Met zijn handreikingen naar blank, heeft Nelson Mandela Zuid-Afrika behoed voor een langdurige, gewelddadige rassenstrijd. Hopelijk leidt zijn heengaan tot bezinning bij zijn politieke erfgenamen, voor wie verzoening en armoedebestrijding niet de grootste prioriteit hebben.
De komende dagen zal Zuid-Afrika, net als grote delen van de wereld, rouwen om het verlies van Nelson Rolihlahla Mandela, zijn grootste staatsman en bron van inspiratie.
Daarna gaat het gevecht in Zuid-Afrika weer verder. Na decennia waarin blank en zwart strikt van elkaar waren gescheiden, worden oude tegenstellingen nog dagelijks gevoeld. Mandela’s persoonlijke leven is onlosmakelijk verbonden met deze lange strijd in zijn land.
In zijn jonge jaren, waarin hij flirtte met marxisme en communisme, schuwde hij het geweld niet om het apartheidsregime omver te werpen. Met andere leden van de ANC-jeugdliga verstoorde hij in de jaren vijftig bijeenkomsten van politieke tegenstanders, soms met fysiek geweld.
Opsluiting
Begin jaren zestig werd hij leider van de Umkhonto we Swize, de gewapende tak van het ANC. Hij liet zich inspireren door rebellenleiders in heel Afrika.
Zijn verzoenende houding na zijn gevangenschap (1964 tot 1990) was mede te danken aan zijn lange jaren in opsluiting. Langdurige vernederingen door blanken in het openbare leven zijn hem zo gespaard gebleven, waardoor hij minder verbitterd raakte dan sommige andere zwarte leiders.
De 27 jaar die Mandela in gevangenschap moest doorbrengen en die hem toch niet wraakzuchtig maakten, gaven hem een onaantastbaar moreel overwicht. Met zijn handreiking naar blank, heeft Mandela Zuid-Afrika behoed voor een langdurige en gewelddadige rassenstrijd.
Machtspartij
Groots was zijn gebaar in 1995, toen hij als president in een shirt van de Springboks, het nationale rugbyteam, het veld opliep en aanvoerder Francois Pienaar feliciteerde met de wereldtitel. Rugby is in Zuid-Afrika bij uitstek een blanke sport en de handreiking was een nauwelijks te onderschatten signaal voor blank en zwart.
Inmiddels is Mandela’s ANC een machtspartij geworden. Vriendjespolitiek en baantjes lijken belangrijker dan armoedebestrijding en verzoening.
Erfgenamen
Frederik Willem de Klerk, de oud-president met wie Mandela in 1993 de Nobelprijs voor de Vrede kreeg, waarschuwde twee jaar geleden in Elsevier nog voor de politiek van uitsluiting van het ANC, dat dankzij haar overweldigende meerderheid kan doen en laten wat het wil. ‘Blanken en andere minderheden voelen zich tweederangs burgers.’
Hopelijk leidt het heengaan van Nelson Mandela tot bezinning bij ANC-president Jacob Zuma en andere politieke erfgenamen van Mandela. Zuid-Afrika heeft nog altijd verzoening en grootmoedigheid nodig.