Ruim helft aanvragen kinderpardon afgewezen

Meer dan de helft van de aanvragen voor een verblijfsvergunning in het kader van de kinderpardonregeling is afgewezen. De minderjarige asielzoekers woonden bijvoorbeeld nog niet lang genoeg in Nederland of had nooit eerder om asiel gevraagd.

Vanaf 1 februari vorig jaar konden minderjarigen drie maanden lang een beroep doen op de regeling, die de VVD tegen haar zin in in het Regeerakkoord zette. Van de 3.280 ingediende aanvragen zijn er 1.710 afgewezen, blijkt uit cijfers die de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) maandag naar buiten brengt.

Bezwaarzaken

Er lopen nog 130 bezwaarzaken van afgewezen asielzoekers. De IND wacht in die gevallen nog op advies of resultaten van onderzoek.

675 kinderen en 775 gezinsleden mogen wél al in Nederland blijven door het kinderpardon. Het gaat om kinderen die voor hun achttiende levensjaar ruim vijf jaar in het land hebben gewoond. Zij moeten het grootste deel van die tijd onder toezicht van het Rijk zijn geweest – wie meer dan drie maanden buiten beeld was, hoeft ook niet op een verblijfsvergunning te rekenen. Alleen naar school gaan of ingeschreven staan bij een gemeente, is niet voldoende.

Omstreden maatregel

De kinderpardonregeling is één van de omstreden afspraken uit het Regeerakkoord. Staatssecretaris Fred Teeven (Vreemdelingenzaken, VVD) is tegen, maar voert hem toch uit. Toen de regeling werd afgesproken, zou illegaal verblijf nog strafbaar worden, een wens van de VVD.

De strafbaarstelling leidde bij coalitiepartner PvdA tot zo veel verdeeldheid, dat de partij met de VVD bleef onderhandelen om de wet weer te annuleren. Twee weken geleden werd bekend dat de wet van de baan is, en dat de liberalen in plaats daarvan een verhoging van de arbeidskorting krijgen.