De Turkse president Recep Tayyip Erdogan heeft zijn zin gekregen: een meerderheid van de Turken heeft zondag ja gestemd in een referendum over een grondwetswijziging. Wat houdt die grondwetswijziging in? En wat betekent dat voor het politieke stelsel?
De Turkse president Recep Tayyip Erdogan nam het initiatief tot het referendum, en wordt er door velen van beschuldigd op deze manier meer macht naar zich toe te willen trekken. Met de grondwetswijziging zou een presidentieel systeem worden ingevoerd, waarbij alle uitvoerende macht bij de president komt te liggen. In het huidige stelsel leidt de premier de regering en is de functie van president slechts een ceremoniële.
Uitvoerende macht
Wat betekent een grondwetswijziging concreet voor Erdogan? Bij een ‘ja’ in het referendum verandert het politieke systeem van Turkije van een parlementaire in een presidentiële republiek. De president – Erdogan dus – wordt dan zowel staatshoofd als hoofd van de uitvoerende macht.
Volgens onze bloggers
Afshin Ellian: ‘Ja’ tegen Erdogan is ‘nee’ tegen de erfenis van Atatürk
Door de hervorming kan hij per decreet regeren. Daarnaast wordt zijn invloed op benoemingen binnen de rechterlijke macht vergroot, wordt de functie van premier afgeschaft en komt er een vicepresident voor in de plaats. De president kan ministers en andere hoge bewindslieden benoemen en de noodtoestand uitroepen. Het parlement kan de president wel afzetten, maar om dat proces te kunnen beginnen, is een tweederde meerderheid in het parlement nodig.
De meeste hervormingen worden pas in 2019 doorgevoerd, als Erdogan en zijn AK-Partij de volgende presidents- en parlementsverkiezingen winnen. Die worden gehouden op 3 november 2019.
Het aantal termijnen voor de president blijft twee, net als in de huidige situatie, maar de telling zou in 2019 opnieuw beginnen. In theorie betekent dit dat Erdogan tot 2029 kan aanblijven als president.
Voorstanders en tegenstanders
Voorstanders van de grondwetswijziging – Erdogan voorop – vergelijken die met het Amerikaanse presidentiële systeem en menen dat het stelsel ‘stabiliteit’ brengt en dat het nodig is om ‘uitdagingen op het gebied van de economie en veiligheid’ te tackelen. Zo zou besluitvorming sneller gaan, omdat er geen conflicten meer ontstaan tussen de president en de premier, zo is de redenering van voorstanders.
Meer nieuws, elke dag in je inbox? Meld je aan voor Elseviers nieuwsbrief >>
Critici noemen het systeem ondemocratisch en vrezen dat Erdogan zijn autoritaire macht verder vergroot om politieke opponenten, activisten, academici en journalisten nog harder aan te pakken. Ook vervalt het systeem van checks and balances – essentieel bij het democratische proces. De president staat aan het hoofd van zowel de staat als de regering en de rechterlijke macht. Omdat hij decreten kan uitvaardigen, is het parlement bovendien vrijwel machteloos.
Kritiek op systeem
De mislukte staatsgreep in juli vorig jaar was de indirecte aanleiding voor het voorstel voor de grondwetswijziging. Dat voorstel is in januari door het parlement aangenomen.
Dat ging niet van harte: de uitslag was met 339 voor en 142 tegen niet genoeg om het voorstel direct tot wet te maken, waardoor het volk zich nu per referendum moet uitspreken over het wetsvoorstel. De seculiere CHP, de grootste Turkse oppositiepartij, en de Koerdische HDP zijn fel tegen de grondwetswijziging. ‘Het parlement verraadt hiermee zijn eigen geschiedenis. Onze burgers zullen het spelletje van het parlement zeker dwarsbomen… we zullen van deur tot deur gaan, en het volk uitleggen wat het moet doen,’ zei CHP-leider Kemal Kilicdaroglu nadat het parlement het initiële wetsvoorstel had aangenomen.
Voor de betrekkingen met de Europese Unie betekent een ‘ja’-stem niet veel goeds. Diverse EU-kopstukken hebben zich al uitgesproken tegen het referendum van Erdogan. De kans dat het land zich onder een presidentieel systeem nog bij de EU kan voegen, is klein.
Erdogan was lang premier, maar moest na ruim elf jaar zijn functie opgeven. Sinds 2014 is hij president. Hij wil nu ook formeel de macht. Hij voerde met zijn AK-Partij heftig campagne, ook in Europa. Toen Europese landen hem daarin dreigden te frustreren, opende hij de aanval: zowel Nederland als Duitsland kon rekenen op bijna dagelijkse toespraken, waarin Erdogan de landen continu van nazi-praktijken betichtte. Ook dreigde hij dat Europese burgers niet meer veilig over straat zouden kunnen, als Europa zo zou doorgaan.