De aanscherping van de regels voor de bijstand gaat een half jaar later in. Pas op 1 januari volgend jaar moeten gemeenten de plannen van staatssecretaris Jetta Klijnsma (PvdA, Sociale Zaken) uitvoeren. De vertraging kost het kabinet ongeveer 60 miljoen euro.
Dat schrijft De Telegraaf. Gemeenten hadden gepleit voor een tragere invoering, omdat zij veel problemen bij de uitvoering van de plannen verwachten.
Tegenprestatie
De belangrijkste verandering in de bijstand is dat Klijnsma van bijstandsontvangers een tegenprestatie verwacht. Het is nog niet duidelijk hoe die tegenprestatie er precies uit gaat zien, waarschijnlijk krijgen gemeenten de vrijheid om te bepalen of dat eenvoudig werk moet zijn of dat er andere mogelijkheden zijn. Zo zou ook een integratiecursus in sommige gemeenten als tegenprestatie kunnen gelden.
Maandag onderhandelt Klijnsma met D66, ChristenUnie en SGP over de precieze uitwerking, zodat die partijen haar steunen in de Eerste Kamer.
Bijstandsmoeders
Klijnsma heeft haar plannen al afgezwakt. Vorige maand werd bekend dat de taaleisen voor bijstandsontvangers minder streng worden dan in het regeerakkoord staat. SGP-leider Kees van der Staaij maakte vrijdag bekend dat alleenstaande bijstandsouders met kinderen tot vijf jaar niet verplicht hoeven te solliciteren.
Ook zou Klijnsma’s plan om pas na vier weken wachten de eerste uitkering over te maken mogelijk niet doorgaan. Zij hoopte daarmee te bereiken dat bijstandsontvangers meer gemotiveerd zijn om werk te zoeken.