Waarom er elke week gebouwen instorten in Egypte

Eduard Cousin verbaast zich in de tweede stad van Egypte over de vele vervallen gebouwen, met soms dodelijke gevolgen.

In een restaurant in de Alexandrijnse wijk Sidi Bishr – met gebouwen van meer dan tien verdiepingen langs drukke, rechte straten – laat bediende Yousou een TikTok-video zien. Een flat stort in met veel lawaai, mensen rennen weg voor het vallende puin en de stofwolken. ‘Dat was hier om de hoek, twee weken geleden,’ zegt Yousou. ‘Een meisje verloor haar hele familie.’

Verderop is de straat afgezet. De brokstukken liggen er nog. Tien lichamen zijn geborgen. De gouverneur van Alexandrië legde de schuld bij een illegaal gebouwde extra verdieping. De aannemer negeerde bovendien een verordening om deze te slopen. Yousou heeft een andere uitleg: tijdens een renovatie op een lagere verdieping waren per abuis steunmuren verwijderd.

Bewoners hadden steunmuren weggehaald

Sinds dit ongeluk op 26 juni stortten in Egypte nog eens vijf gebouwen in, met fatale gevolgen. Het dieptepunt was op 17 juli, toen dertien ­doden vielen in een volkswijk in Caïro. Ook hier werd gezegd dat het gebouw zonder vergunning was gebouwd, er decennia geen renovaties waren verricht en inwoners steunmuren hadden weggehaald.

Door lange bureaucratische procedures kunnen sloopverordeningen jarenlang worden genegeerd. Ook laten malafide projectontwikkelaars oude gebouwen soms bewust aftakelen, om ruimte te creëren voor lucratieve nieuwbouw.

In Alexandrië is het probleem het grootst. Braakliggende kavels met puin tussen de gebouwen, half ingestorte huizen of afbrokkelende muren zijn een vast deel van het straatbeeld. Zware regenval in de winter – waardoor hele stadsdelen blank komen te staan – erosie door zoute zeewind en instabiele modderige ondergronden versnellen het proces van aftakeling en vergroten het instortingsgevaar.

Beter toezicht en handhaving van de bouwvoorschriften worden gezien als oplossing. Maar, in de woorden van Yousou, ‘de overheid hier in Egypte is een beetje moeilijk’.