Lidstaten die openlijk hun weerstand uiten tegen het plan van de Europese Commissie om EU-subsidie te koppelen aan de rechtsstaat, geven eigenlijk toe dat hun eigen rechtsstaat rammelt, klinkt het in Brussel. Het plan, dat deel uitmaakt van de nieuwe langetermijnbegroting, wordt vooral gezien als een waarschuwing aan Polen en Hongarije.
Vorige week presenteerde de voorzitter van de Europese Commissie Jean-Claude Juncker de nieuwe langetermijnbegroting. Onderdeel daarvan is het plan om EU-fondsen in te trekken voor landen waar de rechtsstaat onder druk staat.
Hongarije keurt plannen af
Polen en Hongarije liggen al geruime tijd overhoop met de Europese Commissie om de staat van hun rechtsstaat. Hoewel Juncker benadrukte dat de maatregel niet is gericht tegen specifieke landen, is het duidelijk dat vooral Polen en Hongarije zich aangesproken moeten voelen. Eind 2017 begon de Europese Commissie een Artikel 7-procedure tegen Polen. Deze strafmaatregel kan uiteindelijk leiden tot het verlies van stemrecht in de Europese Raad, het besluitvormende orgaan van de Europese Unie. Een commissie van het Europees Parlement adviseerde een soortgelijke stap tegen Hongarije.
Het commentaar van Jelte Wiersma: Adviezen van Kok en Giscard aan de wankele Unie komen echt te laat
Hongarije maakte vorige week tijdens de presentatie van de nieuwe begroting al direct duidelijk dat het land het voorstel om subsidie aan de rechtsstaat te koppelen afkeurt.
‘Protesterende lidstaten bewijzen dat maatregel nodig is’
‘Lidstaten die protesteren, geven eigenlijk toe dat ze de onafhankelijkheid van hun rechtsstaat niet kunnen garanderen,’ zegt de Tsjechische EU-Commissaris van Justitie Vera Jourová tegen nieuwssite Politico. Volgens haar is het plan nodig omdat EU-subsidies ‘hele slechte mensen’ kunnen aantrekken.
Ze spreekt expliciet haar zorgen uit over de Hongaarse regering, die de aanbevelingen van het Europese anti-fraudeagentschap OLAF volgens haar niet genoeg ter harte heeft genomen. De fraudedienst deed onderzoek naar misbruik van EU-subsidies in Hongarije, onder meer door een bedrijf waarvan destijds de schoonzoon van de Hongaarse premier Viktor Órban eigenaar was. Het Hongaarse openbaar ministerie heeft tot vandaag nog geen stappen tegen hem ondernomen, tot grote ergernis van Brussel.
Hoe ziet het plan eruit? Er zit een venijnige passage in waarin staat dat unanimiteit – dat bij goedkeuring van de meeste acties tegen individuele EU-lidstaten een vereiste is – niet nodig is om de subsidie te kunnen intrekken. Ook hoeven voorstellen om de subsidie in te trekken niet door alle lidstaten worden goedgekeurd. Sterker nog, een lidstaat waarvan de subsidie ingetrokken dreigt te worden moet juist een meerderheid van lidstaten vergaren om de maatregel te blokkeren.
Om paniek te voorkomen, benadrukt de Europese Commissie dat de maatregel alleen wordt toegepast in ‘zeer concrete en nauwkeurig gedefinieerde omstandigheden’. Volgens Jourová worden EU-fondsen alleen ingetrokken wanneer het ‘kristalhelder’ is dat een land de fondsen misbruikt of wanneer de rechtsstaat geen garanties bieden dat ze niet vatbaar zijn voor misbruik. Het gaat daarbij ook specifiek om de bescherming van EU-subsidies. ‘Problemen met mensenrechten of civiele rechten leiden niet tot het schrappen van EU-fondsen,’ aldus Jourová.
Angst voor maatregel als politiek drukmiddel
Centraal- en Oost-Europese lidstaten vreesden eerder al dat de fondsen zouden worden ingezet als politiek pressiemiddel. Vooral de landen die na 2004 bij de Europese Unie zijn gekomen, kunnen worden gepaaid met geld uit de EU-kas. Andersom kan het geld ook als drukmiddel worden gebruikt: als jullie niet hervormen, krijgen jullie geen cent, is dan de boodschap.
Volgens Elsevier Weekblad
Syp Wynia: ‘Waarom Nederland hoge EU-contributie aan zichzelf te danken heeft’
De Belgische premier Charles Michel opperde vorige week een zogenaamd peer review-systeem, waarbij EU-lidstaten elkaars rechtsstaat kunnen beoordelen. ‘Zo’n systeem zal ons helpen om goede gewoonten te bevorderen en gebreken te corrigeren, op een collegiale manier,’ aldus Michel.
De nieuwe langetermijnbegroting van de Commissie stuitte vorige week in het algemeen al op veel kritiek. Onder meer Nederland en Oostenrijk tekenden protest aan omdat de begroting een sterke verhoging van de EU-bijdrage met zich meebrengt. Günther Oettinger – als EU-Commissaris verantwoordelijk voor het budget – ontving de kritiek met open armen: ‘Kritiek betekent dat ik gelijk heb.’
De Europese Commissie wil tussen 2021 en 2027 1.300 miljard euro uitgeven. De huidige langetermijnbegroting bedraagt ongeveer 1.000 miljard euro.
Jelte Wiersma: Waarom de illusie van een grenzenloos Europa sneuvelt