Nederlandse elite heeft vertrouwen van het volk verloren

Door de crisis van de elite is de platheid van het volk de norm geworden. De rechtstreekse stem van het volk getuigt niet altijd van wijsheid of smaak.

Het koninkrijk is tweehonderd jaar oud: de constitutionele monarchie bestaat hier inmiddels twee eeuwen. In de loop van de negentiende eeuw werd de constitutionele monarchie een volwaardige democratie. En precies nu, op dit memorabele moment, abdiceert koningin Beatrix. Het koninkrijk krijgt een Koning.

Geen succes

Al weken is Nederland, daarbij aangemoedigd door de media, in de ban van de Inhuldiging. Er werd van alles georganiseerd: van een sportdag voor basisscholen tot de verkiezing van een koningslied. De sportdag is een uitstekend idee en hopelijk wordt dat de komende jaren voortgezet. Maar dat liedje? Dat was bepaald geen succes.

In de voorbije weken zagen we de pogingen om de onderlinge lotsverbondenheid van Nederlanders te benadrukken. De cohesie van het volk werd gevormd rond de taal en de politieke orde, met haar specifieke geschiedenis.

Het geheel werd nu geconcentreerd rond de monarchie. Wat dat ten onrechte? Dit is geen normatieve, maar een feitelijke vraag.

Republikeinen

Normatief kun je er iets bij voorstellen. Maar of de voorgestelde zaken corresponderen met de traditie en de wil van het volk, is een feitelijke vraag. De normatieve wensen van elites of intellectuelen komen niet altijd overeen met feiten. Dat is wat republikeinen niet begrijpen.

Het volk leeft al in een republiek. Maar de Oranjes vertegenwoordigen het geheel – de Nederlanders, geen Duitsers of Belgen. De koninklijke republiek der Nederlanden is een bijzondere vermenging van het zekere met het onzekere.

Het zekere wordt gerepresenteerd door de Oranjes. Ze zijn er altijd, als een structureel onderdeel van het geheel. Het onzekere is de parlementaire democratie, oftewel de wil van het volk.

De wil van het volk

De republikeinse vrienden hebben geen interesse in de Nederlandse werkelijkheid. Hoewel wat zij nastreven zonder meer nastrevenswaardig is, is het de vraag of dat niet binnen het bestaande systeem kan worden bereikt. Ervaring heeft mij geleerd dat een echte republiek vaak juist niet samenhangt met de constitutionele vorm waarin het staatshoofd functioneert.

Noord-Korea en Iran zijn republieken waarin tirannen regeren. Daar werd één keer – meestal bij het begin – rekening gehouden met de wil van het volk.

De republikeinen moeten juist de verdere democratisering van Nederland als speerpunt kiezen. Zo kunnen ze de republikeinse idealen op een inhoudelijke haalbare wijze realiseren: de gekozen burgemeester, democratische versterking van de positie van de premier, et cetera. Maar verdere democratisering moet niet worden gelijkgesteld aan verdere debilisering en vervlakking van Nederland.

Kinderlijk

Nederland is van nature plat al genoeg. En zo zijn we bij het Koningslied aangekomen.

Kennelijk roept de Inhuldiging iets infantiels op. Nederland heeft weer getoond hoe een groot deel van het publiek op onvervalst kinderlijke wijze met de monarchie omgaat. Het Koningslied gaf aanleiding voor reflectie op de stand van zaken bij het Nederlandse volk. Daarover heb ik slechts twee belangrijke reflectieve analyses gelezen.

Liesbeth Wytzes beschreef in haar blog dat het platte Koningslied een groot deel van Nederland vertegenwoordigt. Nadat Wytzes de abdicatiebrief van Ewbank had gelezen, wist zij dat het hier om iets heel anders gaat: ‘platte smakeloosheid. Dat heeft niets met high of low culture te maken(…) Ewbank past precies in een lange lijn van platte, ordinaire artiesten die je steeds ziet in Nederland.’  Wytzes heeft gelijk, het Koningslied is wel degelijk geslaagd.

Tragische toestanden

Gertjan van Schoonhoven reflecteert juist vanuit democratisch perspectief: het volk heeft gekozen voor dat liedje. Het was een referendum, aldus Van Schoonhoven. Een buitengewoon scherpe waarneming!

Het volk heeft ervoor gekozen. Daarmee wil Van Schoonhoven de rechtstreekse wil van het volk problematiseren. De rechtstreekse stem van het volk getuigt niet altijd van ultieme wijsheid of smaak. In andere democratische landen, met uitzondering van Italië, wordt de rechtstreekse stem van het volk bij grote vraagstukken ontweken. De rechtstreekse stem, zonder bemiddeling van vertegenwoordigers, kan tot komische en tragische toestanden leiden.

Problematiseren

Wytzes en Van Schoonhoven presenteren op meesterlijke wijze het probleem van onze democratie: de balans tussen de redelijkheid en de stem van het volk. Populaire media berusten op de stem van het volk.

En authenticiteit? Die kan ons worden gestolen – soms. De balans tussen stem van het volk en redelijkheid is al een tijdje verstoord. Het volk wil daardoor eigen platheid tot norm verheffen. En dat is niet de schuld van het volk. Het was immers altijd al erg plat, waar dan ook.

Hoe handelt het volk in een uitgebalanceerde geestelijke toestand? Het volk had vertrouwen in de politieke en intellectuele elite, en daarom trachtte het volk te handelen conform de ethische en esthetische maatstaven die de elite het volk had aangereikt.

Crisis

Maar de Nederlandse elite heeft, evenals die van enkele andere westerse landen, het vertrouwen van het volk verloren. De crisis van de elite is de reden dat de platheid van het volk de norm is geworden.

Niet de monarchie maar de elite verkeert in crisis. De toekomstige monarch moet zorgen dat de crisis van de elite zich niet meester maakt van de monarchie.