Ajax laat AC Milan ontsnappen in bizarre slotfase

Ajax heeft in de Champions League-westrijd tegen AC Milan een late winst alsnog door de vingers laten glippen. Stefano Denswil leek de Amsterdammers naar de overwinning te koppen, maar Mario Balotelli trok met een strafschop de stand in de allerlaatste seconde weer gelijk.

Zowel Milan als Ajax begon afwachtend aan het tweede duel in groep H van de Champions League. De Milanezen lieten de bal aan Ajax, maar de Amsterdammers deden daar te weinig mee.

Toch had Ajax in de eerste helft op voorsprong kunnen komen als Viktor Fischer en Lerin Duarte het vizier op scherp hadden staan.

Ommekeer

In de tweede helft leek Ajax stug door te gaan op zoek naar de openingstreffer. Maar veel verder dan een kopbal van Kolbeinn Sigthorsson kwam de ploeg van Frank de Boer niet. De IJslander kopte de bal in de handen van een prima keepende Christian Abbiati.

Mario Balotelli had de bezoekers op 0-1 gezet, als keeper Jasper Cillessen de bal niet tegen de lat had geduwd. Het schot luidde de ommekeer in van de wedstrijd. Milan werd steeds sterker en was af en toe dichtbij een goal.

Het dieptepunt van de wedstrijd was een gemene trap van Sulley Muntari op de enkel van Niklas Moisander. Waar de Ghanees met rood van het veld had gemoeten, liet de scheidsrechter hem staan, terwijl zijn slachtoffer geblesseerd het veld moest verlaten.

Slotoffensief

Vlak voor tijd kwam Ajax tot een slotoffensief en zag het een goal van Siem de Jong afgekeurd worden. Vlak daarna was het wel raak toen Stefano Denswil een minuut voor tijd binnenkopte.

De Amsterdammers rekenden zich al rijk, maar in de allerlaatste seconde ging het alsnog mis. Mario Balotelli en Mike van der Hoorn hielden elkaar vast in het strafschopgebied waarop de scheidsrechter naar de stip wees. Het was de Italiaan zelf die onberispelijk binnenschoot en daarmee de eindstand op 1-1 bepaalde. Voor Ajax voelde het gelijkspel als een verlies maar over de hele wedstrijd gezien was een gelijke stand de enige juiste uitslag.