Nu ze deels in het gelijk zijn gesteld, zijn de ‘moeders van Srebrenica’ nog niet klaar. Ze eisen dat de Nederlandse staat verantwoordelijkheid erkent voor álle in Srebrenica gedode moslimmannen.
Dat zegt advocaat Marco Gerritsen die de nabestaanden vertegenwoordigt.
Groot succes
‘Natuurlijk is het een groot succes dat de rechter de verantwoordelijkheid van de Nederlandse staat erkent voor de dood van een deel van de mannen. Maar aan de andere kant is dat niet genoeg,’ zegt hij tegen elsevier.nl.
De rechter oordeelde woensdag dat Nederland de driehonderd tot vijfhonderd mannen die op de Dutchbat-compound verbleven, niet weg had mogen sturen. Maar over de andere mannen, waarvan er zesduizend de bossen in zijn gevlucht, hadden de Nederlandse blauwhelmen geen verantwoordelijkheid.
Geen melding gemaakt
Gerritsen is het daar niet mee eens. De Dutchbat-militairen hadden in de ogen van de raadsman veel meer kunnen doen om de massaslachting van ruim achtduizend moslimmannen te voorkomen.
‘Het leger van Mladic kon ongehinderd de hele enclave veroveren. De Nederlandse militairen grepen niet in omdat ze geen luchtsteun kregen, maar als ze eerder melding hadden gemaakt van de misdaden die ze zagen en konden vermoeden, hadden ze die steun wellicht wel gekregen.’
Hoger beroep
De advocaat erkent dat dit een hypothetische stelling is, maar vindt dat Nederland op zijn minst nalatigheid kan worden verweten. De juridische strijd is dan ook nog niet gestreden. ‘Ik moet het vonnis nog lezen, maar overweeg zeker in hoger beroep te gaan.’
Ook de landsadvocaat gaat zeer waarschijnlijk in hoger beroep. De staat heeft altijd volgehouden dat in Srebrenica onder VN-vlag werd geopereerd waardoor immuniteit voor rechtsvervolging gold. Maar de Hoge Raad oordeelde vorig jaar in een andere zaak dat het Nederlandse leger ondanks het VN-mandaat verantwoordelijk kan worden gehouden voor de dood van drie mannen. De nabestaanden in die zaak kregen uiteindelijk een schadevergoeding toegewezen.