Veel economen voorspellen al sinds het begin van de eurocrisis in 2009 het einde van de eurozone in de huidige vorm. Maar de kans dat een land als Griekenland eruit gaat, is veel kleiner dan gedacht. Met economie heeft het namelijk niets te maken, wel met politiek.
De ministers van Financiën van de negentien eurolanden kwamen vorige week en maandag bijeen in Brussel om te praten over een oplossing over Griekenland. Een gevolg van de leiderschapswissel in Athene.
Premier Alexis Tsipras kwam dit jaar aan de macht door te beloven de voorwaarden voor Europese steun die in 2010 zijn afgesproken, te versoepelen. Dus minder bezuinigen, minder ambtenaren ontslaan en minder liberaliseren. Het kan zomaar zo zijn dat hij op papier zijn zin krijgt.
Historisch besef
De belangrijkste eurolanden (met Duitsland voorop) willen dat Zuid-Europese landen – ook Spanje en Portugal werden in ruil voor steun gedwongen te bezuinigen en hervormen – hun economieën liberaliseren.
Dat leidt op termijn altijd tot hogere groei en is goed voor alle andere eurolanden en maakt de hele Unie krachtiger. En er speelt nog iets. Landen als Duitsland hebben een diepgeworteld historisch besef. De Berlijnse muur viel slechts 25 jaar geleden en tot in de jaren zeventig en tachtig waren Griekenland, Spanje en Portugal dictaturen.
Op de Balkan woedde in de jaren negentig oorlog. Nu is er strijd in Oekraïne. Het leidende Duitsland en ook nummer twee Frankrijk zien het als hun taak deze landen uiteindelijk op te nemen in de Unie en de eurozone, om zo oorlogen en dictaturen voor eeuwig te voorkomen.
Premier Tsipras weet dat. De meeste andere eurolanden willen absoluut geen versoepeling van de voorwaarden waaronder Griekenland Europese steun krijgt. Maar Tsipras moet met iets thuiskomen. Dat weten zij ook. Wat is de weg voorwaarts?
Redding
Neem de redding van IJsland in 2008. Dat land wilde niet akkoord gaan met een programma dat was opgesteld onder Brits recht. Nadat een team juristen twee weken hard aan de slag ging om het programma naar Amerikaans recht over te zetten, ging IJsland overstag. Inhoudelijk was er geen verschil. Maar IJslandse politici konden thuis vertellen dat ze een andere programma hadden gekregen.
Eurogroep-voorzitter Jeroen Dijsselbloem gaf hiertoe al een opening voor Griekenland. Zolang de budgettaire doelen overeind blijven kunnen er aanpassingen worden gemaakt in het Griekse programma, zei hij maandagavond.
Politiek is een spel van woorden. Een aangepast programma waarin woorden als ‘bezuinigen’ en ‘hervormen’ anders worden geformuleerd, zal Tsipras’ gezicht redden en de voorwaarden overeind houden.
Daarvoor is nog even tijd. Volgens Dijsselbloem twee dagen, maar misschien wel langer. Het zijn tot nu toe de ministers van Financiën die zich over Griekenland hebben gebogen. Pas als de regeringsleiders samenkomen en er over onderhandelen, wordt het echt spannend.