Wie hard studeert, wordt later beloond met een comfortabel leven. Die gedachte blijkt voor miljoenen werkloze Chinese jongeren een illusie.
‘Ergens tussen de vijftig en honderd keer. Ik ben inmiddels de tel kwijt,’ verzucht Marissa Zhao. De twintiger uit de Chinese havenstad Tianjin is even in Peking om een tweedaagse carrièrebeurs te bezoeken. Na al het solliciteren via vacature-apps hoopt ze hier op beter resultaat.
‘Afgelopen zomer ben ik teruggekomen naar China om een baan te zoeken, nadat ik mijn master marketing en communicatie had behaald in Australië. Ik zei nog tegen mijn moeder: “Als ik geen goede baan kan vinden, kan ik altijd nog voor gemiddeld werk gaan.”’
Kort erna begaf ze zich op de hypercompetitieve arbeidsmarkt. ‘Als ik al een reactie kreeg van grote marketingbedrijven, dan was die niet positief. Of ik kreeg niets te horen.’
Hier en daar mocht ze bij kleinere bedrijven op gesprek komen, maar daarna bleef het stil. ‘Ik heb het gevoel dat dit geen goede tijd is om af te studeren. Eigenlijk had ik al tijdens mijn studie moeten gaan zoeken,’ zegt ze vertwijfeld. ‘Ik dacht dat ik opviel door mijn studie in Australië. Maar daarin ben ik blijkbaar niet uniek, want meer en meer mensen studeren in het buitenland.’
Ervaring
Ook op de carrièrebeurs merkt Marissa Zhao dat recruiters met vlotte babbels niet geïnteresseerd zijn in net afgestudeerden. ‘Ze zoeken vooral specialisten met veel ervaring. Ik ben bang dat als het nog langer duurt, bedrijven gaan denken dat er iets mis is met me.’
Ze is een van de ruim tien miljoen jongeren in China die geen baan kunnen vinden. Vorig jaar zomer, na zo’n drie jaar uiterst streng covidbeleid, ging het – bij de groep van 16- tot en met 24-jarigen –om één op de vijf jongeren. In die periode studeerde een recordaantal van meer dan elf miljoen jongeren af.
Verwacht wordt dat er dit jaar een nieuw record wordt gebroken. En dat is een hoofdpijndossier voor de Chinese president Xi Jinping, die geregeld benadrukt dat de toekomst van China in de handen van de jeugd ligt.
De overheid stopte vorig jaar zomer zelfs met het publiceren van de maandelijkse cijfers over jeugdwerkloosheid. Tot begin dit jaar. Sindsdien zou er enige verbetering zijn. Volgens het Nationale Bureau voor de Statistiek was in april 14,7 procent van de Chinezen tussen de 25 en 29 jaar werkloos, tegenover 15,3 procent in maart.
Intussen hebben werkgevers het personeel voor het uitzoeken. Op sociale media melden jonge sollicitanten dat er wordt gediscrimineerd door recruiters. Die selecteren op sterrenbeeld en bloedgroep, want dat zou iets zeggen over iemands karakter. Dat staat in schril contrast met het idee waarmee velen zijn opgegroeid.
Veel hoogopgeleiden
‘Het hele leven van jonge mensen is gevormd door het idee dat als je hard studeert, er daarna een goedbetaalde baan en comfortabel leven op je wacht,’ zegt hoogleraar antropologie Xiang Biao (52). ‘Nu komen ze erachter dat die belofte niet wordt ingelost.’
Die belofte stamt uit de tijd dat de Chinese economie heel hard groeide. Na corona hield dat op. Zeker nadat de vastgoedmarkt – jarenlang de motor van de economie – instortte, met hoge jeugdwerkloosheid als gevolg. Volgens de denktank Atlantic Council worden Chinese jongeren geconfronteerd met het feit dat er veel hoogopgeleiden zijn voor het aantal beschikbare banen voor hoogopgeleiden.
Andere problemen zijn de lage lonen en de zogenoemde 996-cultuur: werken van 9 uur ’s ochtends tot 9 uur ’s avonds, en dat zes dagen per week. Vandaar dat er nu vaker wordt gesproken over het fenomeen ‘fulltime kind zijn’. Dat slaat op jongeren die bij hun (groot)ouders blijven wonen en voor hen zorgen.
