Klem tussen woke en Trump: hoe Amerikaanse universiteiten vechten voor hun vrijheid

29 augustus 2024Leestijd: 14 minuten

Terwijl Nederland uithijgt van ‘Amerikaanse toestanden’, verzetten in de Verenigde Staten academici zich tegen censuur en cancelen. EW sprak met hen en bezocht de open dag van een nieuwe universiteit in Austin, Texas die belooft alles anders te doen.

De ballonnen hangen, op tafel staan donuts, koekjes en partjes fruit. Terwijl zijn staf achter de informatietafels kruipt, strijkt rector Pano Kanelos (55) nog een keer zijn jasje glad. De spanning hangt in de lucht op deze hete vrijdagmiddag in juni, als de deuren opengaan van het Scarbrough Building, een van de oudste kantoorpanden van de Texaanse tech-metropool Austin. Kanelos steekt zijn forse borstkas vooruit, zet zijn grootste grijns op en stapt op zijn eerste gasten af: ‘Welcome at UATX!

Vandaag moet het gebeuren. Op deze open dag hoopt zijn universiteit – de University of Austin, Texas (UATX) – nog enkele schoolverlaters te verleiden om zich in te schrijven voor de propedeuse. Zo’n honderd studenten vormen de allereerste lichting voor deze brede bacheloropleiding. Bezoekers druppelen binnen, vaak jongeren met een of twee ouders. Nieuwsgierige blikken. Hoe zit het met die mysterieuze universiteit, waarover sinds de oprichting in 2021 zo veel wordt gepraat?

Tientallen prominenten verbonden aan UATX

De UATX trok de afgelopen jaren de aandacht door tientallen prominenten aan zich te binden. Mede-oprichters zijn de conservatieve historicus Niall Ferguson en journalist en vrijewoordactivist Bari Weiss. Daarnaast presenteert de UATX trots een raad van advies met onder anderen Ayaan Hirsi Ali (de vrouw van Ferguson), psycholoog Jonathan Haidt, bioloog Richard Dawkins en econoom Deirdre McCloskey.

Lees verder onder de video

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Stuk voor stuk autonome denkers die bekendstaan om hun schoppen tegen heilige huisjes in de wetenschap en de samenleving. Zij vinden elkaar in hun kritiek op het Amerikaanse onderwijs en zeker op de topuniversiteiten – de Ivy League – die nog altijd de wereldranglijsten aanvoeren. Haidt schreef er een boek over dat nu een standaardwerk is: The Coddling of the American Mind (2018).

De vrijheid van academici om zelf te bepalen wat zij doceren, onderzoeken en bespreken staat onder druk, concluderen zij. Dat vindt weerklank bij bezorgde burgers van buiten. Velen vereren de personen achter UATX, op een manier die doet denken aan sporthelden of popsterren. Kortom, de verwachtingen zijn hooggespannen.

Academici en journalisten volgen de ontwikkelingen in Austin met argusogen. Het UATX-dreamteam is niet vast te pinnen op dogmatisch gedachtegoed, zoals religieus conservatisme (de meesten zijn openlijk atheïst) of trumpiaans cynisme. Toch staan ze door hun politiek incorrecte standpunten in academische kringen wel bekend als ‘radicaal-rechts’, al variëren ze van klassiek-liberaal tot uitgesproken liberal, links dus. In de slimme keuze van de adviesraad, alsook van de docentenstaf en ander personeel, is de hand te zien van rector Kanelos: ‘Ik wil dat wij radicaal onpartijdig zijn.’

Flink beginkapitaal voor UATX

Tot nu toe heeft de UATX alleen zomerkampen en cursussen georganiseerd. Eén van de talenten die daarbij kwamen bovendrijven, is Ramya Nambala (19). Op de open dag valt deze jonge vrouw van kleur, met rode jurk en brede glimlach, behoorlijk op tussen de verder wat kleurloze bezoekers in sportkleren. Het verhaal van Nambala is nog opmerkelijker. Op haar zestiende schreef ze als scholier een bestseller over hoe slecht het schoolsysteem functioneerde: What’s Wrong with American High School? Vorig jaar begon ze haar eigen start-up, Athena, die AI-leshulp voor scholieren ontwikkelt.

