Iran heeft voor het eerst in maanden weer eens toenadering gezocht tot Saudi-Arabië. De Iraanse minister Mohammed Javad Zarif van Buitenlandse Zaken heeft gezegd dat er een einde moet komen aan de spanningen tussen de twee landen, omdat ze ‘gedeelde belangen in Syrië’ hebben.
Dat zei Zarif op de veiligheidsconferentie in München volgens persbureau Reuters. Zeventien landen bereikten in de Duitse stad een akkoord over een wapenstilstand in Syrië, die over een week van kracht zal gaan.
Het sjiitische Iran en het overwegend soennitische Saudi-Arabië zijn aartsrivalen in het Midden-Oosten, maar de Iraanse minister vindt dat de landen de spanningen aan de kant moeten zetten en de krachten moeten bundelen voor een oplossing in Syrië.
‘Iran en Saudi-Arabië kunnen elkaar niet uitsluiten in de regio. We zijn bereid om met ze samen te werken. Ik geloof dat Iran en Saudi-Arabië gedeelde belangen kunnen hebben in Syrië,’ benadrukte hij. Saudi-Arabië heeft nog niet gereageerd op de toenadering.
Assad
De uitspraak van Zarif is opvallend, aangezien beide landen lijnrecht tegenover elkaar staan in het conflict. Zo is Iran, samen met Rusland, een belangrijke militaire bondgenoot van de Syrische president Bashar al-Assad. De regeringstroepen van Assad hebben de laatste weken veel terrein gewonnen in Syrië door een militair offensief.
Saudi-Arabië heeft uitgesproken een felle tegenstander van de Syrische president te zijn. Het land benadrukte donderdag dat het klaar staat om grondtroepen naar Syrië te sturen, om de opmars van de coalitie van het Syrische leger te stuiten en de rebellengroepen te ondersteunen. Het land wacht op toestemming van de Verenigde Staten.
Breuk
Begin januari sneed Saudi-Arabië alle diplomatieke banden met Iran door nadat de Saudische ambassade in de Iraanse hoofdstad werd bestormd door Iraanse betogers. De demonstranten wisten met vuurwerkbommen en stenen de diplomatieke vertegenwoordiging binnen te dringen om brand te stichten.
De Iraanse betogers bestormden de ambassade nadat de sjiitische leider Nimr-al Nimr in Saudi-Arabië werd geëxecuteerd. Hij werd, net als 46 anderen, ter dood veroordeeld vanwege ‘terrorisme’ en ‘politiek activisme’. Iran reageerde woedend op de executie van de geestelijke.