Het is koud, om niet te zeggen steenkoud in Zuid- en Zuidoost-Europa. Zelfs in het vaak zo milde midden van Italië ligt een flink pak sneeuw. De Turkse stad Istanbul is onbereikbaar, in Hongarije en op de Balkan liggen de temperaturen ruim onder het vriespunt.
Het is bibberen geblazen. In de Griekse havenstad Thessaloniki zakte de temperatuur tot 7 graden onder nul en in de hoofdstad Athene ligt de temperatuur rond het vriespunt. In de rivier de Donau, waaraan componist Johann Strauss zijn welbekende ode bracht (An der schönen blauen Donau, 1867), stromen de ijsschotsen in sneltreinvaart voorbij. Niet gek: in Hongarije – een van de landen waar de rivier doorheen stroomt – werden temperaturen gemeten van min 18 graden. Al dat wintergeweld levert vanzelfsprekend mooie beelden op.