Nambala’s grote inspiratiebron is Joe Lonsdale, een 41-jarige tech-investeerder uit Californië en ooit de pupil van PayPal-oprichter Peter Thiel. In 2020 streek Lonsdale met gezin en bedrijf neer in Austin. Met zijn miljardensucces is hij nog altijd the talk of the town. ‘Hij is uniek in zijn soort,’ zegt Nambala. ‘Lonsdale belichaamt de kansen van ondernemerschap en ziet intussen welke problemen er zijn in het hoger onderwijs, die veel jongeren ontmoedigen.’

Niet toevallig is Lonsdale ook een drijvende kracht achter de UATX en donateur van een deel van het beginkapitaal van 200 miljoen dollar, bestaande uit 2.400 donaties. Mannen als Thiel en Lonsdale zijn uitgesproken rechts en fel tegen woke, ofwel tegen het radicaallinkse DEI-beleid (diversiteit, equity – het voortrekken van minderheden – en inclusie) op de gevestigde universiteiten.

Open dag van UATX; links rector Pano Kanelos, zittend (in rode jurk) Ramya Nambala. Beeld: Geerten Waling

Donald Trump university

Is de UATX dan ook zo rechts? Nambala lacht: ‘Mijn huisgenootje spreekt sceptisch over de “Donald Trump university”, maar zo zie ik het niet.’ Ze heeft twee jaar businessschool achter de rug aan de University of Texas verderop in Austin, maar ‘ik merk dat ik daar niet zo veel meer leer. Ik wil dingen creëren, ondernemen. De bestaande universiteiten smoren ondernemerschap. Juist een academische start-up als UATX geeft me de energie om zelf te ondernemen.’

Iets van die geest hoopt Nambala terug te vinden bij haar studiegenoten. ‘Ja, misschien zijn dat meer rechtse types, conservatieven en libertairen dus, dan linkse. Maar mij gaat het erom dat iedereen zijn eigen mening mag hebben. Ik zie dat de UATX vooral authentieke, non-conformistische mensen aantrekt. En bovendien zijn we allemaal risk takers.’

Daarmee bedoelt ze dat die nieuwe studenten niet weten of hun toekomstige diploma iets waard zal zijn. De universiteit is nog maar net in onderhandeling met de federale overheid over certificering. De staat Texas heeft wel toestemming gegeven om alvast te beginnen. Om het risico op een ‘verloren’ studententijd te verzachten, krijgt de hele eerste lichting het collegegeld vergoed.

UATX doet niet aan diversiteitsbeleid

Gratis studeren, wie wil dat niet? ‘We zoeken wel excellente studenten. Niet iedereen wordt zomaar toegelaten,’ verzekert Morgan Marietta, decaan economie, politiek en geschiedenis, een groepje gasten rond zijn informatietafel. ‘Voor de helft tellen de cijfers van je eindexamen, voor de andere helft moet je een essay schrijven. Andere universiteiten laten dergelijke eisen los, die kijken naar een selectie op basis van huidskleur, afkomst en geslacht. Wij doen niet aan diversiteitsbeleid, dat is ontmenselijkend, on-Amerikaans. Het is gewoon slecht.’

Marietta spreekt uit ervaring. Vorig jaar nam hij ontslag aan een universiteit elders in Texas. Na de terreuraanslag op 7 oktober in Israël had hij in zijn colleges Hamas een ‘terroristische groepering’ genoemd en de aanslag ‘zuiver kwaad’ – iets waarover studenten hadden geklaagd. ‘Zelfs vermelding van feiten wordt weggezet als ideologische stellingname,’ zegt Marietta. ‘De sfeer op de campussen is zo verkrampt geworden. Je mag niets zeggen wat afwijkt van de dominante ideeën. Zelfs humor is verboden. Ik was er klaar mee.’

