De ‘fatwa’s’ van westerse leiders zijn in strijd met de rechtsstaat

Regeringsleiders en andere politici kunnen zich beter niet met Koran-interpretatie inlaten. En moslims moeten niks.

Volgens de Amerikaanse president Barack Obama ‘belichaamt de islam een religie van vrede, redelijkheid en tolerantie’, die ‘vervormd wordt door een paar extremisten’. Onlangs ging Obama een stapje verder.

Hij zei over de beweging die in Syrië en Irak de Islamitische Staat (IS) heeft uitgeroepen dat die ‘niet-islamitisch’ is. Obama plaatste IS buiten de islam.

Obama’s voorganger George W. Bush deed twaalf jaar geleden iets soortgelijks. Nadat hij vele malen het vreedzame karakter van de islam had benadrukt, stelde Bush dat Al-Qa’ida en de Taliban niet vreedzaam waren en dus niet in de islamitische ‘traditie’ zouden passen. Nadat wederom een Brit door een IS-beul was onthoofd, zei de Britse premier David Cameron onlangs: ‘De islam is vrede. IS zijn geen moslims, maar monsters.’ Ook hij weet dus echte moslims van valse moslims te onderscheiden.

Glibberig pad

Het kabinet-Rutte begeeft zich nu ook op het glibberige pad van het duiden van de ware islam. In de brief waarin het sturen van F-16’s naar Irak werd aangekondigd, stelt het kabinet dat IS ‘weinig van doen heeft met de islam’. Tot dusver waren leidende politici – Geert Wilders (PVV) uitgezonderd – terughoudend met islamduiding.

Wel is er veel stelligheid over de over het geheel genomen ‘gematigde’opvattingen van Nederlandse moslims. Ministers zeggen slechts hardwerkende moslims te kennen die niets moeten hebben van IS. In het verlengde daarvan riep de Rotterdamse burgemeester Ahmed Aboutaleb (PvdA) moslims op om zich afkeurend uit te spreken over IS. Hij voegde daaraan toe dat er een gebrek aan moreel leiderschap is onder de Nederlandse moslims. Hij wekte de indruk met zijn oproep in dat hiaat te voorzien.

Aboutaleb kreeg nogal wat complimenten vanaf het Binnenhof – deze keer ook van Geert Wilders – waarbij nadrukkelijk werd gezinspeeld op het feit dat Aboutaleb zelf moslim is. De vraag of het wel zo wenselijk is dat de burgemeester van Rotterdam tevens de vacante positie van moreel leider van de Nederlandse moslims waarneemt, kwam weinig aan de orde.

Morele vrijbrief

Amerikaanse presidenten en de Britse premier denken dus te weten hoe vredig de islam wel niet is en plaatsen gewelddadige islamitische bewegingen buiten de islam. Ten eerste verschaffen ze zich zo een morele vrijbrief om deze vijanden aan te vallen. Ten tweede pogen ze de moslims in eigen land te paaien, de moslims in de wereld niet te verontrusten en leiders van islamitische landen aan hun zijde te krijgen. De kans dat ze de islam werkelijk vreedzaam vinden, moet niet al te hoog worden ingeschat. De vraag dringt zich op hoe het zit met dat vreedzame karakter van de islam. Net als de vraag of Nederlandse moslims echt zo weinig moeten hebben van jihadistische strijdgroepen als IS. En schieten we er iets mee op als politici zich uitlaten over de aard van de islam en opvattingen van moslims?

Niet vreedzaam

De islam is noch in theorie, noch in de praktijk een bij uitstek vreedzame religie, even aangenomen dat dé islam bestaat. De islam is van den beginne – zij het niet overal – met het zwaard verspreid.

Heilige geschriften legitimeren dat ook of dringen daar zelfs op aan. De hoofdstromen in de islam, de soennieten en de sjiieten, hebben elkaar door de eeuwen heen ook op leven en dood bestreden, zoals nu in Syrië en Irak. Wat soennitische groepen in Syrië als een strijd voor de islam aan de man brengen, was tot dusver vooral een strijd tegen andere moslims, sjiieten.

Hiertegen kan worden ingebracht dat het christendom ook niet altijd vreedzaam is of is geweest. De kruistochten richtten zich tegen het oosterse christendom én tegen de islam. Het christendom is de Friezen en Saksen ten tijde van Karel de Grote met geweld opgelegd, waarbij net als nu in Irak onthoofdingen en deportaties aan de orde van de dag waren.

