In de jaarverslagen van de AIVD en MIVD was ook aandacht voor China. Het land zou zijn gegroeide economische macht aanwenden om invloed op de wereld uit te oefenen. Zo’n slecht idee is dat nog niet.
Deze week publiceerden zowel de militaire als de algemene veiligheidsdienst hun jaarverslagen. Het accent lag in beide stukken vanzelfsprekend anders, maar de bedreigingen van Nederlandse belangen zijn universeel: jihadisme en –terug van weggeweest- Rusland.
Zowel de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD) als de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) hadden ook aandacht voor China. De AIVD constateerde dat Chinese spionnen binnen Nederland actief zijn met het verzamelen van politieke en economische informatie en het rekruteren van informanten die deze gegevens kunnen leveren.
Chinese spionnen zouden vooral geïnteresseerd zijn in wetenschappelijke en technologische kennis, maar ook informatie over besluitvorming in de Europese Unie.
Invloed
Waar de AIVD voor de Chinese dreiging aan een beknopt hoofdstukje genoeg had, pakte de MIVD flink uit. China’s toenemende rol op het wereldtoneel zal in toenemende mate invloed hebben op het veiligheidsbeleid van Nederland en de NAVO, schrijft de dienst.
‘Het Chinese streven als een verantwoordelijke grootmacht gezien te worden, zijn energie- en grondstoffenvoorziening veilig te stellen en het creëren van afzetmarkten voor Chinese producten en diensten, leiden tot een groeiend politiek, economisch en militair profiel van China in Afrika en het Midden-Oosten,’ staat in de rapportage.
Het jaarverslag meldt dan ook dat de MIVD in 2014 ‘opnieuw’ onderzoek heeft gedaan naar de ‘toenemende rol’ van Chinese activiteiten in deze regio’s.
Bemoeienis
De MIVD denkt dat China zich in toenemende mate met binnenlandse politieke kwesties van landen zal gaan bezighouden.
‘Ondanks de opkomst van China als grote mogendheid op het wereldtoneel, zal het land – ook op de langere termijn – formeel blijven vasthouden aan de uitgangspunten van respect voor de soevereiniteit en het principe van non-interventie in de binnenlandse aangelegenheden van derde landen. Het zal echter in toenemende mate een flexibele en opportunistische interpretatie van het non-interventieprincipe hanteren.’
Een ongelukkige interpretatie van het begrip non-interventie leidde bij dagblad Trouw zelfs tot de sensationele conclusie dat de MIVD Chinese oorlogshandelingen voorspelde.
Gelukkig wordt er in ambtelijk jargon met het non-interventieprincipe alleen bedoeld dat landen zich onthouden van bemoeienis met elkaars binnenlandse problemen en niet dat men de wapens oppakt.
Veilige passage
De analyse van de MIVD is om twee redenen interessant. Ten eerste definieert de dienst Nederlandse belangen nogal nauw. De MIVD heeft China in het vizier, maar alleen wat betreft zijn belangen in het Midden-Oosten en Afrika.
Alsof Nederland geen belang heeft bij vrije en veilige passage van lucht- en scheepvaart in de Oost-Chinese- en Zuid-Chinese-Zeeën. Juist daar bouwen internationale spanningen zich op en wordt gevreesd voor incidenten die eenvoudig tot een militaire escalatie kunnen leiden.
Die zullen in ieder geval een reactie van de Verenigde Staten vragen, een land waarmee Nederland via de NAVO een militaire verbintenis heeft.
Macht
Maar minstens zo interessant is de constatering dat China zijn gegroeide economische macht zal aanwenden om politieke invloed in de wereld uit te oefenen. Ik denk dat die analyse klopt. De vraag is of het erg is.
Landen verwijten China nou juist regelmatig dat het zijn invloed bij zijn bondgenoten onvoldoende gebruikt. In veel westerse hoofdsteden hameren regeringsleiders er bij de Chinezen op dat het zijn goede entree in bijvoorbeeld Noord-Korea, Iran of Pakistan gebruikt om vrede, veiligheid en – hoe cynisch dat misschien ook klinkt – burgerrechten te bevorderen.
Wereldspeler
De stormachtige economische ontwikkeling in de afgelopen 35 jaar heeft ertoe geleid dat China is veranderd van een in zichzelf gekeerd land tot een wereldspeler. De enorme honger naar grondstoffen en voedsel, zijn economische afhankelijkheid van de export en toenemende investeringen in het buitenland leiden ertoe dat China steeds meer belang heeft bij wat er in andere landen gebeurt.
Dat de verknoping van de Chinese economie met die van de rest van de wereld ertoe leidt dat China zich meer met de binnenlandse politieke aangelegenheden van andere landen gaat bemoeien, hoeft niet tegen het Nederlandse belang in te gaan.
China is gebaat bij stabiliteit en vrede in de landen waar het zaken doet. En dankzij zijn diepe zakken kan het misschien wel meer voor elkaar krijgen dan menig andere natie.
Terrorisme
In de strijd tegen internationaal terrorisme of beteugeling van de enorme vluchtelingenstromen in de wereld zijn China’s inspanningen zeer welkom.
Ook al moeten we dan voor lief nemen dat het verspreiden van democratie en mensenrechten op China’s agenda niet voorkomt.