Wie vanuit Afrika illegaal naar Italië wil en op zee wordt opgepakt, kan voor een asielaanvraag straks in Albanië terechtkomen. ‘Waarom moeten wij de rotzooi van Italië opruimen?’
‘Albanië is een prachtig land met vriendelijke mensen. We hebben zee, bergen, olie en goud. En toch wil iedereen weg.’
In de Albanese plaats Shëngjin verheft hoteleigenaar Leo Tusjah (45) zijn stem. Zijn fles bier zet hij hard op tafel. ‘En dat komt door de maffiosi en bandieten in deze regering. In plaats van de economie te verbeteren, sluiten ze deals met Italië en halen ze hier Afrikanen naartoe. Wat denk je dat dit betekent voor Shëngjin? Juist, imagoschade. Wie wil er zonnebaden op een strand waar Afrikanen bivakkeren?’
Het is een vrijdagmiddag, lunchtijd. In Shëngjin, een modern ogende badplaats met lange rijen woontorens en hotelflats van acht en negen verdiepingen hoog, is het toeristenseizoen nog niet geopend.
In de eetzaal van hotel Leodori kijkt een groep bouwvakkers naar voetbal op televisie, terwijl Tusjah afgeeft op de politiek en ‘de schandalige migratie-deal’ met Italië, die begin november vorig jaar werd gesloten tussen de Albanese premier Edi Rama en zijn Italiaanse collega Giorgia Meloni.
Door die overeenkomst staat Albanië, een land met 2,5 miljoen inwoners, plotseling in het centrum van de aandacht. Met de deal is het land een proeftuin voor Europa: het is het eerste land buiten de Europese Unie waar in internationale wateren opgepikte migranten hun asielprocedure zullen aanvragen en afwachten.
Tot nu toe brengt de Italiaanse marine die migranten vooral in Italië aan wal.
Het pact is een handreiking aan Meloni, zo houdt Rama de Albanezen voor. Voor migranten is Italië al jaren de belangrijkste toegangspoort tot Europa.
Dictator
In haar verkiezingscampagne beloofde Meloni dat ze het aantal migranten naar Italië drastisch zou verminderen, maar tijdens haar premierschap, sinds oktober 2022, nam het aantal alleen maar toe. Ondanks veel Europees overleg en een akkoord met Tunesië groeide het aantal migranten naar Italië van 105.000 in 2022 naar 160.000 vorig jaar.
‘Weet je, ik begrijp de Italianen best,’ zegt Tusjah. ‘Natuurlijk wil Meloni niet dat die Afrikanen naar Italië komen. Wat ik niet begrijp, is de opstelling van Albanië. Rama gedraagt zich als een dictator. Hij geeft een stuk grond aan Italië. De Albanezen zelf hebben daar geen controle meer over. De Italianen zijn overal verantwoordelijk voor: de bouw, de opvang en de voorzieningen. Waarom moeten wij de rotzooi van Italië opruimen?’
Tusjah, lid van de rechtse oppositie partij PDS, verwoordt de kritiek van de politieke tegenstanders van Rama. De Albanese premier kwam met het akkoord naar buiten toen het parlement nog van niets wist. Pas daarna gaven dat parlement en ook het Albanese Constitutionele Hof goedkeuring aan de deal.
Mensenrechtenactivisten dan weer, zijn zeer kritisch en beschuldigen Rama en Meloni ervan in Albanië een ‘Guantánamo Bay’ te willen bouwen waar de rechten van asielzoekers worden geschonden.
Italianen hebben de regie
Op een paar kilometer van hotel Leodori is de haven van Shëngjin, waar de migranten binnenkort worden opgevangen en geregistreerd. Het geluid van graafmachines die achter de omheining worden gebruikt, is goed te horen.
Door het verzet van tegenstanders liep de uitvoering van het plan van Rama en Meloni om de migranten al in het voorjaar naar Albanië te sturen, vertraging op. Verwacht wordt dat het centrum in Shëngjin deze zomer klaar is. Dat geldt ook voor het centrum in het verderop gelegen dorp Gjadër, waar asielzoekers de beslissing van hun aanvraag zullen afwachten.
In zijn kantoor benadrukt havendirecteur Sander Marashi (55) dat hij geen enkele bevoegdheid heeft over het reilen en zeilen in het centrum. ‘De Italianen hebben de regie en ik bemoei me nergens mee. Voor de duidelijkheid: niemand in Shëngjin hoeft zich zorgen te maken over de veiligheid. Je zult helemaal niets merken van de aanwezigheid van de migranten. Die blijven hier hooguit een dag of twee en mogen het opvangcentrum niet verlaten. Dan worden ze op de bus gezet naar Gjadër.’
