Democraat Joe Biden is favoriet om de Amerikaanse presidentsverkiezingen te winnen. Maar een nieuwe stunt van president Donald Trump is niet onmogelijk.
In de laatste dagen voor de Amerikaanse presidentsverkiezingen leken de campagnes zowaar op die van voorgaande keren. Beide kandidaten en hun bondgenoten gaven tig keer dezelfde speech, hengelend naar aandacht van de tv-kanalen. Joe Biden belooft Amerikanen een terugkeer naar rust en orde, Donald Trump praat over banen en een sterke economie.
Maandag bezochten president Trump en oud-vicepresident Joe Biden allebei Pennsylvania, een van de belangrijkste swing states. In Scranton, niet toevallig de geboorteplaats van Biden, wierp Trump zich op als voorvechter van de arbeidersklasse. De Democraten willen de belangrijke gasindustrie afknijpen, waarschuwde hij. ‘Het zou de doodstraf zijn voor Pennsylvania.’ Zo’n argument gebruikte Trump ook in 2016, toen hij Hillary Clinton verrassend versloeg in de staat. Nu de president opnieuw op achterstand staat in peilingen wil hij zijn stunt uit 2016 herhalen.
1. Pandemie veranderde alles
Door het coronavirus is dit jaar verder bijna alles anders dan anders. In januari, net voor het virus zich begon te verspreiden, leek Trump op weg naar een herverkiezing, vooral door een prima functionerende economie met een historisch laag werkeloosheidscijfer. Tien maanden later zitten miljoenen Amerikanen werkloos thuis en zijn meer dan 225.000 Amerikanen overleden aan het virus. Zo’n zes op de tien Amerikanen zeggen dat Trump het coronavirus niet goed heeft aangepakt.
De pandemie heeft de stembusgang ingrijpend veranderd. De meeste stemmen zijn uitgebracht voordat het 3 november is. Rond de 100 miljoen Amerikanen hebben al gestemd, bijvoorbeeld per post. Dat is zo’n driekwart van het totaal aantal stemmen in 2016. Het tellen van alle poststemmen duurt langer dan normaal en als de race spannend is, kan het dagen duren voordat er een definitieve uitslag is.
2. Twijfels over peilingen
Volgens de peilingen heeft Joe Biden al maanden achtereen de meeste kans op een overwinning. Een van de grote verschillen ten opzichte van 2016 is de verwachte toename van jonge kiezers. ‘Voor het eerst lijken zij net zo enthousiast over stemmen als oudere generaties,’ zegt Daron Shaw (53), politicoloog en peilingexpert aan de University of Texas. ‘En jongeren stemmen gewoonlijk overwegend Democratisch.’
De vraag blijft in hoeverre de peilingen dit jaar wel te vertrouwen zijn. In 2016 was er het fenomeen van de ‘verlegen Trump-kiezer’, Amerikanen die tegen onderzoekers zeiden dat ze niet gingen stemmen, maar uiteindelijk voor Trump kozen. Daardoor zaten peilingen in staten als Michigan en Wisconsin er flink naast.
Shaw snapt de zorgen, maar denkt dat de onderzoekers hun les hebben geleerd. ‘Er wordt nu bijvoorbeeld ook aan mensen gevraagd op wie ze in 2016 hebben gestemd, juist om die verlegen kiezers te spotten.’ Bovendien, zo stelt hij: heel veel Trump-aanhangers zijn helemaal niet meer verlegen, ze lopen er juist mee te koop.
3. Gigantische opkomst verwacht
Een van de onvoorspelbaarste factoren is de opkomst. Bij de verkiezingen in 2016 was die laag: zo’n 137 miljoen Amerikanen brachten hun stem uit. Vooral Democraten waren toen niet gemotiveerd om naar de stembus te komen.
Dit jaar lijkt dat anders te zijn. Al honderd miljoen Amerikanen hebben hun stem uitgebracht voor 3 november. Niet eerder stemden zoveel Amerikanen voorafgaand aan de officiële verkiezingsdag. Verwacht wordt dat er mogelijk 140 tot 150 miljoen stemmen worden uitgebracht.
Veel van de al uitgebrachte stemmen zijn gedaan door kiezers die per post stemde. Door dat soort stemmen laat een duidelijke uitslag mogelijk dagen op zich wachten. Per staat verschilt de manier waarop die stemmen worden geteld: Florida telt de binnengekomen stemmen nu vast, terwijl Pennsylvania wacht tot de stembussen dinsdagavond dichtgaan.
4. Alle ogen zijn gericht op Pennsylvania
Toch is er in Washington bijna geen Democraat te vinden die er gerust op is. Een herhaling van 2016 valt niet uit te sluiten. Analisten wijzen erop dat vrijwel alle peilingen in de swing states Biden een voorsprong geven die binnen de foutmarge valt.
De Trump-campagne richt zijn pijlen op de sun belt-staten, Florida, North Carolina en Arizona, waar de peilingen een nek-aan-nekrace laten zien. Campagnes om conservatieve latino’s te bereiken, lijken succesvol. Als de president daarnaast ook Pennsylvania wint – waar Biden zijn voorsprong zag afnemen – kan Trump opnieuw worden gekozen.
Dat is waarop de Pittsburgh Post-Gazette hoopt. In een verrassende steunbetuiging – sinds 1972 steunde het dagblad immer de Democraten, schreef de hoofdredactie dit weekeinde: ‘Donald Trump is geen Winston Churchill, dat is duidelijk, maar hij krijgt dingen voor elkaar.’ En: ‘Hij is misschien niet welbespraakt, maar hij herkent wel de pijn van burgers die het zwaar hebben.’
Het zijn opmerkingen die goed in 2016 zouden passen, toen veel Amerikanen bewust kozen voor een loslippige zakenman zonder politieke ervaring. Het grote verschil: het is niet langer kandidaat Trump, maar president Trump. Na vier turbulente jaren is het aan de Amerikaanse kiezers om te beslissen of die keus een succes was – of dat het beter is dat een traditioneel politicus als Joe Biden de komende tijd aan de roer staat.