Ja, hij heeft twijfels bij klimaatverandering en zelfs bij vaccins. Maar het is pas echt oliedom hoe de wetenschap partij kiest tegen Donald Trump.
Het ruikt naar hippie en ‘peace brother’. In ballroom A van het Sheraton Hotel in Boston wordt in februari 2017, enkele weken na de inauguratie van Donald Trump, een paneldiscussie van Amerikaanse wetenschappers over het Trump-tijdperk gehouden. Er is ruimte voor een paar honderd man, de belangstelling is veel groter. Onderzoekers zitten op het tapijt, tussen de stoeltjes, leunen tegen de muur. Bij de deur wordt een pamflet uitgedeeld om van de universiteit een verzetszone te maken tegen ‘the fascist Trump regime’.
Wetenschap maakt zich zorgen
We bevinden ons op het jaarlijkse congres van de American Association for the Advancement of Science (AAAS), dat het roemruchte wetenschapstijdschrift Science uitgeeft en opkomt voor kennis en vooruitgang. De conferentie staat bol van de Trump-haat. Bij elke lezing – of het nu om de taal van bacteriën dan wel de toekomst van computers gaat – valt zijn naam, niet zelden begeleid door speekselproductie. De een zegt triomfantelijk dat ze niemand kent die op Trump heeft gestemd, een keurige grijze dame mompelt bij een persconferentie grinnikend ‘shoot him’. Schiet hem dood.
Een dag later was er op Copley Square in Boston een demonstratie, Rally to Stand Up for Science. Op 6 maart: weer een paneldiscussie, nu in New York, met als titel Trumped: What Now for Science and the Environment. Op 22 april de wereldwijde March for Science. Niet altijd wordt in de aankondiging de naam Trump genoemd, maar de voorbereidende organisaties laten er geen twijfel over bestaan tegen wie dit is gericht. Het is duidelijk, de Amerikaanse wetenschap maakt zich zorgen.
Niet alle zorgen zijn even gerechtvaardigd. Zo plaatst de president kanttekeningen bij de heersende opvatting over klimaatverandering en eerlijk gezegd is Donald Trump hier een welkome koude douche. Binnen de wetenschap heerst het dogma dat het klimaat alleen door toedoen van de mens zou veranderen, dit een drama gaat worden en er dus draconische maatregelen nodig zijn, zoals windmolenparken. Daar denken veel geleerden van naam anders over, maar hun mening is ondergesneeuwd, deels omdat de klimaatwetenschap gepolitiseerd is geraakt, deels omdat onderzoekers subsidie nodig hebben en daarom liever niet de vuile was buiten hangen.
‘Alternative facts’
Dat president Trump ambtenaren binnen de overheidsorganisaties FDA en EPA heeft verboden om met de buitenwereld te communiceren, zou een aanval op de vrijheid van wetenschap zijn. Ach, in de hele westerse wereld mogen ambtenaren maar beperkt met de buitenwereld communiceren. Ook overdreven is dat de ban op immigratie uit een aantal moslimstaten wordt gezien als frontale aanval op de wetenschap. Alsof er uit die landen zo veel genieën naar de Verenigde Staten zouden komen. In heel de Arabische wereld worden minder boeken gelezen (de Koran meegeteld) dan in Griekenland alleen.
De term ‘alternative facts’ past ook in het rijtje. Dit wordt door Amerikaanse wetenschappers als een antiwetenschappelijke aanduiding gezien. Welnu, daar valt over te debatteren. De uitdrukking is gelanceerd na de vraag hoeveel mensen er bij de inauguratie van Trump waren. Daarop volgden gedraai en gelieg van het Trump-team, maar op zichzelf is het concept van alternatieve feiten nuttig.