Vier eeuwen terug bevochten katholieke en protestantse vorsten elkaar ook hier op leven en dood, met miljoenen doden tot gevolg. Maar dat maakt de islam nog geen religie van vrede. Een beetje imam of ayatollah ziet de islam toch als wat het woord betekent: ‘onderwerping’. En dat kan goedschiks of kwaadschiks.

Fatwa’s

Westerse leiders die denken te kunnen uitmaken dat sommige moslims (die van IS, bijvoorbeeld) geen moslims zijn,gedragen zich niet zo gek veel anders dan islamitische voorlieden die doodvonnissen (fatwa’s) uitspreken op grond van ongelovigheid of afvalligheid.

Obama en Cameron slaan met hun opportunistische fatwa’s zo een weg in die flagrant in strijd is met de westerse rechtsstaat en de gangbare scheiding tussen kerk en staat.

Wat er wel bekend is over de opvattingen van moslims over de gewelddadige strijd ‘voor de islam’ stelt niet bij voorbaat gerust.

De Nederlandse socioloog Ruud Koopmans concludeerde op basis van onderzoek onder moslims in West-Europa – ook in Nederland – dat tweederde er fundamentalistische opvattingen op na houdt, in die zin ook, dat ze de regels van de islam boven de

regels van de staat stellen.

Koopmans zegt dat er een sterk verband bestaat met vijandigheid jegens joden en homoseksuelen. Religieus fundamentalisme, zegt Koopmans, moet weliswaar niet worden gelijkgesteld met steun of deelname aan religieus gemotiveerd geweld, maar het is wel heel waarschijnlijk dat dergelijk fundamentalisme een vruchtbare bodem is voor radicalisering.

Geweld

Onderzoek van de Universiteit van Amsterdam kwam in 2010 uit op zo’n 50.000 Nederlandse orthodoxe moslims die het gebruik van geweld goedkeuren, ook al zouden ze er zelf doorgaans niet toe overgaan, maar wel geneigd zijn tot ‘passief ondersteunen’.

Wat Obama, Cameron en ook veel Nederlandse politici gemeen hebben, is dat ze naar bezweringsformules grijpen in de hoop islamitisch gemotiveerd geweld te bestrijden zonder moslims van zich te vervreemden of, erger nog, hen op het idee te brengen ook naar geweren en messen te grijpen.

Obama en Cameron verzinnen daartoe een islam die niet per se hoeft te bestaan. In Nederland verzinnen politici onder moslims levende opvattingen die evenmin hoeven te stroken met de werkelijkheid.  Met beide bezweringsformules schieten we alleen niks op, het middel is ook nog eens erger dan de kwaal. Moslims hebben ook wel door dat ze met gelegenheidspraatjes worden gepaaid. Intussen laten regeringsleiders en andere politici zich wel in met Koran-interpretatie en andere theologie. Daarmee slaan ze een weg in die in het kader van de vooruitgang nou juist was verlaten.

Aboutaleb

Wat Aboutaleb doet, is wat onschuldiger, maar ondanks alle goede bedoelingen toch ook niet zonder risico’s. De burgemeester van Rotterdam heeft zich niet uit te laten over de stand van zaken met betrekking tot het moreel leiderschap onder de Nederlandse moslims. Het is ook zeer de vraag of hij, of wie dan ook, er goed aan doet de Nederlandse moslims aan te sporen zich – afwijzend – uit te spreken over Islamitische Staat.

Nog los van het feit dat dé Nederlandse moslimgemeenschap niet bestaat, moeten specifiek aangewezen Nederlandse burgers niet worden aangespoord om zich gemeenschapsgewijs uit te spreken. Dat – op zich verontrustend genoeg – veel Nederlandse moslims de islam boven de Nederlandse wet stellen, wil nog niet zeggen dat de overheid hen ook groepsgewijs moet aanspreken.

In Nederland geldt, anders dan in vrijwel alle islamitische landen, ook voor moslims de vrijheid van meningsuiting. Daartoe moet ook het recht worden gerekend om zich niet uit te spreken, over welk onderwerp dan ook. Oproepen van overheidswege om groepsgewijs te laten horen dat je ‘gematigd’ bent of aantonen dat je anderszins heus wel deugt? Een loyaliteitsverklaring eigenlijk, specifiek voor moslims? Die kant moet het niet op.