De Verenigde Naties (VN) hebben vrijdag ingestemd met een Saudische resolutie om Jemen te steunen bij een nationaal onderzoek naar mensenrechtenschendingen in het land. Opmerkelijk, aangezien dat onderzoek nooit neutraal kan zijn: de legitieme Jemenitische regering is een innige bondgenoot van Saudi-Arabië.
Nederland had dat graag anders gezien. Ons land kwam met een resolutie die onderzoek onder VN-vlag mogelijk had moeten maken.
Die werd aanvankelijk gesteund door diverse westerse landen. Maar Nederland besloot de resolutie deze week in te trekken: westerse landen besloten toch eieren voor hun geld te kiezen, en het Saudische voorstel te steunen, schrijft de Britse krant The Independent. De schuld ligt vooral bij de Amerikanen, die achter de schermen zouden hebben geprobeerd een onafhankelijk onderzoek tegen te houden, schrijft VICE op basis van mensenrechtenexperts.
Grote druk
Volgens Human Rights Watch gebeurde dat na grote druk van Saudi-Arabië. De mensenrechtenorganisatie heeft geen goed woord over voor deze ontwikkeling: de autoriteiten in Jemen hebben nooit serieus werk gemaakt om mogelijke oorlogsmisdaden te onderzoeken of oorlogsmisdadigers te vervolgen sinds 2011.
Vanaf dat jaar verviel het Arabische land langzaamaan in een burgeroorlog, die tot op de dag van vandaag voortduurt. Ook de internationale coalitie onder leiding van Saudi-Arabië, die stellingen van de Houthi-rebellen bombardeert, heeft volgens Human Right Watch nooit de mogelijke eigen oorlogsmisdaden onder de loep genomen.
De Jemenitische minister voor Mensenrechten Ezzeldin Al-Asbahi noemt de tekst in de resolutie voor een nationaal onderzoek ‘gebalanceerd’, meldt persbureau Reuters.
Bommentapijt
In de laatste zes maanden zijn in het conflict tussen de Houthi-rebellen (gesteund door Iran) en de Jemenitische regering (gesteund door Saudi-Arabië) meer dan tweeduizend burgers gedood.
De Saudiërs worden ervan verdacht een bommentapijt te hebben gelegd op een bruiloftsfeest in Jemen, waarbij honderddertig gasten om het leven kwamen. De Saudische luchtmacht ontkent elke betrokkenheid.