Nederland voldoet aan de eisen van de EU-Gedragscodegroep, en is daarom terecht niet op de ‘zwarte lijst’ gezet. Volgens staatssecretaris Menno Snel (Financiën) zal er ook volledig worden voldaan aan de net in EU-verband afgesproken strengere eisen.
Op de zwarte lijst van de Gedragscodegroep staan alleen landen die niet voldoen aan de eisen, en dat ook niet willen gaan doen, de ‘non-coöperatieve jurisdicties’.
Meld u hier gratis aan voor de Elsevier Weekblad Belasting Update, de wekelijkse nieuwsbrief met het laatste fiscale nieuws, analyses, achtergronden en commentaren. Elke vrijdag in uw postvak.
De landen op de ‘grijze lijst’ willen op korte termijn aan de bestaande en nieuwe eisen gaan voldoen. Nederland hoort dus ook niet op deze lijst.
Snel geeft in zijn Kamerbrief van 21 december ook aan dat een populaire constructie, de ‘konijneend’, niet voor 2020 zal worden aangepakt.
Geen aanvullende toetsing van Nederland
De staatssecretaris ziet geen reden om (ook) door een externe partij te laten beoordelen of Nederland voldoet aan de eisen. Volgens Snel heeft Mongolië, dat nu op de zwarte lijst staat, niet in 2013 het belastingverdrag met Nederland opgezegd omdat Nederland zou helpen bij belastingontwijking.
Hij bestrijdt, onder verwijzing naar zijn eerdere Kamerbrief, opnieuw dat Nederland probeert om maatregelen te vertragen. Nederland behoort niet tot een ‘coalition of the unwilling’, en heeft met de andere landen die hier deel van zouden uitmaken (Malta, Cyprus, Luxemburg en Ierland) geen speciale afspraken gemaakt.
De zwarte lijst
Alleen de Gedragscodegroep heeft overlegd met de landen die als belastingparadijs zouden worden aangemerkt. Nederland is nauwelijks benaderd door landen die uiteindelijk op de zwarte en grijze lijst zijn geplaatst. Er is echter wel contact opgenomen met Aruba en Curaçao over de aanpassing van hun belastingwetgeving.
Snel bevestigt dat een van de maatregelen tegen zwarte lijst-landen, het stopzetten van Europese ontwikkelingshulp kan zijn.
Hij wil de tegenmaatregelen, ook de niet-verplichte, zo veel mogelijk in EU-verband vaststellen. De afgesproken tegenmaatregelen worden in februari 2018 met de Kamer besproken, samen met de in het regeerakkoord beloofde maatregelen ter bestrijding van brievenbusconstructies en ‘low tax jurisdictions’. Volgens Snel zal er bij de uitwerking van de beloofde maatregelen niet per definitie worden aangesloten bij de definities van ‘misbruik’ en ‘low tax jurisdictions’ van de Gedragscodegroep.
Nederland wil maatregelen tegen belastingontwijking en -ontduiking zo veel mogelijk in EU-wetgeving regelen, omdat EU-lidstaten hieraan zijn gebonden. De EU heeft op dat punt namelijk meer mogelijkheden dan de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO).
Pas in 2020 maatregelen tegen bepaalde constructies
De afschaffing van de dividendbelasting en de maatregelen om misbruik te voorkomen zullen pas 1 januari 2020 in werking treden.
Dit geldt ook voor de wetgeving om de oprichting van een ‘konijneend’ tegen te gaan. Een konijneend is een internationale vennootschap met elementen van een BV én een commanditaire vennootschap (CV). De vennootschap wordt voorlopig in geen van beide landen belast, omdat elk land vindt dat het andere land kan heffen. In de ATAD2-richtlijn is geregeld hoe dergelijke ‘hybride’ structuren moeten worden aangepakt door de EU-lidstaten. De maatregelen hebben ook betrekking op andere constructies dan de konijneend, en het gaat om complexe wetgeving. Er is daarom afgesproken dat lidstaten hun wetgeving per 1 januari 2020 hebben aangepast.