Sinds de minister voor Wonen is aangetreden, zijn de problemen op de huizenmarkt alleen maar groter geworden. Het ontbreekt dit kabinet aan een groter plan.
Het vertrouwen van de Nederlandse consument is naar een historisch dieptepunt gedaald. Sinds het Centraal Bureau voor de Statistiek in 1986 dat vertrouwen ging bijhouden, kwam er nooit een lager cijfer uit de bus.
Consumenten zijn al tijden somber: sinds voorjaar 2010 zakt de index die het vertrouwen meet steeds verder weg. Hiermee staat Nederland opvallend alleen, afgezet tegen zijn buurlanden. In België stijgt het consumentenvertrouwen sinds november 2012 onafgebroken, in Duitsland piekt het consumentenvertrouwen rond het niveau van economisch topjaar 2007.
In het slop
Opvallendste verandering in de afgelopen maand was dat consumenten steeds somberder worden over hun financiële situatie. Gevolg: ze houden de hand op de knip.
Tja, vind je ’t gek? Nederland heeft sinds het kabinet-Rutte II in oktober vorig jaar aantrad, een minister van Wonen, de VVD’er Stef Blok. Logisch, want de huizenmarkt zit diep in het slop en is daarmee de belangrijkste nationale rem op de economie – naast de eurocrisis.
Ouderen
Maar sinds de minister zijn werk ging doen, zijn de problemen op de huizenmarkt groter dan ooit. Kopers durven niet meer te kopen, banken willen geen hypotheken verstrekken. Alleen al in januari daalden de huizenprijzen met 10 procent.
Het kabinet deed, voortbordurend op het werk van Rutte I, nog wel meer. Het dwong invalide ouderen hun vermogen aan te spreken om de zorg te betalen. De hypotheekrenteaftrek is beperkt en de btw verhoogd, net als de belasting op verzekeringen.
Ad hoc
Dat gebeurde allemaal niet vanuit het grotere plan om houdbare overheidsfinanciën te creëren, want dan had de nadruk bij de bezuinigingen niet zo nadrukkelijk op lastenverzwaringen gelegen. Ad hoc worden steeds nieuwe maatregelen genomen om het begrotingstekort maar niet te hoog op te laten lopen. Een lijn is niet te bespeuren.
Al die ad hoc ingrepen hebben niets opgelost. De aanhoudende economische malaise wordt er juist door versterkt, waardoor het begrotingstekort hoog blijft en alleen maar nieuwe ingrepen nodig zijn.
Als de politiek doorgaat op de ingeslagen weg, ziet het er voor de economie allesbehalve rooskleurig uit.