UATX staat voor een onbevreesde zoektocht naar de waarheid

Terwijl een Aziatische jongen hongerig richting de tafel met donuts schuifelt, mengt Jacob Renfro (23) zich in het gesprek: ‘De elites gebruiken de universiteiten als wapen om hun progressieve ideologie door te drukken.’ Vanuit Fort Worth, bekend van de koehandel, is Renfro naar Austin gekomen om een baantje te vinden bij een Republikeinse politicus in de Texaanse senaat.

Hij begrijpt conservatieven, al vindt hij zichzelf meer een libertariër, die volledige vrijheid voorstaat: ‘Ik geloof in succes door hard werken, met zo min mogelijk bemoeienis van de overheid.’ Na de zomer wil hij toetreden tot het eerste klasje: ‘Op andere universiteiten voel ik me niet thuis, dus ik hang al sinds 2021 rond bij de UATX, wachtend op de kans om hier te kunnen studeren. Nu hopen dat ik word toegelaten!’ (Wat in augustus inderdaad zo blijkt te zijn.)

Bij een rondleiding door het gebouw, langs de lokalen, de kantine en een nog halflege bibliotheek, benadrukt de jonge directeur Toelating, Stephen Asoli, dat er goed voor de studenten wordt gezorgd. Er is huisvesting geregeld in een woonblok met andere studenten en er is een stevig sociaal programma. ‘Een gemeenschapsgevoel is zó belangrijk,’ verzekert Asoli de ouders. Ze knikken. ‘Fysieke én sociale veiligheid gegarandeerd,’ zegt ook rector Kanelos, die zich erbij heeft gevoegd. Maar, voegt hij lachend toe, ‘de intellectuele veiligheid niet! Ons motto is: durf te denken. Wij beloven jullie een onbevreesde zoektocht naar de waarheid.’

Als de tientallen bezoekers zijn overladen met balpennen, informatiefolders en wervende praatjes, neemt Kanelos nog eens het woord. ‘We vormen hier bij UATX de volgende generatie bouwers, scheppers, innovators,’ schalt hij, terwijl hij zijn forse borstkas nog meer laat opzwellen. ‘Wij zijn niet alleen een universiteit, maar staan aan het begin van een nieuw tijdperk voor dit land.’ De groep applaudisseert, de Aziatische jongen kijkt verlekkerd naar de laatste donut.

Censuur op Amerikaanse universiteiten – aan beide flanken

Wat is er precies aan de hand op die universiteiten? ‘Censuur is een groot probleem. Studenten en academici vermijden een openhartige, eerlijke discussie over belangrijke onderwerpen als abortus, immigratie en gender. Niet omdat ze bang zijn voor officiële straffen, ze zijn bang voor elkaar. Dáárom plegen ze zelfcensuur!’ Aan het woord is Nadine Strossen (73), een spin in het web van organisaties die opkomen voor academische vrijheid in de Verenigde Staten.

Ja, er is druk van de politieke flanken, maar Strossen ziet vooral een cultuuromslag: ‘Het begon rond 2014, toen op campussen opeens veiligheid een groot thema werd. Het ging dan om de zogenaamde cultuur van seksueel geweld, rape culture, onder studenten.’

Die term is al gemunt door feministen in de jaren zeventig, legt ze uit, maar pas de laatste tien jaar houden studenten (en hun ouders) bestuurders verantwoordelijk voor hun bescherming. Zo staat op elke campus steevast om de paar honderd meter een paal met een noodknop en een zwaailicht. Wie zich bedreigd voelt, kan overal en altijd de campuspolitie oproepen, al heeft die op de aangeharkte kennisparken doorgaans niet veel te bewaken.

Eén van de vele noodpalen op de campus van de University of Chicago. Beeld: Geerten Waling

Strossen: ‘De obsessie met veiligheid leidde ertoe dat ook veel opmerkingen en uitingen als ongepast werden aangemerkt en door bestuurders werden bestraft. Opeens was niet alleen fysieke, maar ook sociale veiligheid een punt van zorg, terwijl niemand opkwam voor de vrije meningsuiting. Serieverkrachting werd op één hoop gegooid met beledigend of ongevoelig taalgebruik.’

