Het Centrum Informatie en Documentatie Israël (CIDI) vindt het verontrustend dat PVV-leider Geert Wilders de samenwerking zoekt met extreem-rechtse en openlijk antisemitische partijen.
Wilders zou op deze manier zijn principes verloochenen. Dat zegt CIDI-directeur Esther Voet woensdag in De Telegraaf. Voet constateert dat door de samenwerking met partijen als het Franse Front National en de Oostenrijkse FPÖ sprake is van een ‘glijdende schaal’.
Antisemitisme
De directeur wijst op het SS-verleden van de FPÖ en de veroordeling wegens antisemitisme van de oprichter van Front National, Jean Marie Le Pen. Hoewel de leiding van de Franse partij nu in handen ligt van Marine Le Pen, de dochter van Jean-Marie Le Pen, is het ‘foute gedachtegoed’ nooit aangepast.
Volgens Voet is Wilders als een blad aan een boom omgedraaid. ‘Altijd heeft hij gezegd niet met extreem-rechts in zee te gaan, maar dat gebeurt nu toch.’ Ook oud-PVV’ers Wim Kortenoeven en Louis Bontes vinden dat Wilders door de samenwerking ‘180 graden van standpunt is gedraaid’.
Blok
De PVV gaat de samenwerking aan met de andere partijen om in het Europees Parlement een rechts populistisch blok te vormen. Omdat hiervoor zeven partijen nodig zijn, heeft Wilders verder ook het Italiaanse Lega Nord, het Vlaams Belang en de Zweden Democraten op het oog. Daarnaast bestaat nog altijd de hoop binnen de PVV dat het Britse UKIP zich ook wil aansluiten.
In een reactie liet de PVV-frontman weten ‘niet bang‘ te zijn om met extreem-rechts in een hoek te worden geplaatst. ‘We zijn zeer pro-Israël en fel tegen antisemitisme. Met partijen als het Hongaarse Jobbik zullen wij dan ook nooit zaken doen.’
Het radicaal-rechtse Jobbik strijdt voor een ‘Beter Hongarije’ en wordt vaak fascistisch en antisemitisch genoemd.