verder kunnen de koersen nog stijgen?
Dan is er nog het feit dat de meeste particuliere beleggers verlies maken, omdat ze vaak aandelen kopen als het goed gaat, en ze verkopen als het slecht gaat. En anders wel omdat ze te vaak aan- en verkopen.
Feit blijft: wie zijn vermogen wil laten groeien, kan niet om aandelen heen. Aandelen stijgen sneller in waarde dan spaargeld of obligaties en behouden hun waarde ook beter als de inflatie toeneemt. Wie voorzichtig is, kan prima een deel van zijn vermogen op de beurs stallen.
> Zo vermijdt u dat u op het hoogtepunt instapt: stop elke maand wat geld – geld dat u naar verwachting zeker tien jaar niet nodig hebt – in aandelen. Op korte termijn fluctueren de koersen, op lange termijn stijgen ze.
> Spreid beleggingen over landen en branches.
> Superbelegger Warren Buffett adviseert beleggers om geld in indexfondsen te stoppen: fondsen die beursindices als de AEX volgen. Die hebben lagere beheerskosten, zodat er meer geld voor u overblijft. Ze worden bij alle banken en brokers aangeboden. Uit onderzoek van fondsvergelijker Morningstar bleek dat lage kosten de beste garantie vormen voor hoge rendementen in de toekomst.
Wie zijn geld niet wil laten verpieteren op een spaarrekening en de beurs te riskant vindt, heeft nog tal van andere opties. Een van de slimste is het vervroegd aflossen van de hypotheek: dit kunt u zien als een investering die jaarlijks de uitgespaarde hypotheekrente oplevert en bovendien het risico verkleint dat u zich uw huis bij tegenslagen niet meer kunt veroorloven.
Ook bij investeren buiten de beurs geldt: hoe hoger het rendement, hoe hoger het risico. Nadeel is vaak dat u uw geld niet snel kunt terughalen.
Zo leveren zonnepanelen met de huidige stroomprijs een rendement op van 6,6 procent per jaar, maar uw geld zit jaren vast, terwijl de stroomprijs kan dalen en de overheid de voorwaarden kan aanpassen. De winst kan veel lager uitvallen.
> Als u een spaarhypotheek hebt, loont het in de regel meer om geld bij te storten dan om de hypotheek af te lossen. Banken hanteren een maximum voor hoeveel u in een jaar mag aflossen of bijstorten.
> De fiscus heeft groene beleggingen tot een bedrag van 56.928 euro vrijgesteld van de belasting van 1,2 procent op box 3-vermogen en biedt over dat bedrag ook een heffingskorting van 0,7 procent. Effectief krijgt u daardoor maximaal 1,9 procent extra rente van de fiscus. Enkele groene beleggingen brengen risico met zich.
> Als iemand u een mooi investeringsaanbod doet, vraag dan: hoe zeker is het rendement, waardoor kan de winst lager uitvallen en kan ik mijn geld eerder terughalen? Als u geen duidelijke antwoorden krijgt: niet doen.