Eurogroepvoorzitter en minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem (PvdA) neemt geen woord terug van zijn uitlatingen over de aanpak van de financiële sector. Hij heeft ook geen spijt van zijn opmerkingen.
Dat zei Dijsselbloem dinsdag in een debat in de Tweede Kamer over Cyprus.
Blauwdruk
Dijsselbloem kwam maandag onder vuur te liggen nadat toonaangevende media een interview publiceerden waarin de voorzitter van de Eurogroep zei dat het reddingsplan voor Cyprus een blauwdruk zou zijn voor de rest van de Europese bankensector.
Eerder liet de PvdA-politicus al weten dat hij verkeerd is geciteerd.
Bevolking
Dijsselbloem zei dinsdag in de Tweede Kamer dat het zijn taak is als eurogroepvoorzitter om beleid van de eurogroep en de aanpak van de problemen in de financiële sector uit te leggen.
Niet in eerste instantie aan de financiële markten, maar ‘primair aan de bevolking van de eurozone’.
Veranderende aanpak
Hij herhaalde dat de situatie en de redding van Cyprus beide uniek en uitzonderlijk zijn. Wel is het ‘een preventief signaal’ aan de sector dat Europese overheden niet meer standaard alle problemen bij banken naar zich toe trekken.
Het aanslaan van spaarders bij Cypriotsche banken is geen mal, voorbeeld of blauwdruk voor elders in Europa, maar past wel in de veranderende aanpak van de financiële sector in Europa, aldus Dijsselbloem.
Onvermijdelijk
‘Ik heb geen discussie aangezwengeld, maar benoemd wat we in de eurozone al gedurende enige tijd aan het doormaken zijn. Ik heb niks nieuws gezegd, maar beschreven welk proces in de eurozone aan de gang is,’ zei hij.
De gekozen oplossing voor Cyprus was ‘onvermijdelijk en rechtvaardig’ en moest door politici worden uitgelegd en verdedigd.
Beurzen
Hij sprak ook over de negatieve reacties op de financiële markten op zijn uitlatingen. Die waren er, beaamde Dijsselbloem, maar hij stelde ‘nuchter’ vast dat het uiteindelijk allemaal wel meeviel.
‘Er wordt heel veel paniek ‘gecreëerd’. Prima, maar laten we het hebben over hoe we met problemen omgaan. Paniek op de beurzen, ik heb het vandaag niet gezien.’