Voor de tweede keer in zes jaar tijd legt een Litouwse luchtvaartmaatschappij het loodje. In 2009 vroeg FlyLAL faillissement aan – nota bene het jaar dat Vilnius Culturele Hoofdstad van Europa was.
‘Air Lituanica stopt ermee? Betekent dit dat we onbereikbaar zijn? Dat zou slecht voor mijn handel zijn!’ De souvenirverkoper aan de Didzioji-straat in het centrum van Vilnius reageert even gelaten als nieuwsgierig. Hij legt een stapel T-shirts neer, pakt zijn telefoon en surft naar het laatste nieuws.
Voor de tweede keer in zes jaar tijd legt een Litouwse luchtvaartmaatschappij het loodje. In 2009 vroeg FlyLAL faillissement aan – nota bene het jaar dat Vilnius Culturele Hoofdstad van Europa was.
Ditmaal kan Air Lituanica, in het voorjaar van 2013 opgezet door Start Vilnius, een investeringsfonds van de gemeente Vilnius en particuliere beleggers, niet langer aan haar financiële verplichtingen voldoen. Eind vorige maand kondigde de onderneming aan per direct alle vluchten op te schorten.
Het zit Remigijus Simasius, Vilnius’ jonge, pas aangetreden burgervader, niet lekker. Hij schreef op Facebook dat hij alles in het werk zal stellen om de bereikbaarheid van zijn stad te garanderen. De gemeente zal 1 miljoen euro in een fonds storten om Vilnius te promoten, zodat andere luchtvaartmaatschappijen hun weg vinden naar de ‘barokparel aan de rand van de Europese Unie’.
Voorbij
Kort na zijn aantreden ontdekte Simasius dat de kosten van Air Lituanica de inkomsten drie keer overstegen. Dat maakte de ophef in Litouwen nog groter: er blijkt met Start Vilnius, troetelkind van Simasius’ voorganger Arturas Zuokas, ook veel belastinggeld te zijn weggegooid. Maar de burgemeester legt ook in een ander opzicht de vinger op de zere plek.
‘Kennelijk begrijpt niemand dat de tijd van kleine, nationale maatschappijen voorbij is,’ verzucht Justinas, student film en literatuur. ‘Waarom is er al niet twintig jaar geleden een gezamenlijke Baltische luchtvaartmaatschappij opgezet, zoiets als SAS?’
Elsevier nummer 23, 6 juni 2015