Colorado is bekend van de Rocky Mountains en de liberale bevolking, dus lagen veel bergen en veel blowers in de lijn der verwachtingen. Hier spraken we voor het eerst Trump-supporters.
Great Sand Dunes National Park
Colorado binnenrijden vanuit New Mexico is als Terneuzen binnenrijden vanuit België: na een aantal kilometers lege vlakte is het eerste wat je tegenkomt een coffeeshop. Na nog zo’n 30 kilometer leegte is het tweede wat je tegenkomt Great Sand Dunes National Park, aan de voet van de Rocky Mountains. Het draait zoals de naam al verraadt vooral om grote zandduinen, de grootste in Noord-Amerika.
Meld je hier gratis aan voor de Amerika Update, de wekelijkse nieuwsbrief met de laatste ontwikkelingen over de Verenigde Staten. Elke vrijdag in je mailbox.
Als je ooit in de buurt van dit park komt, ga er dan vooral niet heen. Allereerst hoor je pas na betaling van de nogal dure entree ($ 20, zo’n € 17, voor een dag) of er nog ruimte is op de kampeerplekken. Dit bleek voor ons niet het geval. Daarnaast is het park eigenlijk vooral zand. Toegegeven, het is bijzonder dat er zo veel zand zo ver van de kust ligt, maar duinen kun je ook in Schoorl bezoeken, en daar is het gratis.
Het opmerkelijkste aan het park is de mogelijkheid om houten planken te huren voor $ 25, ruim € 20, per dag. Zo’n plank is niet veel meer dan een geschuurd stuk hout waarmee je van de duinen kunt sleeën. Een vergelijkbare plank in Katwijk kost bij de lokale Gamma zo’n € 8, en die hoef je niet voor zeven uur ’s avonds terug te brengen.
Denver
In Denver zou mijn reisgenoot voor een aantal dagen naar Las Vegas vliegen voor een afscheidsfeest, terwijl ik ‘the Mile High City’ zou verkennen. Ik sprak af met een Amerikaanse vriend uit Leiden, die toevallig in Denver was en de leuke plekken van de stad kent.
Colfax Avenue – met zijn 42 kilometer de langste straat van de Verenigde Staten – ligt in Denver. Twee bekende gebouwen staan aan deze langgerekte avenue. Allereerst is er het Capitool, gekroond met een gouden koepel. Het gebouw haalt het niet bij het Capitool in Austin en Baton Rouge. Het Capitool in Colorado is wel imposanter dan de bescheiden zandsteencirkel in Santa Fe, maar heeft dan weer weinig kunst te bieden. Na alle aspecten te hebben afgewogen besloten we dat dit Capitool buiten de topdrie tot nu toe valt.
Vlak bij het Capitool aan Colfax is ook de grote kathedraal in Denver te vinden. Die heeft iets weg van de dom in Keulen, maar is wel een stukje kleiner. De belangrijkste overeenkomst met de Keulse dom was helaas het grote aantal steigers aan de buitenkant van het gebouw.
Qua onroerend goed is Denver erg duur. Door de huizenprijzen staat de stad vaak hoog in de lijsten van minst betaalbare steden van de Verenigde Staten. Een flink deel van de stad is gegentrificeerd: het lijkt alsof Denver is binnengevallen door een hoop mannen met knotjes die overal ciderbars zijn begonnen. Zonder een ‘local’ om je rond te leiden, is Denver een niet al te interessante stad, gelukkig had ik wel die luxe.
Boulder
Boulder is een klein studentenstadje, een half uur rijden ten noorden van Denver. De stad staat bekend als een van de meest links-liberale plekken in de Verenigde Staten. Ironisch genoeg was het in Boulder waar ik de eerste Trump-supporters zou tegenkomen.
