In een poging de Afghaanse stad Kunduz te heroveren op de Taliban zijn woensdag NAVO-troepen aangekomen in het conflictgebied. Nederlandse militairen zijn betrokken in een adviesrol.
Na een onverwacht offensief heeft de Taliban sinds maandag grote delen van Kunduz in handen. Dinsdag startte het Afghaanse regeringsleger een tegenaanval, maar die werd afgeslagen. De Talibanstrijders rukten daarna zelfs op naar het vliegveld van de stad.
De NAVO heeft nu een coalitie van onder andere Britse, Amerikaanse, Duitse en Nederlandse troepen naar het gebied gestuurd, meldt persbureau AFP. Zij moeten de Afghanen assisteren bij het heroveren van Kunduz. ‘Nederlandse troepen zijn daarbij betrokken in een adviesrol’, zegt minister Jeanine Hennis-Plasschaert (VVD) van Defensie woensdag in de Tweede Kamer. Het Amerikaanse leger voert luchtaanvallen uit.
Onder controle
Volgens de Engelse krant The Guardian wordt momenteel vooral gevochten aan de buitenkant van de stad. In tegenstelling tot eerdere berichten zouden Talibanstrijders de binnenstad nog altijd onder controle hebben. De extremisten proberen de steun van de lokale bevolking te verkrijgen door te beloven burgers niet aan te vallen.
Bij de gevechten zijn volgens schattingen van de Verenigde Naties wel al zeker 100 burgers om het leven gekomen. Ten minste 6.000 mensen zijn gevlucht.
Verlengde missies
De val van Kunduz – de eerste grote verovering van de Taliban nadat de groepering in 2001 werd verdreven – toont volgens het Amerikaanse leger aan hoe kwetsbaar de troepenmacht van de Afghaanse regering is. Hoewel president Obama heeft beloofd dat alle Amerikaanse troepen eind 2016 zullen zijn teruggetrokken uit Afghanistan, dringt de legertop nu aan op een langzamere terugtrekking.
Ook de NAVO zegt te overwegen langer in Afghanistan te blijven. Hoewel de meeste gevechtstroepen al zijn teruggekeerd geven NAVO-lidstaten nog wel training aan Afghaanse militairen. Die missie, waar ook honderd Nederlandse militairen deel van uitmaken, loopt eigenlijk in 2016 af.