Reden tot zorg voor Peking. Want als de jeugd niet bezig is met het stichten van een gezin vergroot dat een ander probleem waarmee het land kampt: de vergrijzing. Niet eerder werden er zo weinig kinderen geboren in China en was het huwelijk zo weinig populair. Volgens deskundigen gaat het om ‘een tikkende tijdbom voor de Chinese economie’. De bevolking nam vorig jaar met zo’n 2,08 miljoen mensen af. Het was het tweede jaar op rij waarin China te maken had met een krimp.
Gelukkig leven
‘Trouwen is niks voor mij. Dat zeg ik al jaren, maar niemand neemt me serieus,’ zegt Yixi (29) uit de provincie Zhejiang. Vijf jaar geleden kreeg ze een relatie, en sindsdien voert haar familie de druk op. Maar in het huwelijksbootje stappen en zwanger raken, daar heeft ze geen behoefte aan. ‘Mijn familie zegt dat ik blijkbaar niet begrijp hoe de wereld in elkaar steekt.’
Op sociale media uitte ze haar frustraties over de druk die vooral op vrouwen wordt gelegd om te settelen. Ze kreeg bijval van jongeren die ook klaar zijn met het moeten voldoen aan het traditionele verwachtingspatroon, terwijl ze weinig toekomstperspectief hebben. ‘Blijkbaar denken mensen dat een huwelijksakte ondertekenen garant staat voor een gelukkig leven. Ik ben dan misschien werkloos, maar ik heb genoeg geld gespaard om mezelf te kunnen onderhouden.’
Om Chinezen aan te moedigen een gezin te stichten of meer kinderen te nemen, werd in 2015 het eenkindbeleid afgeschaft. Mensen mochten vanaf toen maximaal twee kinderen krijgen. Sinds mei 2021 geldt het driekindbeleid. Desondanks blijft het Chinese geboortecijfer dalen. Veel jongeren zijn zelf als enig kind opgegroeid, hebben andere zaken aan hun hoofd en tonen weinig interesse om aan het traditionele verwachtingspatroon te voldoen.
Door het leven gaan zonder huwelijk en kinderen wordt vooral door de oudere generaties niet begrepen, merkt Yixi. Zij hadden voordeel van die traditionele ideeën: door hard te werken wisten ze aan armoede te ontsnappen. Nu wordt van haar verwacht hetzelfde te doen.
Platliggen
Hoewel ze niet van plan is om daarnaar te luisteren, knaagt het wel aan haar. ‘Misschien ben ik gewoon egoïstisch’, zegt Yixi. ‘Ik wil helemaal niet dat mijn land vergrijst en daardoor in problemen komt. Ik zou willen dat iedereen gehoor kon geven aan de oproep van de overheid. Maar net als ik ondernemen velen geen actie.’
Volgens experts beseffen steeds meer jongeren dat de rat race in de Chinese samenleving en de druk om te moeten slagen als mens, ze weinig hebben gebracht. ‘Dat leidt niet alleen tot teleurstelling, maar zelfs tot ontgoocheling,’ meldde antropoloog Xiang Biao in lokale media, waarin hij verwijst naar Tang Ping (plat liggen), een stille verzetsbeweging van de generatie Z, waarvan vooral twintigers deel uitmaken. Die beweging ontstond tijdens de pandemie.
Op sociale media kwam er kritiek op uitspraken van de Chinese techmiljardair Jack Ma, die beweerde dat het ‘een zegen’ is voor iedereen om deel uit te mogen maken van de 996-cultuur. Dat schoot in het verkeerde keelgat van jongeren, die door ‘plat te liggen’ wilden laten zien dat ze hun mentale gezondheid verkiezen boven financiële doelen.
‘Jonge mensen ontdekten door de pandemie dat ze kwetsbaar zijn en dat hun leven ineens ingrijpend kan veranderen. Het zet ze aan het denken hoe de Chinese samenleving is georganiseerd,’ stelt Xiang. Daarbij vragen velen zich af waartoe de moordende concurrentiestrijd leidt. ‘Gen Z moet met een nieuw hoofdstuk de Chinese droom opnieuw vormgeven.’