Het Openbaar Ministerie maakte donderdag bekend Geert Wilders te vervolgen op verdenking van belediging van een groep mensen op grond van ras en aanzetten tot discriminatie en haat. Houdt deze in zaak in de rechtszaal wel stand?
‘Deze zaak is veel sterker dan Wilders I,’ zegt strafrechtgeleerde Theo de Roos. Wilders werd in 2011 vrijgesproken van het aanzetten tot haat en discriminatie van moslims en niet-westerse allochtonen en belediging van moslims.
Koran
De Roos schat in dat het OM dit keer een sterkere zaak heeft. ‘Toen ging het vooral om verbale aanvallen van Wilders op de religie islam en de Koran. Maar de wet eist dat het gaat om aanvallen tegen groepen.’
De uitspraken van Wilders op 12 en 19 maart waren duidelijk gericht op Marokkanen, zegt De Roos. Wilders zei op 12 maart dat hij graag wat ‘minder Marokkanen‘ in Den Haag zou zien en op 19 maart vroeg hij tijdens de verkiezingsavond of de aanwezig ‘meer of minder Marokkanen‘ wilden.
Onverdraagzaamheid
Ook hoogleraar Henny Sackers zegt dat de kans op ‘succesvolle vervolging’ dit keer aanzienlijk groter is. ‘Het was zo dat politici meer uitingsvrijheid hadden dan gewone mensen, zeker als dat in het kader van het uitdragen van een politiek gedachtegoed was, en als dat bijdroeg aan het maatschappelijk debat,’ zegt Sackers tegen de NOS.
De Hoge Raad heeft daar dinsdag nieuwe grond aan toegevoegd, namelijk dat politici niet mogen toevoegen aan onverdraagzaamheid. ‘En dat met name lijkt de kans voor het Openbaar Ministerie op een succesvolle vervolging van Wilders aanzienlijk groter is.’
Advocaat Gerard Spong zei donderdag op Radio 1 ook dat de zaak tegen Wilders dit keer ‘kansrijker’ is. ‘Bij het artikel waar Wilders op vervolgd gaat worden, gaat het niet alleen om uitlatingen die aanzetten tot haat, geweld of discriminatie, maar ook om uitlatingen die aanzetten tot onverdraagzaamheid.’
Het OM zegt zelf daarover dat politici in het kader van de vrijheid van meningsuiting ver mogen gaan met hun uitspraken. ‘Maar die vrijheid wordt begrensd door het verbod op discriminatie.’
Homo’s
Dinsdag vernietigde de Hoge Raad een vonnis van het gerechtshof in Amsterdam over Delano Felter, de lijsttrekker van de Republikeinse Moderne Partij bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2010. Hij zei tegen AT5 onder meer dat homofielen een ‘afwijkende sekse’ zijn. Volgens het hof vielen de uitspraken onder de vrijheid van meningsuiting, de Hoge Raad oordeelde anders.
De hoogste rechter erkende dat een politicus ver mag gaan. Een politicus mag verontrusten, choqueren en zelfs kwetsen, maar hij draagt ook de verantwoordelijkheid ‘om te voorkomen dat hij uitlatingen verspreidt die strijdig zijn met de wet en met de grondbeginselen van de democratische rechtsstaat. Daarbij gaat het niet uitsluitend om uitlatingen die aanzetten tot haat of geweld of discriminatie maar ook om uitlatingen die aanzetten tot onverdraagzaamheid.’