Oud-CIA-directeur James Woolsey deed vrijdag een schokkende onthulling. Michael Flynn, voormalig nationaal veiligheidsadviseur van de Amerikaanse president Donald Trump, zou tijdens diens campagne met Turkse regeringsvertegenwoordigers hebben gesproken over een illegale ‘verwijdering’ uit de Verenigde Staten van de islamitische prediker Fethullah Gülen, aartsrivaal van de Turkse president Recep Tayyip Erdogan.
Ze zouden hebben geïnventariseerd of Gülen uit Amerika kon worden gehaald en naar Turkije getransporteerd zonder de officiële uitleveringsweg te volgen, meldt The Wall Street Journal. Een woordvoerder van Flynn ontkent diens betrokkenheid tegen dezelfde krant.
Vijand van Erdogan
De 75-jarige Gülen, hoofd van de Gülen-beweging die door Turkije als terreurorganisatie wordt aangemerkt, woont sinds de jaren negentig in zelfverkozen ballingschap in Saylorsburg, in het Pocono-gebergte in de Amerikaanse staat Pennsylvania.
Als een van Trumps campagne-adviseurs woonde Woolsey de betreffende vergadering, in september 2016 in New York, ook bij. Hij zegt dat sommige van de besproken maatregelen veel weg hadden van een ontvoering.
Druk om uitlevering
De Turken oefenen al sinds de mislukte coup in juli 2016 druk uit op de Amerikanen om Gülen uit te leveren. De Amerikanen weigeren dat te doen zolang er geen strafbaar feit is aangetoond. De regering van Erdogan verdenkt Gülen ervan achter de coup te zitten.
Flynn stapte in februari op als adviseur van Trump, nadat boven water was gekomen dat hij met de Russische ambassadeur Sergej Kisljak had gesproken over de internationale sancties tegen Rusland, en hij daarover had gelogen tegenover de Amerikaanse regering.