Zeker 120.000 mensen zijn sinds het begin van deze maand op de vlucht geslagen in de Syrische provincies Aleppo, Hama en Idlib. Dat is een verdubbeling van een eerdere schatting van de Verenigde Naties (VN).
Dat meldt de organisatie maandag, Eerder werd nog uitgegaan van 50.000 mensen die op drift zouden raken, maar dat aantal is nu ingehaald door de werkelijkheid.
In de buurt
De meeste vluchtelingen blijven wel in de buurt van hun eigen regio of gaan naar kampen aan de Turkse grens, zei een woordvoerder van de humanitaire coördinators van de VN.
Maar het is goed mogelijk dat uiteindelijk heel wat mensen een veilig heenkomen zullen zoeken in de buurlanden (Jordanië, Libanon en Turkije), omdat de vluchtelingenkampen in Syrië vaak overvol zijn, zegt de Noorse vluchtelingenraad, schrijft ABC News.
Bombardementen
In de regio waarvandaan nu zoveel mensen vertrekken, is het Syrische regeringsleger bezig aan een offensief. De bedoeling is om de tegenstanders van president Bashar al-Assad terug te drijven. Dat zijn ‘gematigde’ rebellen als het Vrije Syrische Leger, maar ook radicaalislamitische groepen als Al-Nusra.
De troepen worden nu al bijna drie weken vanuit de lucht geholpen bijgestaan door uitgebreide Russische luchtaanvallen. Tijdens de al vier jaar durende oorlog in Syrië zijn meer dan 200.000 mensen om het leven gekomen, en miljoenen mensen op drift geraakt.