Door chaos rond Trump valt vooruitgang amper op

Dr. Anthony Fauci met op de achtergrond president Trump. Foto: AFP

De manier waarop de Amerikaanse president Donald Trump praat over het coronavirus leidt tot scheve gezichten. Maar wat ondersneeuwt: hoe vergaat het de Verenigde Staten in de strijd tegen het virus?

President Trump noemt zichzelf graag een ‘oorlogspresident’. De vijand is een onzichtbare vijand: het coronavirus. Door die retoriek wordt de strijd tegen het virus constant vergeleken met andere oorlogen waarin de Verenigde Staten een rol speelden. Al binnen een paar weken vielen door COVID-19, de ziekte die het virus veroorzaakt, meer doden dan op 11 september 2001 (2.977 dodelijke slachtoffers). Het Amerikaanse dodental tijdens de Korea-oorlog (ruim 36.000) werd overstegen, en sinds deze week is het coronavirus ook dodelijker dan de Vietnamoorlog. In negen jaar tijd vielen bij dat conflict meer dan 58.000 Amerikaanse doden.

Een daadwerkelijke oorlog vergelijken met een denkbeeldige oorlog tegen een nieuw en onbekend virus is om allerlei redenen weinig zinvol, maar het grote aantal doden is wel degelijk een stevige herinnering aan de ernst van de situatie.

Verwachte dodental naar beneden

Zinvoller is de vraag: verloopt die strijd nou goed of slecht? Wie kijkt naar de dagelijkse persconferenties vanuit het Witte Huis zal wellicht weinig optimistisch zijn. De president maakt tegenstrijdige opmerkingen of doet ronduit gevaarlijke suggesties – bleekmiddel injecteren om het virus te bestrijden – die zijn medisch experts snel proberen te ontkrachten. Die bijeenkomsten ‘slurpen energie’, gaf ook Anthony Fauci toe, door het coronavirus intussen Amerika’s bekendste dokter.

Het leidt vooral af van de positieve berichten. Vroege schattingen gingen uit van maximaal 1,7 miljoen Amerikaanse doden door het virus. Een actuele voorspelling van Johns Hopkins University houdt het op ‘slechts’ 72.000 doden tot augustus. Fauci is positief gestemd over een middel tegen malaria dat zwaar getroffen coronapatiënten lijkt te helpen. Bovendien schat hij dat een vaccin komende januari beschikbaar kan zijn voor ‘honderden miljoenen mensen’.

Het aantal doden lijkt af te vlakken, maar de situatie verschilt zeer per regio. De staat New York, veruit het zwaarst getroffen door het virus, krabbelt langzaam uit een dal: het aantal nieuwe coronagevallen neemt af en geleidelijk komen er ziekenhuisbedden vrij. In de regio rond Washington D.C. wordt gevreesd voor een stevige piek in de komende weken, in het aangrenzende West Virginia is vrij weinig aan de hand. In vrijwel alle staten komen disproportioneel veel Afro-Amerikanen in het ziekenhuis terecht.

Virus slaat niet overal even hard toe


Bron: NYTimes

Rebellie valt nog mee

Grote delen van het land zijn in een intelligente lockdown, vergelijkbaar met de situatie in Nederland. Niet Trump, maar de staten bepalen de precieze regels. Californië greep vroeg in en wil nog niet denken aan het versoepelen van de beperkingen. De conservatieve staat Texas deed minder om het virus te stoppen en wil nu als een van de eerste stappen zetten om ‘de economie te heropenen’. Net als in Europa – waar Zweden een heel ander beleid voert dan bijvoorbeeld Nederland – is het afwachten wat de beste aanpak is.

Ondanks beelden van groepjes demonstranten in Amerika die eisen dat het publieke leven wordt hervat – met publiekelijke steun van Trump en zijn bondgenoten – houdt het overgrote deel van de Amerikanen zich aan het advies om thuis te blijven. Het vliegverkeer is afgenomen met 95 procent en ondanks lage benzineprijzen zijn er veel minder automobilisten op de weg. Tweederde van de Amerikanen zegt in een peiling van The Washington Post dat de lockdown terecht is – 16 procent wil nog zwaardere beperkingen. Met rebellie valt het voorlopig dus nog wel mee.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Politiek gesteggel is terug

Door de lockdown blijft het aantal besmettingen relatief beperkt, maar de economische schade is gigantisch. In zes weken meldden meer dan 30 miljoen Amerikanen zich werkloos. De economie kromp in het eerste kwartaal met 4,8 procent – de krimp in het tweede kwartaal wordt nog veel groter. Het is wachten op een reeks faillissementen en op financiële problemen voor tal van Amerikaanse staten. Een ander nijpend probleem is dat miljoenen Amerikanen niet alleen hun baan, maar ook hun zorgverzekering kwijtraakten.

Het Congres heeft de macht over de begroting en dus de taak om de economie overeind te houden. Een zeldzame samenwerking tussen Democraten en Republikeinen resulteerde in een paar omvangrijke steunpakketten, met daarin leningen voor kleine bedrijven, een royale werkloosheidsuitkering en vele miljarden staatssteun voor vliegmaatschappijen. Het is pas het begin van wat nodig is – de pot met leningen voor kleine bedrijven zal bijvoorbeeld snel leeg zijn.

Blijf in het spannende verkiezingsjaar op de hoogte van de laatste ontwikkelingen in Washington en de Verenigde Staten:Meld u aan voor onze wekelijkse Amerika-nieuwsbrief>

Wat de zaken bemoeilijkt: het politiek gesteggel is terug. De Republikeinse Senaatsleider Mitch McConnell suggereerde dat staten met financiële problemen maar een faillissement moeten aanvragen – en dus niet moeten rekenen op steun van de federale overheid. Democraten reageerden woest op die boude uitspraak, wetende dat McConnells standpunt waarschijnlijk onhoudbaar is.

De Senaat is vanaf volgende week ‘gewoon’ weer aan het werk in het Capitool, omdat de Republikeinen daarop hamerden. Maar het Democratische Huis van Afgevaardigden komt niet naar Washington, wijzend op de gezondheidsrisico’s. Samenwerking lijkt opeens weer ver weg. Dat kan het economisch herstel nog aanzienlijk gaan hinderen.