Om één voorbeeld te noemen: klimaatwetenschappers zien het als een onweerlegbaar feit dat het klimaat verandert, mede onder invloed van de mens. Daar hebben ze gelijk in – maar toch bestaan hier alternatieve feiten. Zoals: in de afgelopen 20.000 jaar, dus ook voordat de mens daar enige invloed op had, veranderde het klimaat al. Met andere woorden, alternatieve feiten kunnen bijdragen aan de waarheid. Om het wiskundig te formuleren: de waarheid is de integraal van een reeks alternatieve feiten.
Vaccins
Wel zorgwekkend is Trumps standpunt over vaccins. In de campagne heeft hij gesuggereerd dat het inenten van kinderen bijdraagt aan autisme. In tegenstelling tot zijn standpunt over klimaatverandering is dit volslagen onwetenschappelijk. Alle studies hebben uitgewezen dat vaccins veilig zijn en jaar in jaar uit honderdduizenden mensen, vooral in de Derde Wereld, het leven redden.
Het zou kunnen dat Trump hier, zoals hij wel vaker doet, maar wat heeft geroepen. Maar misschien meent hij het echt. Zo heeft hij Robert Kennedy junior benoemd tot voorzitter van een commissie die onderzoek gaat doen naar vaccins. Deze telg uit het roemruchte geslacht, tevens milieu-activist, heeft ze als het om vaccins gaat niet alle zeven op een rijtje.
Heersende dogma’s
Er is nóg een reden voor Amerikaanse wetenschappers om op hun hoede te zijn. Zoals John Holdren, voormalig wetenschapsadviseur van president Barack Obama, zei tijdens de eerder genoemde paneldiscussie in Boston: als je de belastingen wilt verlagen en meer wilt uitgeven aan infrastructuur en defensie, moet je ergens geld weghalen. Met andere woorden, de Amerikaanse wetenschap is bang dat Trump minder geld aan wetenschap geeft. Als je daarvoor bang bent, is het niet zo verstandig om de president in de gordijnen te jagen. Dat heeft de AAAS als vertegenwoordiger van de Amerikaanse wetenschap veelvuldig gedaan.
De organisatie is allesbehalve bipartisan (onpartijdig), zoals het in Amerika heet. In de laatste acht jaar was er op de jaarlijkse congressen bijvoorbeeld geen enkele discussie over de vraag welk deel van de opwarming aan de mens en welk aan de natuur moet worden toegeschreven. Sceptische klimaatwetenschappers als Richard Lindzen, Judith Curry of William Happer werden niet uitgenodigd, terwijl alarmistische hoogleraren als Naomi Oreskes (ze schreef een boek waarin ze stelt dat iedereen die aan het klimaatdogma twijfelt, is omgekocht) wel ruim baan krijgen.
Het afgelopen jaar is in het tijdschrift Nature Climate Change gepubliceerd dat de aarde de laatste dertig jaar 14 procent meer plantengroei kreeg door de toename van CO2. Op het recente AAAS-congres in Boston kreeg het geen enkele aandacht. Omdat het klimaatsceptici als Trump in de kaart speelt? Het verzwijgen van feiten die niet welgevallig zijn, heet vooringenomenheid.
Waken voor arrogantie
Natuurlijk is Trump geen hoogleraar, zoals Obama was aan de University of Chicago. Trump is een zakenman, uit het meest dubieuze deel van de zakenwereld, met ook nog eens een zichtbaar slechte smaak. Maar dat doet er niet toe. Het zou kunnen dat een platte vastgoedmagnaat voor de Verenigde Staten (en voor de rest van de vrije wereld) niet slechter en misschien wel beter is dan een hoogleraar.
Hoe dan ook, Trump is geen Attila de Hun. En dus is het oliedom van de Amerikaanse wetenschap om hem al bij voorbaat, voor hij een science advisor heeft benoemd, voor hij heeft bekendgemaakt wat hij met de budgetten van tal van wetenschappelijke organisaties wil, als zodanig af te schilderen. Dat is dezelfde arrogantie die Hillary Clinton deed ontsporen toen ze Trumps aanhangers omschreef als deplorables, betreurenswaardige sukkels.