In verschillende Europese steden hebben Koerden maandagavond aandacht gevraagd voor de noodsituatie in de Syrische stad Kobani. In Den Haag wisten enkele honderden Koerden het gebouw van de Tweede Kamer binnen te dringen.
Ongeveer 250 Koerdische actievoerders wisten maandagavond de hal van het Tweede Kamergebouw binnen te dringen. Ze droegen spandoeken met de tekst ‘stop met zwijgen steun Kobani’ en riepen protestleuzen.
Kobani
De situatie in de Syrisch-Koerdische stad Kobani, waar terroristen van Islamitische Staat (IS) het gevecht tegen de Peshmerga lijken te winnen, was voor veel bezorgde Koerden de hoofdoorzaak om naar het Tweede Kamergebouw te gaan.
‘We willen niet wachten op een massaslachting,’ zegt een Rotterdamse actievoerder in De Telegraaf. Binnen werden de actievoerders toegesproken door onder anderen Kamervoorzitter Anouchka van Miltenburg en SP-Kamerleden Harry van Bommel en Sadet Karabulut. Rond 2.00 uur ’s nachts verlieten de demonstranten het gebouw na toezeggingen dat de situatie in Kobani dinsdag zal worden besproken met de buitenlandwoordvoerders van de politieke partijen.
Veiligheid
De Koerdische actievoerders kregen hun zin, maar de vraag blijft hoe het kan dat actievoerders zich een toegang tot het parlement kunnen verschaffen.
‘We konden gewoon naar binnen lopen, er was nauwelijks bewaking,’ zei een van de actievoerders na afloop. Een ander zei dat een bewaker per ongeluk een zijdeur had geopend door met zijn voet langs een sensor te gaan. De demonstranten maakten daar vervolgens gretig gebruik van. ‘Bestormen Tweede Kamer door wie dan ook is onacceptabel. Beveiliging lijkt zo lek als een mandje. Waarom doet Kamervoorzitter toezeggingen?’ zei PVV-leider Geert Wilders dinsdagochtend op Twitter.
De bewakers wisten overigens wel te voorkomen dat de groep ook de Tweede Kamer zelf kon binnengaan. De groep werd vastgehouden in de hal. Het onaangekondigde protest verliep verder zonder problemen. De politie heeft geen arrestaties verricht.
Europa
Het protest in Den Haag stond maandagavond niet op zichzelf. In meer Europese steden vroegen Koerden aandacht voor de situatie in Kobani. In Wenen en in Bern gingen actievoerders eveneens naar het parlementsgebouw.
In Brussel, Kopenhagen en Stockholm werd op de luchthavens geprotesteerd. In de Turkse hoofdstad Istanbul gingen duizenden Koerden de straat op. Veel Koerden zijn van mening dat Turkije veel te weinig doet om de veiligheid van de minderheid te garanderen.