Strossen heeft een indrukwekkend cv als jurist en mensenrechtenactivist. Met haar deftige kapsel en hippe outfit is zij grande dame en rockster tegelijk op de jaarlijkse conferentie van de Heterodox Academy, begin juni in Chicago. De organisatie is opgericht in 2015, mede door Jonathan Haidt, en uitgegroeid tot een netwerk- en lobbyorganisatie met bijna zevenduizend leden. De nieuwe president, John Tomasi, legt uit dat het gaat om ‘open onderzoek, diversiteit van standpunten en constructieve meningsverschillen’. Alles behalve orthodoxie dus, dat is waar ‘heterodox’ voor staat.

Niet verzet tegen woke, maar tegen DEI-beleid staat centraal op UATX

Zo’n mission statement klinkt beschaafd, op het saaie af. Toch is dat niet de reputatie die de Academy geniet onder academici. ‘Ik durfde op mijn afdeling niet te vertellen dat ik naar deze conferentie ging,’ geeft Nicole, een jonge socioloog uit Boston, toe. Ze heeft jarenlang gediend in het leger – ‘mijn vrienden zijn niet zo links’ – zodat haar privéleven in fel contrast staat met haar werkmilieu. ‘Mijn collega’s denken dat de Heterodox Academy een extreem-rechts bolwerk is, omdat hier ruimte is voor kritiek op gevestigde ideeën. Op woke, ja.’

Net als velen in deze kringen aarzelt Nicole het woord in de mond te nemen. Woke is van geuzennaam van radicaal-links verworden tot trumpiaans scheldwoord. Liever hebben ze het hier over het doorgeschoten diversiteits- of DEI-beleid op de universiteiten, van personeelsbeleid tot het curriculum. Wie naar Chicago is gekomen in de hoop drie dagen te vertoeven onder woke-haters, komt bedrogen uit.

Het Heterodox-netwerk overlapt met de UATX, niet voor niets hoofdsponsor van de conferentie in Chicago. Allemaal kritische academici die zichzelf als progressief omschrijven, maar zich keren tegen de linkse identiteitspolitiek. Zij willen een open debat, zonder angst om te worden gecanceld. De universiteit waar ze werken, voelt onveilig, vijandig, juist doordat afwijkende meningen als ‘onveilig’ worden weggezet.

Wordt zo’n netwerk niet algauw zelf een ‘echokamer’, waar gelijkgestemden elkaar slechts bevestigen? Strossen: ‘Mijn ervaring is dat mensen met een andere mening dan de heterodox-filosofie weigeren te komen, al nodig je ze nog zo vaak uit. Zij willen niets te maken hebben met ons, mensen die een robuuste vrije meningsuiting voorstaan. Sommige collega’s gaan zelfs zo ver dat ze ons streven naar academische vrijheid zien als een dekmantel voor white supremacy, alsof we stiekem racisten zijn.’

Mensenrechtenactivist Nadine Strossen is grande dame én rockster. Beeld: HxA

Welke positie moeten bestuurders innemen?

De discussie over academische vrijheid is des te actueler na 7 oktober en de massale anti-Israëlprotesten op de campussen. Moeten bestuurders stelling nemen of juist neutraliteit uitstralen? Een ‘machtig interessante’ vraag, vindt Strossen. ‘Veel van ons zijn sceptisch dat je echt neutraal kunt zijn over bepaalde principes. Een universiteit probeert Donald Trump ofwel herkozen te krijgen, ofwel te verslaan. Er lijkt geen tussenweg te bestaan. Dan is er ook geen ruimte voor oprechte pogingen om de wereld te vatten, te begrijpen.’

Een zusterorganisatie van Heterodox in de strijd voor academische vrijheid is de Foundation for Individual Rights and Expression. Al sinds 1998 houdt deze stichting, FIRE, een database bij van gevallen van cancelen (deplat­forming) en andere censuur op universiteiten.

Van conservatieve christenen die niet van abortus willen horen tot radicaal-linkse protesten in het transgenderdebat, de database telt 1.507 pogingen, waarvan 626 succesvol, om bijeenkomsten te verstoren, sprekers te intimideren of een evenement te laten afgelasten. Gemiddeld gaat het om enkele tientallen per jaar, maar alleen al in de eerste vier maanden van 2024 waren het er 111, veruit de meeste gelinkt aan het Israëlisch-Palestijnse conflict.

