Levenslang geëist tegen Mladić voor genocide in Srebrenica

Archiefbeeld van Ratko Mladić in het Joegoslavië-Tribunaal, het proces tegen de oud-commandant duurt nu al 4,5 jaar - Foto: ANP

De aanklagers van het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag willen dat de voormalige Bosnisch-Servische generaal Ratko Mladić voor altijd achter slot en grendel verdwijnt. Ze eisen een levenslange celstraf tegen de 74-jarige oud-commandant vanwege genocide.

‘Het zou een belediging zijn voor de slachtoffers, levend en dood, en een belediging van het recht om een zachtere straf op te leggen dan de hoogste wettelijke beschikbare,’ zegt aanklager Alan Tieger.

Massaslachtingen van islamitische mannen

De aanklagers houden Mladić onder meer verantwoordelijk voor de massaslachtingen in de Bosnische plaats Srebrenica in 1995. Meer dan 7.000 islamitische jongens en mannen werden daar afgevoerd en om het leven gebracht.

Het was tijdens de Bosnische burgeroorlog, die van 1992 tot 1995 duurde. De ongeveer 600 Dutchbatters die bij de VN-enclave in Srebrenica waren gestationeerd werden op 11 juli 1995 overrompeld door de troepen van Mladić. De slachtpartij werd in 2004 al tot genocide bestempeld door het Joegoslavië-tribunaal.

Tribunaal beschuldigd van vooringenomenheid

Het proces tegen Mladić duurt al 4,5 jaar. Zijn advocaten, die vanaf vrijdag aan het woord mogen komen, vinden van het begin af aan al dat hun cliënt als zondebok wordt geofferd. Zoals vaker het geval is, wordt het tribunaal van vooringenomenheid beschuldigd.

Volgens de aanklagers speelde Mladić echter een centrale rol bij de Bosnische burgeroorlog. Net als politiek leider Radovan Karadzić, die begin dit jaar tot 40 jaar cel werd veroordeeld, wilde hij volgens hen ‘met geweld ene zuivere Servische republiek creëren’ in Bosnië.

Karremans eerder niet vervolgd

In september van dit jaar besloot het Europees Hof dat voormalig Dutchbat-commandant Thom Karremans niet hoeft te worden vervolgd door de Nederlandse staat voor zijn rol in de val van Srebrenica. Het Europees Hof acht het niet bewezen dat Nederland de zaak niet goed heeft onderzocht.

Karremans voerde de Nederlandse militairen aan tijdens de val van de moslimenclave Srebrenica in 1995. Van januari tot eind juli 1995 – de maand waarin het bloedblad plaatshad – stond de enclave Srebrenica onder bescherming van een Nederlandse VN-eenheid.

In juli werd de enclave aangevallen. Karremans vroeg om luchtsteun, maar dat wees de VN steeds af. Met de uitspraak van het Hof zijn de rechtszaken rond Srebrenica nog niet voorbij. In juni dit jaar stelden twaalf veteranen, met op de achtergrond de steun van Karremans, de Nederlandse staat aansprakelijk. Ze vinden dat ze op een onmogelijke missie zijn gestuurd en willen compensatie.