Met een stortvloed aan onderzoeksrapporten zetten Israël, Palestijnen en internationale organisaties de oorlog in Gaza van vorig jaar voort.
Het gebeurt niet vaak dat een internationaal onderzoek over Israëls oorlogshandelingen warm wordt onthaald in Jeruzalem. Vaak leiden rapporten over mensenrechtenschendingen en het Israëlische leger (IDF) juist tot hevige, internationale kritiek.
En het blijft niet altijd bij kritiek: in 2009 moest toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Tzipi Livni een bezoek aan Londen op het laatste moment afblazen nadat een Brits gerechtshof een arrestatiebevel had uitgevaardigd wegens haar rol in de oorlog in Gaza van dat jaar waarbij naar schatting 1.400 Palestijnen en 13 Israëliërs omkwamen.
Veel Israëliërs vinden dat zulke rapporten en veroordelingen te weinig oog hebben voor de complexiteit van oorlogsvoering in een dichtbevolkt gebied zoals Gaza, waar militanten tussen burgers opereren.
Het is daarom niet toevallig dat de voorpublicatie van het rapport van de High Level International Military Group over de krijgshandelingen in Gaza vorige zomer – de derde oorlog daar in vijf jaar tijd – vorige week bijzonder veel bijval kreeg in Israël.
Legitieme oorlog
De groep, een bont gezelschap van hooggeplaatste Europese en Amerikaanse militairen, veiligheidsadviseurs en ambassadeurs onder leiding van voormalig Bundeswehr-opperbevelhebber Klaus Naumann, onderzocht de gedragingen van de IDF tijdens de oorlog van 2014 vanuit een militair perspectief.
Ze maakten een vergelijking met andere asymmetrische oorlogen, zoals in Afghanistan en Irak, die de groep eerder onderzocht, en gaven het Israëlische leger een flinke pluim: het was een legitieme oorlog, waarbij Israël was genoodzaakt om de burgerbevolking te beschermen tegen aanhoudende raketaanvallen van verschillende militante groeperingen in Gaza, meldt de voorpublicatie.
In vijftig dagen tijd kwamen volgens schattingen meer dan 2.200 Gazanen om, maar van het doelbewust vermoorden van burgers door Israël was geen sprake. ‘Geen van ons kent een leger dat zo ver gaat om burgerdoden in zulke omstandigheden te voorkomen.’
Pamfletten
Gedoeld werd onder meer op de pamfletten, sms’jes en telefoontjes waarmee de IDF burgers in Gaza opriep hun huizen te verlaten omdat er in de omgeving zou worden gebombardeerd. Ook de knock on the roof-bommen – ongevaarlijke explosieven die aanwezigen in een gebouw waarschuwen dat er binnen enkele minuten een echte bom op het dak valt – kregen een vermelding.
De bevindingen van de High Level International Military Group moeten in de publieke opinie concurreren met een stortvloed aan onderzoeken over de oorlog. Deze strijd om het juridische gelijk – die vaak met de Engelse samentrekking lawfare wordt aangeduid – beleeft deze zomer een bijzonder hete fase.
Volgende week publiceert de Mensenrechtenraad van de Verenigde Naties (VN) zijn rapport over mensenrechtenschendingen tijdens de oorlog in Gaza. Ernstige beschuldigingen aan het adres van Israël lekten begin deze week al uit. Ook het Internationaal Strafhof doet onderzoek, en Amnesty International beschuldigde reeds zowel de IDF als Hamas van oorlogsmisdaden.
Neutraliteit
Israël zet zich schrap voor een flinke lading negatieve publiciteit. ‘We wachten de uitkomsten af, maar zijn zeer sceptisch over de objectiviteit van de VN-Mensenrechtenraad en hebben niet meegewerkt,’ zegt Emanuel Nachson van het Israëlische ministerie van Buitenlandse Zaken. ‘Deze raad wordt gedomineerd door moslimlanden die continu pure haat tegen Israël etaleren.’
Scepsis over de neutraliteit van de VN-Mensenrechtenraad leeft breed in het land. De raad telt47 roulerende zetels die getalsmatig vaak worden gedomineerd door Afrikaanse en Aziatische landen die zeer kritisch tegenover Israël staan.
Sinds 2006 kreeg het land vijftig resoluties aan zijn broek, bijna de helft van het totaal in die periode en veel meer dan notoire mensenrechtenschenders als Syrië, Sudan en Saudi-Arabië bij elkaar opgeteld. Dit zijn feitjes die veel rechtse én linkse Israëliërs zo kunnen oplepelen.
Spiegel
Het duel met onderzoeksrapporten is in hoge mate politiek. Zo kwam de High Level International Military Group direct na de voorpublicatie onder vuur te liggen van pro-Palestijnse groeperingen. Sommigen leden, zoals kolonel Richard Kemp, oud-commandant van Britse troepen in Afghanistan, hadden zich al tijdens de oorlog lovend uitgelaten over de IDF. Was hij wel objectief?
En door wie wordt dit onderzoek betaald? ‘Het verblijf van de groep werd gefinancierd door pro-Israëlische organisaties,’ geeft Nachson toe. ‘Maar dit zijn professionals met veel relevante ervaring. Belangrijk is het spiegelbeeld dat wordt voorgehouden, niet wie die spiegel betaalt.’
Elsevier nummer 26, 27 juni 2015