Door een fout van het Openbaar Ministerie (OM) zijn drie verdachte mensenhandelaren op vrije voeten. Volgens de rechtbank Noord-Nederland zou het OM ontlastend bewijs hebben vernietigd en bevelen van de rechter hebben genegeerd.
Na jarenlang onderzoek heeft de rechter het OM deze week niet-ontvankelijk verklaard, schrijft het Algemeen Dagblad vrijdag.
Verblijfsvergunning
Drie verdachten werden in 2010 in Drenthe aangehouden op verdenking van mensenhandel. Volgens het OM hebben de verdachten drie Braziliaanse vrouwen onder dwang laten werken en uitgebuit, de vrouwen hebben aangifte gedaan.
Volgens raadsman Michiel Pennings van Manders advocaten deden de vrouwen aangifte om in aanmerking te komen voor de B9 regeling, waarbij slachtoffers van mensenhandel een tijdelijke verblijfsvergunning krijgen.
Verklaring
De verdediging wilde de inmiddels teruggekeerde vrouwen verhoren in Brazilië, de rechter gaf hier ook toestemming voor. Toen is de recherche zonder medeweten van de rechter en advocaten naar het land afgereisd om de verklaringen af te nemen.
De rechter oordeelde dat deze actie onrechtmatig was, en het de schijn van partijdigheid wekte. Het OM zette hiermee de geloofwaardigheid op het spel. De advocaat van een van de verdachten zegt dat zijn cliënt ook is afgeluisterd zonder toestemming van de rechter-commissaris. Volgens het OM was de politie hiertoe bevoegd.
Bewijs
Over het vernietigen van ontlastend bewijs zegt het OM dat het om een eerder onderzoek gaat naar mensenhandel en dat de vier ‘missende ordners’ geen enkele rol hebben gespeeld bij het vervolgonderzoek.
Advocaat Pennings vindt dat zijn cliënt ten onrechte wordt aangemerkt als verdachte. Volgens Pennings verdienen de vrouwen een ‘aardige boterham, veel meer dan zij in Brazilië zouden verdienen’. Het OM beraadt zich komende week op een eventueel hoger beroep.