Dat ligt op een half uurtje rijden van Shëngjin. De weg voert langs eindeloze braakliggende velden en ruig gebergte.
Geweldig plan
Onder de communistische dictator Enver Hoxha (1908-1985) was Gjadër bekend van de grote militaire luchtmachtbasis die er was gevestigd. Na de val van het communisme raakte de basis in verval en emigreerden de meeste inwoners naar het buitenland.
Vlak bij Gjadër gaat de doorgangsweg over in een brede strook asfalt – de oude militaire landingsbaan. Links is de toegang versperd door een ijzeren hek. Daarachter moet het migrantencentrum komen. Militairen houden de wacht.
De dorpskern is alleen te bereiken via een zijstraat met robuuste boerderijen en rondscharrelende kippen. Aan de hoofdstraat van Gjadër liggen twee winkels en een café. Op het terras zijn bejaarde mannen aan het kaarten.
Binnen dompelt barvrouw Mariana Ndoci (40) glazen in het sop. Zij vindt het een geweldig plan om in Gjadër migranten te huisvesten, zegt ze. ‘Gjadër is een prachtig dorp, maar het is op sterven na dood. Jongeren kunnen hier niet aan de slag. Ze vertrekken naar Italië, naar Griekenland, en ze komen niet meer terug. De migranten brengen werkgelegenheid mee en dat helpt om onze eigen mensen hier te houden.’
Personeel gezocht
Naast bareigenaar is Ndoci politiek actief als secretaris van de districtsraad van de provincie Lezhë. ‘Gjadër is zeer geschikt voor het migrantencentrum. Vroeger hoorde de helft van het dorp bij de militaire basis. Er woonden hier tweeduizend mensen. De militaire basis was onze inkomstenbron.
‘Toen die in 1977 definitief dichtging, was hier niets meer te doen. Misschien wonen er nog tweehonderd mensen in het dorp. Nu hebben ze het hele terrein afgesloten en gaan ze de percelen en verblijven van de piloten en militairen opknappen.’
Ndoci zegt dat ze opdracht heeft gekregen om personeel te zoeken. ‘Er kunnen 120 mensen aan het werk, van wie er 80 uit Gjadër mogen komen. Koks, wasvrouwen, tuinmannen, beveiligers. Het dorp gaat zeker profiteren, en ik denk de andere dorpen in de omgeving ook.’
Haar in Italië wonende zwager Nikolin Ejelli (40) die op vakantie is in Gjader, zegt vooral vragen te hebben. ‘Meloni hoopt met dit soort akkoorden natuurlijk migranten af te schrikken. Zo van: kom niet als illegale migrant naar EU-land Italië, want dan beland je in een kamp in Albanië. Ze wil hier jaarlijks 36.000 migranten opvangen en claimt dat er via versnelde procedures 3.000 asielverzoeken per maand worden afgehandeld. Maar dat lukt toch nooit?’
Zijn kritiek wordt gedeeld door migratiespecialisten die erop wijzen dat asielprocedures vaak lang en moeilijk zijn, vooral doordat migranten het recht hebben om na de uitspraak in beroep te gaan.
Afwachten
En als uitgeprocedeerde asielzoekers eindelijk opdracht krijgen om te vertrekken, is het voor Italië – net als voor andere EU-landen – zeer lastig om hen werkelijk uit te zetten. Dat zal voor Meloni in Albanië niet anders zijn. De procedures daar worden volgens Italiaanse en Europese wetgeving uitgevoerd.
Ejelli bestelt nog een bier. ‘Ik ben heel benieuwd wat ik hier aantref deze zomer. Gaan ze hier echt duizenden mensen vasthouden. En voor hoelang? Laten we afwachten wat er komen gaat.’
Albanië is het eerste land buiten de Europese Unie dat bootmigranten gaat opvangen. Volgens Italië gaat het om vooral West-Afrikaanse mannen uit ‘veilige landen’, die onderweg waren naar Italië met het doel asiel aan te vragen.
Er worden geen minderjarigen en zwangere vrouwen geplaatst. De Italiaanse marine, die de mannen in internationale wateren oppikt, brengt ze naar de haven van Shëngjin, in het noordwesten van Albanië. Daar worden ze medisch onderzocht en geregistreerd.
Na enkele dagen worden ze per bus naar het 20 kilometer verderop gelegen dorp Gjadër gebracht, waar ze in door Italianen gefinancierde en beheerde centra de uitkomst van hun asielaanvraag afwachten. De procedures worden uitgevoerd volgens Italiaanse en EU-wetgeving.