Twee broers, oude studiegenoten van mijn Amerikaanse vriend, namen ons mee voor een klein voorproefje van het nachtleven in Boulder. De twee waren geen karikaturen van de stereotiepe Trump-supporter (lees: MAGA-pet en bierbuik), maar hun getier over Hillary Clinton en Angela Merkel was er niet minder om. Wel grappig om aan te horen, tussen het leegdrinken van whisky-cola’s door. Ook hun medestudenten kregen ervan langs, die ze vooral zagen als politiek correct, rijk en talentloos.
De twee kwamen zelf uit Boulder en vonden dat al die studenten hun stadje verpestten. Het allerergste was Naropa University, ook gelegen in Boulder, een particuliere ‘liberal arts’-universiteit van boeddhistische komaf. Dit instituut is volgens de twee bedoeld voor mensen zonder enig academisch talent, met een ruime bankrekening. Het aanbod aan opleidingen aan Naropa, met als hoogte- (of diepte)punt ‘beschouwende kunsttherapie’, lijkt inderdaad academisch gehalte te missen. Het jaarlijkse collegegeld van ruim $ 40.000 (€ 34.400) is ook niet voor iedereen weggelegd.
Rocky Mountain National Park
Van de zestig nationale parken die de Verenigde Staten rijk is, is Rocky Mountain National Park een van de bekendste en drukst bezochte. Met ruim 4.400.000 bezoekers per jaar heeft het park meer bezoekers dan het bekende Yosemite (in Californië) en Yellowstone National Parks (in het noorden, op de grens van Wyoming, Montana en Idaho). Alleen Zion (Utah), Grand Canyon (Nevada) en Great Smokey Mountains National Parks (North Carolina en Tennessee) trekken meer bezoekers per jaar. Dat klinkt positief, maar het betekent vooral dat je in de file moet staan voor het indrukwekkende uitzicht.
Ook de aangewezen kampeerplekken in Rocky Mountain National Park zijn druk. Desalniettemin zijn er, vooral aan de zuidkant van het park, een aantal erg mooie en vrij rustige wandelroutes in de Rockies. Aan zo’n wandelroute kun je het beste vroeg in de ochtend beginnen, als het gros van de bezoekers nog aan het ontbijt zit.
Grand Junction & Colorado National Monument
Grand Junction is de laatste stad in het westen van Colorado voordat je Utah binnenrijdt. Deze stad is niet meer of minder speciaal dan de vele andere stadjes van dezelfde grootte in de Verenigde Staten. Het enige wat in Grand Junction opvalt, is de enorme hoeveelheid ruimte. Zo moeten er in de oppervlakte van Amsterdam, net anderhalf keer groter dan Grand Junction, 851.000 mensen passen, tegen 61.000 in Grand Junction.
Hoewel er dus ruimte zat was in Grand Junction, besloten we toch om buiten de stad te overnachten boven op het Colorado National Monument: een erg hoog en steil plateau met uitzicht over Grand Junction. Ernaast ligt de Grand Mesa, de grootste platte berg ter wereld. Het uitzicht vanaf dit soort plekken is prachtig.
Black Canyon National Park
Black Canyon National Park stond niet op ons lijstje, maar werd aangeraden door Jim (zie New Mexico). Het is een relatief weinig bezocht natuurreservaat, wat meer ligt aan de afgelegen locatie dan aan het park zelf. Black Canyon is niet gevormd uit een donker of zwart soort steen. De naam verwijst naar de diepte en steilte van de valleien, waardoor er nauwelijks zonlicht in doordringt. Sommige delen krijgen niet meer dan een half uurtje zon per dag.
Beneden in de vallei stroomt de Gunnisonrivier, een zijrivier van de rivier de Colorado. Op de oevers zijn enkele geschikte kampeerplekken, waar we dan ook verbleven. Zoals in veel nationale parken rond de Rocky Mountains staan overal borden met waarschuwingen voor beren en poema’s. Gelukkig werden we, met uitzondering van een nieuwsgierige en vrij opdringerige eekhoorn, met rust gelaten.