Het Syrische leger ontkent aantijgingen dat het luchtaanvallen heeft uitgevoerd op een vluchtelingenkamp in het Noord-Syrische Idlib. Donderdag kwamen daar 28 mensen om het leven door een bombardement.
Een ‘bewuste oorlogsmisdaad’, noemde de hoge commissaris voor de mensenrechten van de Verenigde Naties Zeid Ra’ad al-Hussein het.
Straf
Volgens de VN is het Syrische regime verantwoordelijk voor de aanval en is het ‘onwaarschijnlijk’ dat het om een ongeluk gaat, aangezien het kamp goed zichtbaar is vanuit de lucht.
Al-Hussein benadrukt dat het nog geverifieerd moet worden of het Syrische leger de aanval daadwerkelijk op haar geweten heeft. Wel vraagt hij leden van de VN-Veiligheidsraad om Syrië naar het Internationaal Strafhof in Den Haag te sturen, zodat er een ‘heldere straf is voor degenen die dit soort misdrijven begaan’.
Lees ook ‘Regime van stilte’ brengt enige opluchting in Aleppo
Volgens het Syrische Observatorium voor de Mensenrechten kwamen er 28 mensen om, onder wie een aantal vrouwen en kinderen. Dat aantal kan bovendien nog stijgen omdat er minstens 50 zwaargewonden vielen. Ook is het kamp voor een groot deel verwoest.
Het vluchtelingenkamp ligt vlakbij het plaatsje Sarmada, op ongeveer 30 kilometer van Aleppo. De meeste vluchtelingen die in het kamp zitten komen dan ook uit die stad. In Aleppo gold donderdag nog een tijdelijke wapenstilstand, wat voor enige verlichting zorgde in de door conflict verscheurde stad.
Vliegtuigen
‘De VN-rapporten spreken niet de waarheid, het Syrische leger heeft zich niet gericht op het vluchtelingenkamp op het platteland van Idlib,’ aldus een verklaring van het Syrische leger. Ook Rusland, bondgenoot van het regime van de Syrische president Bashar al-Assad, ontkent dat zijn vliegtuigen over het gebied zijn gevlogen. De Russen wijzen naar de terroristen van het Al-Nusra Front.
Nederland roept op tot een onafhankelijk onderzoek naar de ‘gruwelijke aanval’. Ook minister Bert Koenders (PvdA) van Buitenlandse Zaken spreekt van een mogelijke oorlogsmisdaad.
De internationale steungroep voor Syrië (ISSG), waar ook Nederland deel van uitmaakt, moet op korte termijn spoedberaad h ouden om te redden wat er over is van de wapenstilstand, zegt Koenders. Collegaminister Lillianne Ploumen (PvdA) van Ontwikkelingssamenwerking vindt dat de aanval aantoont dat er voor heel Syrië een wapenstilstand moet komen, en niet alleen voor bepaalde plekken in het land.