Antisemitisme op prominente campussen

Al is op de campussen begin juni een weldadige zomerrust ingetreden, niemand is de recente protestgolf vergeten. De rectoren van Ivy League-universiteiten Harvard, Massachusetts Institute of Technology (MIT) en University of Pennsylvania (UPenn) werden in december in het Amerikaanse Congres op het matje geroepen. Zij kregen het verwijt te weinig te doen om antisemitisme op hun campus tegen te gaan.

De vraag of oproepen tot genocide op Joden op hun campus was toegestaan, beantwoordden zij met: dat hangt af van de context. ‘Juridisch klopte dat,’ glimlacht Strossen, ‘maar door de ene valkuil – een kant kiezen – te vermijden, liepen ze in een andere, als goedpraters van genocide.’ Hun poging de neutraliteit te bewaken kostte de bazen van Harvard en UPenn de kop.

Op de meest prominente universiteiten liep de situatie het sterkst uit de hand. Ook de rector van Columbia University in New York stapte onlangs op. Haar universiteit nam 17 april het voortouw met een groot pro-Palestijns tentenkamp. De protesten waren zo langdurig en ontwrichtend – Joodse studenten werden opgejaagd en uitgejouwd – dat de universiteit besloot ‘voor de veiligheid’ de rest van het onderwijs tot de zomer online te geven.

De campus van Columbia University in New York is na weken van anti-Israëlprotesten schoongeveegd door de politie. Beeld: Spencer Platt/Getty Images

Anti-Israëlprotesten: uiting van engagement of vandalisme?

De vraag is in Nederland niet onbekend: zijn die anti-Israëlprotesten een uiting van engagement of van vandalisme? Op de conferentie in Chicago laat Daniel Diermeyer, hoofd van de Vanderbilt University in Nashville, Tennessee, zich fel uit: ‘We moeten duidelijk maken wat onze principes zijn en ernaar handelen.’ De ietwat hoekige Duitser vertelt dat hij 25 studenten die zijn bestuurskantoor hadden bezet, hard heeft aangepakt. Sommigen zijn geschorst, een enkeling kon voorgoed vertrekken. Een golf van ontzag gaat door de zaal. ‘Een bestuurder met ruggengraat,’ mompelt iemand, ‘doe mij er zo één!’

Paul Alivisatos, de rector van de University of Chicago, staat in een lange traditie om de academische vrijheid te beschermen. ‘Als bestuurder moet je rust uitstralen.’ En: ‘Na 7 oktober is duidelijk geworden dat je alle situaties, eisen en wensen op je campus gelijk moet behandelen, anders wordt je beleid niet aanvaard.’ Chicago is de enige grote universiteit met relatief weinig protesten.

Alivisatos heeft een naam hoog te houden. Tien jaar geleden ondertekende zijn voorganger een verklaring ter bescherming van de vrijheid van meningsuiting op zijn universiteit. Inmiddels hebben een kleine honderd andere universiteiten en scholen ook hun handtekening gezet onder deze Chicago Principles, waarvan de kernzin luidt: ‘Het is niet de rol van de universiteit te proberen mensen te beschermen tegen ideeën en meningen die zij onwelgevallig, onaangenaam of zelfs beledigend vinden.’

Protesten tijdens de Vietnamoorlog

Al in 1967, tijdens de Vietnamoorlog en de hevige protesten daartegen, was het deze University of Chicago die een rapport liet schrijven over wat de ‘sociale en politieke rol’ van de universiteit moest zijn. Dit Kalven Report zette de standaard voor universiteiten om een houding aan te nemen in maatschappelijke onrust, namelijk door de ‘institutionele neutraliteit’ te bewaken. ‘De universiteit kan niet eisen dat al haar leden voorstander zijn van een bepaalde visie op sociaal beleid. Als ze daarom collectief actie onderneemt, doet ze dat tegen de prijs van het censureren van een minderheid die het niet eens is met de aangenomen visie.’

