Waarom linkse regering in Frankrijk op springen staat

'Villard / Niviere / SIPA / HH'

Uitgerekend de linkse president Hollande tast de comfortabele positie van de Franse werknemer aan. Onverteerbaar voor zijn partijgenoten.

‘Het is op dit moment net de Titanic,’ zei een partijbons met gevoel voor pathos tegen Le Figaro. ‘Een deel van de leden probeert in een reddingsboot te komen, ik sta nog op de brug. Maar het is wachten op het moment dat het schip in tweeën breekt.’

Ruim twee weken geleden lekte uit dat François Hollande aan het Franse arbeids- en ontslagrecht wil tornen – terreinen waarop Frankrijk hopeloos achterloopt. Het wetsvoorstel, dat het voor werkgevers eindelijk makkelijker maakt om personeel te ontslaan en dus aantrekkelijker om mensen aan te nemen, is een nog onbenut middel in de strijd tegen de hoge Franse werkloosheid. Het plan ontketende de felste strijd ooit binnen de Parti Socialiste (PS) sinds de oprichting in 1969.

Weerstand

Ex-socialist Caroline de Haas begon online de petitie ‘Loi travail, non merci’ (Werkwet, nee bedankt), die inmiddels ruim 800.000 keer is ondertekend. Zwaargewicht Martine Aubry, die als minister van Werkgelegenheid in 2000 de 35-urige werkweek invoerde, opende een frontale aanval op het beleid van Hollande en premier Manuel Valls in Le Monde met het ingezonden stuk ‘Genoeg is genoeg’.

Vervolgens kondigde ze aan dat ze zich terugtrekt met twee getrouwen uit het partijbestuur. Valls gooide olie op het vuur door op te merken dat ‘sommige opvattingen binnen links onverenigbaar zijn, en dat we ons daarbij neer moeten leggen’.

Ook liet hij weten ‘tot het uiterste te gaan’ om de hervorming door te voeren. Uiteindelijk nam hij gas terug: bespreking van het wetsvoorstel in de ministerraad werd afgelopen week met veertien dagen uitgesteld om nog eens met de vakbonden te praten.

Dat Valls en Hollande de 35-urige werkweek willen aanpakken – een van de heilige huisjes van links – is niet eens het struikelblok. Wat zelfs de meest gematigde bond CFDT tegen de borst stuit, is het verlagen van de ontslagvergoeding en het versoepelen van het ontslagrecht als het economisch tegenzit.

‘Dat bedrijven en werknemers een akkoord kunnen sluiten dat de bonden en brancheovereenkomsten buitenspel zet, is ook vrij revolutionair,’ zegt Fabien Escalona (28) van politiek onderzoeksinstituut Sciences Po. ‘Hollande stelt de bespreking uit om de boel te kalmeren.’

‘Liberale wending’

Het gemor op de linkerflank van de PS begon al toen Hollande koud op het Élysée zat. Het groepje tegenstanders groeide toen het staatshoofd in 2014 een ‘liberale wending’ nam door een lastenverlichting voor het bedrijfsleven in te voeren.

De ontevredenheid van deze ‘frondeurs’ breidde zich uit naar niet-economische onderwerpen. Liefst 92 volksvertegenwoordigers stemden tegen het plan om terroristen hun Franse nationaliteit af te pakken.

Waarom de president ruim een jaar voor de verkiezingen met zo’n omstreden voorstel op de proppen komt, is onduidelijk. Wil Hollande redden wat er te redden valt, nu hij na een kleine opleving weer net zo impopulair is als vóór de aanslagen van 13 november?

Hoopt hij toch nog in de annalen te belanden als de Franse Gerhard Schröder? Een mysterie, volgens Escalona. ‘Het lijkt wel alsof het staatshoofd alles achterstevoren doet. Ook zijn eerste premier, Jean-Marc Ayrault, had liever gezien dat hij in de eerste jaren van zijn ambtstermijn de broekriem aanhaalde, zodat er in de laatste twee jaren wat meer speelruimte zou zijn.’

Franse media vragen zich af of de eens machtige PS de lente wel haalt. Sommigen zien in de grote verdeeldheid de voorbode van een schisma, maar Escalona vermoedt dat de partij de gelederen in elk geval tot 2017 gesloten houdt.

‘Socialisten die het niet met de lijn eens zijn, kunnen niet blijven roepen, maar toch op hun plek blijven zitten. Dat Martine Aubry opstapt uit de directie, betekent heel wat. Toch heeft niemand er belang bij als de boel nu uit elkaar knalt, want dan maakt de partij geen enkele kans bij de presidentsverkiezingen.’

Grenzen

Valls heeft laten weten dat hij met de bonden wil praten, maar dat het voorstel wel overeind moet blijven. ‘De premier zoekt de grenzen op, en heeft daarmee een strategisch doel,’ zegt Escalona. ‘Doordat het Franse kiesstelsel geen evenredige vertegenwoordiging kent, maken kleine partijen weinig kans.

Op deze manier wordt een kunstmatig tweepartijenstelsel in stand gehouden, dat nu tegen het einde van zijn houdbaarheid aan loopt. Valls anticipeert op een situatie waarin de regeringspartij geen meerderheid meer haalt in het Parlement.’

Hij zou dan wel iets zien in een coalitie van gematigd rechts, het centrum en de socialisten die voor een vrije markteconomie zijn. Zo wordt binnen links al voorgesorteerd op een interne breuk.

Elsevier nummer 9, 5 maart 2016