De oplopende spanning tussen Europa en Turkije krijgt een nieuwe dimensie. Na de diplomatieke rel met Duitsland en Nederland, richten de Turken hun woede nu op Bulgarije en Griekenland.
De Bulgaarse president Rumen Radev haalde donderdag hard uit naar zijn Turkse collega Recep Tayyip Erdogan. ‘Bulgarije heeft geen lessen in democratie nodig en wenst die ook niet te ontvangen, vooral niet van landen die geen respect hebben voor de rechtsstaat,’ aldus Radev. Erdogan beticht Bulgarije ervan ondemocratisch te zijn en de Turkse minderheid in het land te onderdrukken.
Electoraal toerisme
Bulgarije houdt zondag verkiezingen en vreest voor Turkse inmenging. Zo werden drie Turkse staatsburgers het land uitgezet, nadat een Turkse minister campagne had gevoerd voor de politieke partij Dost. Deze partij vertegenwoordigt de Turkse minderheid in Bulgarije, bestaande uit zo’n 700.000 mensen, ongeveer 10 procent van de bevolking.
Erdogan verordonneerde de Turken in Bulgarije en de Bulgaarse diaspora in Turkije om op Dost te stemmen. Veel Bulgaren maken zich zorgen over het ‘electoraal toerisme’: een substantieel deel van de Bulgaarse Turken is gevestigd in Turkije, maar keert wel tijdelijk terug om te stemmen op Dost bij de Bulgaarse verkiezingen. Om die tegen te houden blokkeerden honderden Bulgaarse nationalisten dinsdag diverse grensovergangen met Turkije.
De Turkse minderheid in Bulgarije stamt af van Ottomaanse kolonisten. Sinds het aantreden van Erdogan grijpt Turkije steeds vaker terug op zijn Ottomaanse verleden. De banden aanhalen met de Turkse diaspora staat hierin centraal. Zo presenteerden Turkse tv-zenders onlangs een nieuwe landkaart, die gebieden in onder meer Armenië, Bulgarije en Griekenland, tot Turkije rekent.
Militaire provocaties
Ook tussen Griekenland en Turkije verslechteren de betrekkingen. Het conflict om de Imia-eilanden – die zowel door Griekenland en Turkije worden opgeëist, wat in 1996 bijna leidde tot oorlog – steekt weer de kop op. De Turkse strijdkrachten sturen geregeld militaire eenheden naar de eilanden, tot grote frustratie van de Grieken. Eind februari leidde dit tot een felle woordenwisseling tussen de Griekse oud-minister van Defensie Panos Kammenos en de Turkse minister van Buitenlandse Zaken Mevlüt Cavusoglu.
In de nasleep van de Turkse couppoging juli 2016 vluchtten acht Turkse militairen naar Griekenland. Turkije eiste de uitlevering van de soldaten, wat werd tegengehouden door het Griekse hooggerechtshof. Sindsdien betreedt de Turkse marine steeds vaker Griekse wateren. Bovendien schendt de Turkse luchtmacht het Griekse luchtruim honderden keren per jaar.