De gevolgen van deze woorden uit 1967 zijn nog steeds voelbaar in 2024. Moeten universiteiten nu niet hun toon matigen als het gaat om het Israëlisch-Palestijnse conflict? Als er geen absolute unanimiteit is onder de leden van de gemeenschap, kan een bestuurder zich inderdaad maar beter op de vlakte houden. Alleen, wat zeg je dan als een Congreslid vraagt of je oproepen tot genocide toestaat op je campus…?

Studenten zoeken verbinding

Soms komen goede oplossingen niet van hooggeleerden, maar van studenten. Shira Hoffer volgt een bachelor godsdienstwetenschap aan Harvard en is orthodox-joods. De jonge vrouw vertelt hoe zij zich, zoals veel Joodse Amerikanen, persoonlijk geraakt voelde door de Hamasterreur van 7 oktober en de anti-Israëlprotesten daarna, ook aan Harvard. ‘Ik wilde iets doen tegen de slepende en slopende polarisatie over een conflict op een ander continent, waarvan bijna geen Amerikaan echt verstand had.’

‘Juist nu moest er worden gepraat,’ zegt Hoffer, ‘Maar mijn medestudenten hadden geen idee van de achtergrond van het conflict. Alleen durfde niemand dat toe te geven. Geïntimideerd door radicale activisten hielden ze hun mond, of gingen ze maar meedemonstreren.’ Om de nood aan feitelijke informatie te lenigen, begon Hoffer de Hotline for Israel/Palestine. Studenten die meer willen weten over het conflict kunnen per sms vragen stellen. Een team van vrijwilligers beantwoordt alle vragen zo neutraal en feitelijk mogelijk, met bronvermelding en zonder hun eigen mening te geven. Het doel is niet alleen om feitenkennis te bevorderen, legt Hoffer uit, ‘ook willen we de variëteit aan mogelijke standpunten laten zien, inclusief de argumenten daarvoor’.

Harvard-student Shira Hoffer bedacht een ‘hotline’ tegen polarisatie. Beeld: HxA

Hoe de academische vrijheid en neutraliteit beschermen?

Geld is het probleem niet. Een groot verschil met Nederland is dat het hoger onderwijs in Amerika grotendeels steunt op privaat geld. En dat is er in overvloed, vooral door donaties van steenrijke alumni en andere filantropen.

Neem de Mike & Sofia Segal Foundation. Het Joods-Oekraïense echtpaar in New York schenkt miljoenen voor gezondheidszorg, klimaatbeleid en Joods erfgoed, maar ook voor ‘intellectuele vrijheid’ en ‘een beschaafd debat’. Met hun donatie van 5 miljoen dollar richtte de Heterodox Academy dit jaar een onderzoekscentrum op, het Mike & Sofia Segal Center for Academic Pluralism. Daar bestuderen onderzoekers tegen vergoeding de academische vrijheid en voorzien zo de Heterodox Academy van een wetenschappelijk fundament.

Het is maar één voorbeeld. Voor wie iets wil veranderen in academisch Amerika is er geld genoeg. Wel een probleem is waar dat geld vandaan komt en waar het naartoe gaat. Want de cultuurstrijd op de universiteiten trekt ook uitgesproken filantropen aan, bijvoorbeeld met pro-Israël- of anti-woke standpunten. Ook al doen ontvangers als UATX en Heterodox er alles aan om onpartijdig over te komen, critici zien in die liefdadigheid graag beïnvloeding. Genoeg om de verdedigers van de academische vrijheid weg te zetten als rechtse agitatoren.

Juist wie de academische vrijheid en neutraliteit wil beschermen, zal een manier moeten vinden om het grote wantrouwen tussen de politieke kampen weg te nemen. Tot nu toe lukt dat geen van de genoemde organisaties. Maar wie weet brengt de eerste lichting aan de nieuwe universiteit in Austin een briljante student voort die het antwoord bedenkt op deze million dollar question.


Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van het Fonds Bijzondere Journalistieke Projecten (www.fondsbjp.nl) en het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek.