Zo maakt Amerikaans museum slavernij bespreekbaar

Foto: EPA

Het African American museum in Washington is een groot succes. Volgens de initiatiefnemers juist omdat het niet alleen over slavernij gaat, maar over vooruitgang en trots.

In Nederland wordt (opnieuw) serieus nagedacht over een slavernijmuseum – dit keer neemt de gemeente Amsterdam een voortrekkersrol. Maar zo’n museum is omstreden, vooral door de materie. Wat laat je bezoekers zien? Dat slavernij een afschuwelijke praktijk was, behoeft weinig uitleg. Maar hoe zorgt dat voor een constructief gesprek over de verschillen die tegenwoordig bestaan tussen mensen van verschillende achtergronden?

Voor lessen over hoe zo’n museum de bezoekers kan samenbrengen, is het museum over Afro-Amerikaanse geschiedenis in Washington een uitstekend voorbeeld. Er is moeite gedaan om niet alleen over zwarte Amerikanen als slachtoffers te praten. Minstens zoveel aandacht is er voor trots, de rijke zwarte cultuur en een constante vooruitgang.

‘Als je alleen praat over de tijd van slavernij, mis je zo’n groot deel van het Afro-Amerikaanse verhaal,’ vertelt Robert L. Wilkins (51), een zwarte rechter in Washington D.C.  Hij zat in de presidentiële commissie die het plan voor een museum uitwerkte.

‘De triomf van de afschaffing, de pijn van segregatie, de triomf van de jaren 60. Dat moeten we allemaal behandelen. Niet zodat we eeuwig kwaad op elkaar kunnen blijven, maar juist om de evolutie en de context te zien. Zodat we als land voorwaarts kunnen.’

Meer lezen over de lessen die het African American Museum of History and Culture kan bieden voor Nederland? Lees het deze week in Elsevier Weekblad>