Rawabi is het Palestijnse antwoord op de Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever.
Zelf gebruikt marketingmanager Mutaz Khdeir het predicaat het ‘Almere van de Westelijke Jordaanoever’ als hij de Palestijnse stad Rawabi omschrijft. Ter inspiratie voor de bouw van de geheel nieuwe stad op een braakliggend stuk land werd zelfs een werkbezoek gebracht aan Almere.
En hoewel er geen officiële stedenband is, benadrukt het volledige stadsbestuur van Rawabi dat er een warm gesprek is geweest met de Almeerse burgemeester Annemarie Jorritsma – die door het stadsbestuur wordt aangeduid als ‘the big lady from Holland‘.
Rawabi is het Palestijnse antwoord op de Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever. Daags na de Ramadan zijn de eerste zeshonderd gezinnen naar Rawabi verhuisd, waar de Palestijnse middenklasse voor tweederde van de gemiddelde huizenprijs in Ramallah een huis kan kopen.
Amfitheater
Een driekamerappartement kost zo’n 300.000 sjekel (72.000 euro); door het aantrekken van investeerders uit Qatar is het voor Palestijnen voor het eerst mogelijk een hypotheek af te sluiten.
De moskee is in aanbouw, met de bouw van de kerk begint men binnenkort – ‘Rawabi is er ook voor Palestijnse christenen,’ benadrukt burgemeester Majed Abdulfattah. Het amfitheater is klaar (‘het grootste van het Midden-Oosten’), bioscopen, het waterpretpark en hotels moeten nog worden gebouwd.
Khdeir zelf is ook bezig een appartement te kopen; in het informatiecentrum zijn kantoortjes ingericht waar je een hypotheek kunt sluiten. Wat wordt gebouwd, gaat direct in de verkoop. Uiteindelijk mikt Rawabi op veertigduizend inwoners.
Maar al te vaak is de initiatiefnemers en gemeentelijk medewerkers van Rawabi verweten ‘kapitalisten’ te zijn, die het Palestijnse verzet verloochenen door deze ‘economische normaliseringsprojecten’.
‘Ze doen met de Israëliërs zaken alsof het gewone zakenpartners zijn,’ in plaats van een bezettende macht die de Palestijnse rechten al 65 jaar meedogenloos schendt, zo schreef de Palestijnse publicist en activist Tariq Dana vorig jaar.
Palestijnse vlag
Het stadsbestuur wil niets van die aantijgingen weten. ‘Het duurde heel lang voor Rawabi werd aangesloten op het Israëlische waternet; het is niet zo dat we zomaar volledige medewerking krijgen,’ vertelt burgemeester Abdulfattah over de moeilijkheden van de afgelopen jaren.
Khdeir ziet de bouw van Rawabi als een ultieme verzetsdaad. Hij wijst naar de nabijgelegen Joodse nederzetting Ateret en vertelt: ‘Soms komen Joodse kolonisten hier de Palestijnse vlag naar beneden halen. Daarop hangen we een nóg grotere vlag op. Elke dag staan ze op en zien onze vlag wapperen als ze de gordijnen opendoen. We willen geen slachtoffers meer zijn, we willen aan de toekomst bouwen. Trotser kan ik me niet voelen.’
Elsevier nummer 31, 1 augustus 2015