Boycots WK voetbal: zeker niet de eerste keer

Poetin in het Luzhniki stadion (Moskou), waar op 14 juni de openingsceremonie van het WK wordt gehouden. Foto: ANP.

Uit woede over de zenuwgasaanval op een Russische dubbelspion in Engeland willen officials wegblijven tijdens het Wereldkampioenschap voetbal in Rusland, deze zomer. Waarschijnlijk blijven boycots van het WK beperkt tot de politiek. Bij eerdere WK’s trokken landen om politieke redenen wel voetbalteams terug.

De gemoederen zijn hoog opgelopen als gevolg van de zenuwgasaanval op de Russische dubbelspion Sergej Skripal en zijn dochter Julia, op 4 maart in de Britse stad Salisbury. Maandag zetten de Verenigde Staten en diverse Europese landen meer dan honderd Russische diplomaten uit. Eerder had het Verenigd Koninkrijk al 23 diplomaten uitgewezen. Volgens de Britten zit ‘hoogstwaarschijnlijk’ Moskou achter de aanslag, al is daar nog geen officieel bewijs voor. Dat bewijs zal snel volgen, denken diverse politiek leiders.

Lees ook het commentaar van Robbert de Witt

Diplomaten en medewerkers verlaten de Russische ambassade in Londen, 20 maart

 

Inderdaad, Westers front tegen Moskou is indrukwekkend 

Geen hoge Britse vertegenwoordigers naar WK

De Britse minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson was stellig: de regering stuurt komende zomer geen enkele hoge vertegenwoordiger, van de regering noch het koningshuis, naar Rusland. ‘We zitten er niet mee, dat is hun probleem,’ reageerde vicevoorzitter Nikita Simonjan van de Russische voetbalbond twee weken geleden: ‘Waar het om gaat is dat het Engelse team komt, en dat gebeurt zeker aangezien het WK maar eens in de vier jaar is.

Boris Johnson vergeleek vorige week de Russische president Vladimir Poetin zelfs met Adolf Hitler. Johnson zei dat Rusland het WK voetbal misbruikt zoals Hitler dat in 1936 deed met de Olympische Spelen in Berlijn: ‘Poetin probeert zijn imago via dat sportevenement te verbeteren, Hitler deed dat destijds ook. De vergelijking gaat zonder meer op,’ vindt de Britse minister.

Britse media: zes landen sluiten zich aan bij diplomatieke boycot

Diverse Britse media melden dat Polen, IJsland, Denemarken, Zweden, Australië en Japan solidair willen zijn met de Britten. De Poolse president Andrzej Duda verklaarde als eerste dat hij niet aanwezig zal zijn bij de openingsceremonie van het toernooi op 14 juni in Moskou. Vermoedelijk zullen meer landen volgen.

De boycots blijven beperkt tot de politiek. Landen wagen zich niet aan het terugtrekken van hun voetbalteam, zo gaven ministers van bovengenoemde landen al aan. In de historie van het WK voetbal gebeurde dat verscheidene keren wel.

1938: Egypte wil niet spelen tijdens ramadan

In december 1937 leek Egypte hard op weg om zich te kwalificeren voor het WK in Frankrijk. Maar uiteindelijk gooide een play-off tegen Roemenië roet in het eten. Die was namelijk gepland tijdens de islamitische vastenmaand ramadan, en volgens Egyptische officials was het onmogelijk om tijdens die maand te spelen. Zodoende gingen de Egyptische kansen op een WK-ticket in rook op en ging de kwalificatie automatisch naar Roemenië.

1958: Turkije, Indonesië, Egypte en Sudan boycotten Israël

Bij de kwalificatiewedstrijden voor het WK van 1958 in Zweden moest Israël het vanwege zijn geografische ligging opnemen tegen Aziatische landen. Maar Turkije ontkende het bestaansrecht van de Joodse staat en wilde niet tegen Israël spelen. Indonesië, Egypte en Sudan volgden, waardoor de vier landen werden gediskwalificeerd en Israël zonder te spelen werd geplaatst voor de play-offs tegen Wales, die deelname aan het WK zouden opleveren.

Wales won die duels, waardoor het voor de eerste en vooralsnog enige keer in zijn geschiedenis meedeed aan het grootste internationale voetbaltoernooi ter wereld. Overigens weigeren landen in het Midden-Oosten nog steeds om tegen Israël te spelen, waardoor dat land door wereldvoetbalbond FIFA naar de (veel sterkere) Europese kwalificatiezone is verplaatst.

1966: heel Afrika weigert deelname om behandeling Zuid-Afrika

In de aanloop naar het WK van 1966 in Engeland zat de FIFA in zijn maag met Zuid-Afrika. Daar heerste apartheid – verregaande wettelijke discriminatie van de zwarte bevolking – waardoor het land door tal van landen werd geboycot op economisch en academisch gebied. De andere Afrikaanse landen weigerden tijdens de WK-kwalificatie tegen Zuid-Afrika te spelen.

Afrika WK boycot
De brief waarin de FIFA laat weten niet aan de eisen van Afrika tegemoet te komen. Foto: BBC

Maar omdat de FIFA een apolitieke organisatie is, wilde zij de Zuid-Afrikanen niet verbieden deel te nemen. In plaats daarvan verplaatste de voetbalbond Zuid-Afrika naar de Aziatische kwalificatiezone. Uit woede daarover gaven alle Afrikaanse landen er de brui aan. Sportieve redenen speelden overigens ook een rol: alle Afrikaanse landen moesten van de FIFA strijden om slechts één toegangsbewijs. Veel te weinig, vonden zij.

1974: Sovjet-Unie wil niet tegen Chili spelen om staatsgreep Pinochet

Een jaar voor het befaamde WK van 1974 in Duitsland – waar Nederland de finale van het gastland verloor – greep in Chili dictator Augusto Pinochet de macht. Met hulp van de Verenigde Staten kon hij de linkse regering van Salvador Allende, die door de Sovjet-Unie werd gesteund omverwerpen. Daarover waren de Russen zo boos dat ze voor een beslissende play-off weigerden te spelen in de Chileense hoofdstad Santiago.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

De Sovjet-Unie stuurde een brief naar de FIFA: ‘Uit morele overwegingen kunnen de Sovjets op dit moment niet spelen in Santiago, dat is besmeurd met het bloed van Chileense patriotten.’ Toch ging de wedstrijd gewoon door: het Chileense elftal stond alleen op het veld, en scoorde na 30 seconden het eerste doelpunt. Daarna floot de scheidsrechter af, en werd Chili de overwinning en daarmee kwalificatie voor het WK toegewezen. De Russen claimden vervolgens de ‘morele overwinning’.